Het onderhavige document bevat alle hoorcolleges van het blok 'burgerlijk procesrecht' (LAW3010). De hoorcolleges zijn integraal gedicteerd, waardoor het document alle relevante materie behandelt. Benevens is het wegens dit document niet meer noodzakelijk om de hoorcolleges (online) te beschouwen.
Hoorcollege I. burgerlijk procesrecht (inleiding, begin procedure) ............................... 2
Hoorcollege II. burgerlijk procesrecht (vervolg procedure in eerste aanleg).................. 19
Hoorcollege III. burgerlijk procesrecht (beginselen, verwikkelingen) ......................... 36
Hoorcollege IV. burgerlijk procesrecht (voorlopige voorzieningen e.d.)...................... 51
Hoorcollege V. burgerlijk procesrecht (reconventie, beslissingen) ............................. 59
Hoorcollege VI. burgerlijk procesrecht (bewijsrecht) ............................................. 81
Hoorcollege VII. burgerlijk procesrecht (bewijswaardering, rechtsmiddelen) ............. 102
Hoorcollege VIII. burgerlijk procesrecht (beslag en executie)................................ 123
1
LexRosa 2021 – Verspreiden niet toegestaan
, Hoorcollege I. burgerlijk procesrecht
(inleiding, begin procedure)
Burgerlijk procesrecht is een apart vak, want het bestaat alleen uit hoorcolleges en een vrijwillig
practicum. Hoe zit het blok in elkaar? Zoals gezegd zijn er zes hoorcolleges. Bij de sheets staan ‘notes’
en die horen er ook bij. Als je het hoorcollege volgt, is het aan te raden om het wetboek erbij te
pakken. Er wordt veel verwezen naar wettelijke bepalingen en het is handig als je die een keer gezien
hebt, zodat je gemakkelijk dingen kunt terugvinden. Er is een boek ‘Sleutel tot het burgerlijk
procesrecht’ daar zijn mededelingen over gedaan hoe je eraan kon komen. Ik heb een aantal e-mailtjes
gehad van studenten die vragen of oude drukken ook goed zijn. Nou, we maken altijd nieuwe drukken
wanneer er zoveel niet klopte in het oude druk dat het niet meer zinvol is om met de oude druk te
werken. Maar goed, dan moet je zelf weten hoe je dat gaat doen. Er is ook een illegale versie van het
boek in de omloop, die is digitaal, als ik je betrap dat je die gebruikt, dan weet ik je wel te vinden. Dat
mag gewoon niet. Helaas heeft iemand die verspreid en dat was gewoon niet de bedoeling.
Aan het einde van de rit krijg je een meerkeuzetoets en ‘misschien’ nog wat open vragen erbij. Ik weet
nog niet of ik dat ga doen, want ik vind het eigenlijk een zinloze exercitie bij online toetsing. Dat is zo
snel gecommuniceerd de inhoud van de open vragen dat ik er niet meer op kan vertrouwen dat het
eigen werk is. Dat ligt bij de meerkeuzetoetsen wat anders, want je krijgt een toets waarbij de vragen
worden gehaald uit een grote vragenbank – meer dan 700 vragen -, dus iedereen krijgt een andere
toets. Dit gaat ook nog in een andere volgorde: de alternatieven worden ook nog gehusseld. Als je
toevallig dezelfde vraag als iemand anders hebt, dan is bij jou het alternatief ‘D’ en bij de ander ‘A’.
Wat er ook nog bij zit. en daar moet je je misschien op voorbereiden, is dat je niet terug kunt naar de
vorige vraag als je een vraag eenmaal hebt beantwoord. Je hebt drie uur de tijd voor de vragen. Je
moet het dus doen op basis van je kennis. Hierdoor wordt de toets een graadje moeilijker. Hierover
hoef je je geen zorgen over te maken, want we weten wel hoe gemiddeld zo’n toets wordt gemaakt en
ik zorg er altijd voor dat de curve van de toets mooi samenvalt met de curve van eerdere toetsen. Dus
als het een beetje te moeilijk uitvalt, dan krijgt iedereen er één of twee vraagjes cadeau bij.
Over het wetboek
Ik zei dat je het wetboek moet gebruiken. Je ziet in het wetboek staan ‘wetboek voor digitaal
procederen’ en ‘wetboek voor niet-digitaal procederen’. Digitaal procederen is inmiddels passé, dus je
moet echt kijken naar het wetboek voor niet-digitaal procederen. Heel soms heb je dat wetboek voor
digitaal procederen nodig, alleen als de bepalingen betrekking hebben op de procedure bij de Hoge
Raad, maar anders niet. Nou is het wel erg apart wanneer je wat dieper erop in wilt gaan of iets wilt
uitzoeken voor dit of een ander vak, dan ga je naar overheid.nl, omdat je inmiddels wel weet wanneer
je bijvoorbeeld rechtsvordering opvraagt en je klikt op het ‘i’tje’ bij een bepaling, dan krijg je de
wetsgeschiedenis van die bepaling, wat je veel kan leren over de betekenis van die bepaling. Je ziet
daar ook staan wat de komende wetswijzigingen zijn en dergelijke. Wat men gedaan heeft bij
overheid.nl (wetten.nl) is dat men meende dat hele digitaliseringsoperatie wel plaats zou gaan vinden,
waardoor alles in het digitaal procederen – rechtsvordering volgens digitaal procederen – is geplaatst
en eigenlijk het niet-digitale gedeelte een beetje is verwaarloosd met als gevolg dat je daar de
informatie niet vindt. Als je naar het niet-digitale gaat en je wilt van het ‘i-tje’ gebruikmaken, realiseer
je dan dat het feit dat je niets vindt niet betekent dat er niks is, maar dat vind je dan bij het digitaal
procederen.
