Geschiedenis samenvatting
(4.1) Het conflict in de Nederlanden dat resulteerde in de stichting van de
Nederlandse staat.
In Frankrijk kwam er in het begin van de 16e eeuw een nieuw geloof het calvinisme
de toenmalige vorst had geen mening over dit geloof. Toen latere koningen en de
Franse adel verdeeld waren in katholiek en hugenoot (calvinisme) wilde beide
partijen de koning voor zich winnen maar tegelijkertijd ervoor zorgen dat de koning
niet alle macht zou krijgen. Hierdoor kwam er in het midden van de 16 e eeuw een
uitbarsting tussen de katholieke en protestanten de rust keerde in 1598 terug toen de
hugenoten godsdienstvrijheid kregen door het Edict van Nantes
In het Duitse Rijk was de macht verdeeld over allerlei vorsten en geestelijken. Een
aantal had zich bekeerd tot het nieuwe geloof (calvinisme), hierdoor ontstonden
conflicten met Karel V die uiteindelijk leidde tot godsdienstoorlogen. Maar andere
factoren speelden hier ook een rol bij. Vorsten die graag hun zelfstandigheid en
regionale macht behielden streden ook tegen Karel V. bij de godsdienstvrede in
Augsburg in 1555 mocht elke vorst zijn eigen religie kiezen en deze moesten zijn
onderdanen opvolgen. Dit ging goed tot 1618 toen het Duitse Rijk in een 30-jarige
oorlog kwam, in 1648 waren ze oorlogsmoe en sloten ze de vrede van Westfalen.
In de Nederlanden kreeg vooral het calvinisme aanhang. De Nederlanden behoorde
tot het Spaanse Habsburgse Rijk die katholiek waren. Ze vonden deze ketterse
beweging in de Nederlanden onverteerbaar hun rijk mocht maar één godsdienst
hebben. Ketterij was een misdrijf volgens hen. Na de invoering van bloedplakkaten
werd dit ook harder aangepakt. Net als Karel V wilde zijn zoon Filips ll. een
centralisatiepolitiek in de Nederlanden. Hij wilde gebruik maken van geschoolde
ambtenaren die niet afkomstig waren van de Adel maar loyaal waren aan de koning.
De adel kreeg zo steeds minder privileges en macht hier waren ze dus niet blij mee,
maar Filips ll. kon niet om de adel heen want om belasting te gaan invoeren had hij
de toestemming van de adel nodig. Mensen waren het ook niet eens met de harde
kettervervolging. Willem van Oranje ook niet hij wilde een compromis (iedereen een
beetje zijn zin) sluiten met Filips ll. hij wilde godsdienstvrijheid en meer vrijheid om de
Nederlanden naar zijn inzicht te besturen.
Filips ll. wilde dit compromis natuurlijk niet sluiten. In 1566 kwam er een
beeldenstorm hier werden complete kerkinterieurs verwoest dit was de directe reden
voor de 80-jarige oorlog. Het gevolg van deze oorlog was dat het zuidelijke deel van
de Nederlanden trouw bleef aan de Spaanse vorst en katholiek bleef. En het
noordelijke deel zich aansloot bij de Unie van Utrecht (1581). Hiermee verbraken ze
alle banden met de Spaanse vorst. Ze moesten opzoek naar een nieuwe vorst maar
dit lukte niet en toen werd Nederland een Republiek er was een vrijheid van
godsdienst. Pas in 1648 sloten ze vrede met Spanje (vrede van Münster). Er is één
belangrijk verschil tussen de Nederlanden en andere landen op gebied van
godsdienst oorlogen. De Nederlanden is het enige land waar een godsdienstoorlog
ervoor heeft gezorgd dat het een land werd zonder vorst (republiek)
, (4.2) De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en
cultureel opzicht van de Nederlandse republiek
Soevereiniteit: de hoogste macht in de staat
Statenvergadering: bijeenkomst van de bestuurders van een gewest
Regenten: lid van een groep rijke bestuurders die de republiek bestuurde
Stadhouder: hoge ambtenaar van de gewesten die voor de hele republiek optrad
Raadpensionaris: hoge ambtenaar van het gewest Holland die namens de hele
republiek de buitenlandse zaken deed
Nu de Nederlanden een republiek was en geen vorst had lag de soevereiniteit niet
langer bij één persoon maar bij de Gewestelijke Staten. Dit waren de besturen van
de staten. Elke staat had zijn eigen zaken en privileges deze werden in de
Statenvergadering afgehandeld. De republiek was dus een samenwerkingsverband
van afgezonderde gewesten, hun vertegenwoordigers kwamen samen in de Staten-
Generaal. De gewesten beslisten hier over buitenlandse politiek en belastingen enz.
hiernaast bestuurde ze ook de Generaliteitslanden dit waren Brabant delen van
Limburg en delen van Vlaanderen deze waren door de Spanjaarden in de oorlog
veroverd en mochten dus geen lid worden van de republiek. In zo een vergadering
waren alle gewesten aan elkaar gelijk. Holland had de meeste stemmen dit was ook
het grootste gewest en betaalde meer dan de helft van alle belasting. In dit gewest
waren steden erg belangrijk ook de adel had een belangrijke positie maar in praktijk
regeerde de steden dus handelaren en kooplieden(regenten).
De republiek was heel anders vergeleken andere landen wij waardeerde onze steden
en provincies (gewesten). Ook had iedereen een vorst aan het hoofd en wij niet. Wij
hadden dus geen centrale macht, in Frankrijk was er wel een centralisatie. De koning
had erg veel macht en de adel was daar afhankelijk van de koning (koning geen
toestemming meer van de adel maar andersom). In Engeland ging het iets anders de
koning had wel veel macht maar voor beslissingen moesten ze goedkeuring hebben
van het parlement.
Er waren altijd twee centrale machtsfuncties: de stadhouder en de Hollandse
raadspensionaris. De staten lieten zich juridisch bijstaan door een raadspensionaris.
Hij zat de Staten voor voerde correspondentie ook met het buitenland en
vertegenwoordigde de staat Holland. De stadhouder diende eerder als een
vervanger voor de landsheer maar in de tijd van de republiek was hij in dienst van
één of enkele gewesten. Hij had verschillende taken zoals het aanvoeren van de
legers, deze werden door het gewest zelf betaald de stadhouder had veel gezag.
Bij de raadspensionaris stonden de belangen van machtige Hollandse
regentenfamilies voorop bij een Stadhouder was het vooral hem zelf en zijn eigen
Oranjefamilie. De verschillen tussen beide was dat de stadhouder genoot van zijn
uitstraling en steun van het volk dit had de raadspensionaris niet. Er was soms ook
een strijd tussen de stadhouder (wilde erfelijke monarchie van vader op zoon) en de
regenten families/ raadspensionaris die de stadhouder meer als een ambtenaar
zagen. Een voorbeeld van die strijd is tussen stadhouder Willem lll. En
raadspensionaris Johan de wit. Toen in hetzelfde jaar 1650 Willem ll. overleed heeft
Johan de Witt 20 jaar lang zelf geregeerd hij vond een stadhouder niet meer nodig.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mirtheteeuwen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.24. You're not tied to anything after your purchase.