1. Wat is een argument?
Wie een redenering opbouwt, vertrekt van een standpunt. (= feiten of meningen
waarover gediscussieerd wordt)
Feit Ervaringen
bewering die je kan bewijzen
Experiment
en
Mening
Persoonlijke mening
iets wat je vindt
Gedeelde mening (als
groep)
Mening kan onderhoud worden met feiten
Eigen standpunt onderbouwen a.d.h.v. argumenten.
1. Je legt uit waarom je het (on)eens bent met iemands standpunt + hoopt de
ander met jouw argumenten te overtuigen.
2. Een gedetailleerde beschrijving van de feiten geven om de lezer zo correct en
volledig mogelijk te informeren over die feiten en niet om de ander te overtuigen
van je eigen standpunt (=argumenteren)
2. Sterke argumenten
Argumenten moeten worden afgestemd op het doelpubliek en de situatie.
Sterke argumenten:
Actueel
o Probleem die zich nu stelt
o Met recente bronnen werken
Concreet
o Linken aan lezer en luisteraar die toegankelijkheid willen
o Zo concreet mogelijk formuleren
bv. Eetbare vruchten < fruit en groenten (=concreter)
Specifiek
o Bronnen van mensen halen
o Zoveel mogelijk informatie over topic geven
, Onderbouwd met degelijke bronnen = betrouwbaar, recente en relevante
bronnen gebaseerd op onderzoek
De meeste publicaties uit een wetenschappelijke bibliotheek hebben een
peerreview ondergaan.
Peerreview = een evaluatie/controle uitgevoerd door een gelijke
= belangrijk voor betrouwbaarheid van de tekst
- Op een website kan je kijken naar auteursinstructies (submission guidelines). Hier kan
je nalezen welke procedures ze moeten volgen om gepubliceerd te worden.
Informatie kan ook van websites gehaald worden. Betrouwbaarheid van
een website beoordelen:
Wie heeft het geschreven?
Wat is de doel van de website?
o Informeren? = belangrijk
o Dingen verkopen?
Niet volstaan met advertenties
Wanneer was het voor het laatst geupdatet?
(bronnen)
3. Soorten argumenten
Argumentatie kan gebaseerd zijn op:
Analogie: specifieke gevallen worden met elkaar vergeleken
Generalisering: uit een voorbeeld wordt een algemene regel afgeleid
Causaliteit: uit een oorzaak wordt een algemene regel afgeleid
Autoriteit: het is zo omdat een autoriteit het zegt (hetzij een mens, hetzij een
bron)
Doel-middelredenering: het middel is goed, want het leidt tot het gewenste doel
Eigenschap-oordeelredenering: het oordeel is gebaseerd op de aanwezigheid van
bepaalde kenmerken of eigenschappen
Opdracht p.4 bundel Argumentatie
Argumenten kunnen kunnen in het hoofd zijn van de spreker/schrijver, maar het wordt
niet expliciet genoemd.
Dan spreken we van impliciete argumenten. Het valt niet op.
Overtuigingskracht is sterk omdat de luisteraar/lezer zelf de conclusie trekt.
Voorbeelden p.5 bundel Argumentatie
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller weileining. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.24. You're not tied to anything after your purchase.