2
LexRosa 2021 – Verspreiden niet toegestaan
, Waarom hebben we dit vak?
a. Reflectie van inrichting van staat en maatschappij (rechtssocioloog)
We heb formeel recht – procesrecht – nodig om het materiële recht tot zijn recht te laten komen. Dat
vind je al bij filosofen als ‘Locke’. Sociaalcontract houdt eigenlijk in dat we procesrecht nodig
hebben. Het materiële recht komt niet tot zijn gelding zonder het procesrecht. De manier waarop het
procesrecht is ingericht weerspiegelt heel aardig de manier waarop samenlevingen in elkaar zit
(rechtssociologie). Je ziet ook wijzigingen in rechtsvordering van de laatste twintig jaar die perfect
corresponderen met wat autoritaire trend in de samenleving: ‘we moeten er hard op meppen, we
moeten er hard op slaan, de staat heeft altijd gelijk.’ Een beetje deze trend lees je terug in
rechtsvordering. Hadden we vroeger niet, maar nu komt dat een beetje terug.
b. Uitwerking van het recht op fair trail (EVRM- fan)
We kunnen tevens vanuit artikel 6 EVRM (‘fair trail’), gaan we later ook doen.
c. Faciliteit voor rechtsontwikkeling (politicus, rechtswetenschapper)
We hebben procesrecht niet alleen nodig om het materiële recht tot zijn gelding te laten komen, maar
ook om het materiële recht tot bloei te laten komen. Het feit dat er geprocedeerd wordt betekent dat
rechters uitspraken moeten doen over het materiële recht en die uitspraken die zorgen ervoor dat het
materiële recht niet verstart of een lesje uit het leerboek blijft zonder dat je weet hoe je het moet
toepassen, maar dat het een ‘living instrument’ is – aldus het EHRM – dat zich voortdurend ontwikkelt
en aangepast wordt aan de maatschappelijke ontwikkelingen. Dit is een heel belangrijke reden waarom
we procesrecht hebben. Je kunt het procesrecht zien als de ontwikkeling van het recht. Er zijn landen
waar dat niet zo werkt, zoals Indonesië.
d. Middel om problemen tussen burgers op te lossen (pastoor)
Je kunt het procesrecht zien als een middel om problemen tussen burgers op te lossen. Dat is meer
voor de pastoor. Die lopen er ook rond in het recht. Er zijn ook rechters die denken dat ze ook de
problemen tussen ouders en kinderen moeten oplossen, maar daar zijn rechters niet voor.
e. Middel om geschillen te beslechten (rechtseconoom)
We kunnen ernaar kijken als de rechtseconoom. De rechtseconoom is heel erg afstandelijk, die zegt
het recht is er en we gaan eens even kijken wat de uitkomst is van een conflict. Hoe de goederen,
waarden in de samenleving verdeeld zijn.
f. Onmisbaar voor het lezen van arresten (student)
De student kijkt ernaar omdat hij zich gaat realiseren. Nou, heb je verschillende studenten. Je hebt
studenten die – de échte millennial zou ik maar zeggen – al denken dat ze alles weten en zichzelf
fantastisch vinden, die nooit iets uit hoeven te zoeken omdat alles wat ze denken al goed is en dus ook
helemaal geen behoefte hebben aan het lezen van arresten, want een half zinnetje in een boek is al
genoeg. Over deze studenten praten we natuurlijk niet. Daarnaast heb je de studenten die willen weten
hoe het recht in elkaar zit en die komen terecht bij de rechterlijke uitspraken, want die hebben we
nodig om te zien hoe het recht in elkaar zit. Dan merken ze, als ze zo’n arrest lezen, want het is
natuurlijk de ultieme waarheid in het civiele recht als de Hoge Raad heeft gesproken, dan merken ze
vaak dat ze geen idee hebben wat er staat. Dat komt omdat heel veel van zo’n beslissing te maken
heeft met de procedure die is gevolgd in lagere instanties. Deze delen van arresten leer je door een vak
als dit te lezen.
3
LexRosa 2021 – Verspreiden niet toegestaan
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LexRosa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.70. You're not tied to anything after your purchase.