In dit document staat de leerstof duidelijk en helder beschreven. Alle colleges zijn bijgewoond en is actief meegeschreven met uitleg. Dit document bevat grotendeels alle leerstof, en is een goede basis voor het tentamen.
Sociale psychologie bijeenkomst 1
Kudde dier (automatisch) of zijn wij autonoom (zelf beslissingen, bewust)?
We zijn minder autonoom dan we denken. Heel veel dingen gaan onbewust en filteren we al.
We gaan in op drie niveau’s persoonlijk, professioneel en Maatschappij: Burger,
consument, fysiologische voetdruk, politiek
- Kennistoets: toepassingsvragen -> niet letterlijk uit het boek maar zelf voorbeelden
geven bijvoorbeeld
- Persoonlijk dossier: uiterlijk 11 januari!
o Leerteamopdrachten: elke week 1
o Zelfstudieopdrachten: canvas: vragen die je beantwoord naast het lezen van
de stof
o Zelf inleveren
Sociale psychologie:
Invloed van de interpretaties van onze sociale omgeving op ons gedrag
Op zoek naar verklaringen voor ons gedrag
Waarom doen we dat? Basismotieven:
- Behoefte om ons goed te voelen over onszelf: we willen een positief zelfbeeld
- De wereld om ons heen accuraat waar te nemen: we willen een weloverwogen kijk op
de wereld, we willen weten hoe de wereld in elkaar steekt, hoe zit het echt. Zo eerlijk
mogelijke kijk op de wereld
Soms strijden deze met elkaar. Als je in woede dingen erbij haalt, geef je minder
waarde aan accuraat waarnemen, maar wil je je eigen zelfbeeld positief houden.
Verschil:
Persoonlijkheidspsychologie: Zit echt op het individu. Jij hebt dit en dit waardoor dit en dit
Sociale psychologie: zit niet op individu, maar zit op de mens in sociale context. Wat is
belangrijk voor een goed huwelijk ipv waarom heeft kees geen goed huwelijk. Hoe werken
mensen in een bepaalde situatie
Sociologie: op hoger niveau naar maatschappij kijken. Kijkt naar economische
verschuivingen etc. kijkt naar veranderende stromingen
Hindsight bias: nadat je de onderzoekresultaten hoort, zeg je dat je dat ook wel had kunnen
weten. Ja logisch, maar wist je het écht ook ervoor al. Meestal niet.
Quiz:
1C
2B
3A
4A
5C
6A
7B
8C
Omdat we al zo veel interpreteren, werken heel veel dingen automatisch ipv autonoom.
Schema’s = voorgevormd denken
Mentale structuren die onze kennis over de sociale wereld organiseren. Ze beïnvloeden
informatie die we opmerken etc (denk aan beginfilmpje. We zien verliefde pubers, maar
, eigenlijk bereid iemand aanslag voor). Bijvoorbeeld hoe een burgemeester of dj zich
gedraagt.
Script: schema’s over specifieke gebeurtenissen. Beschrijven van hoe gebeurtenis
gewoonlijk verloopt. Bijvoorbeeld wat er gewoonlijk gebeurt als mensen uit eten gaan.
Priming beïnvloedt welke schema’s gebruikt worden. priming = klaarzetten. Welke schema’s
zijn top of mind. Schema alcoholisme zit in je hoofd doordat je een zwerver met drank zag
toen je in de bus zat. Toen ging een man in de bus helemaal om zich heen ging schreeuwen.
Dan denk je snel oh hij is dronken. Dat komt door dus priming. Dat schema is recent,
klaargezet.
Perseveratie-effect: ook al worden schema’s weerlegt, alsnog blijven die schema’s
werkzaam. Je hebt bewijs dat jouw schema/mening niet klopt, toch blijft deze werkzaam.
Bestraffingseffect: schema slaat extreem om. Door nieuwe informatie, slaat je
schema/mening ineens helemaal om. Je vond iemand aardig en goede docent, maar je hoort
dat hij meisjes heeft aangeraakt en ineens vind je hem slecht, corrupt, vies etc.
Selffulfilling prophecy: voorspelling die zichzelf uit laat komen.
Pygmaion-effect: positieve variant van selffulfilling prophecy. Doordat je iemand intelligent
vindt, gaat de docent onbewust meer de beurt geven, meer uitleg geven aan haar. Daardoor
wordt ze weer intelligenter etc.
Beschikbaarheidsheuristiek -> aanname waarbij mensen een oordeel baseren op het
gemak waarmee ze zich iets voor de geest kunnen halen -> Geen bepaald beeld heb, en je
wilt oordeel werven, dat je af gaat op wat je spontaan ter binnen schiet. Je gebruikt het
eerste waar je aan denkt.
Representativiteitheurististiek -> aanname waarbij mensen iets classificeren op grond van
de mate waarin het lijkt op een karakteristiek geval. werkelijkheid interpreteren op basis van
bepaalde stereotypen. Hij is bruin, ontspannen, blond haar en gaat graag naar het strand.
Dan komt hij vast uit zeeland.
Anker- en correctieheursitiek -> aanname waarbij mensen een getal of waarde als
beginpunt gebruiken en vervolgens onvoldoende op dit ankerpunt corrigeren -> omdat de
rechter vanavond naar een verjaardag gaat van iemand die 25 wordt, geeft hij sneller nu 25
jaar aan een crimineel.
Bijeenkomst 2 16/11/2020
Attribueren: waar schrijven we ons gedrag aan toe? Waarom doen mensen wat ze doen
Intern: baas vliegt uit zijn slof: omdat hij agressief is -> de oorzaak zit ín hem.
Eigenschappen van de persoon zelf.
Extern: welke externe factoren/omstandigheden waren er?
Eerste reflex is intern attribueren. Collectivistische culturen beter in staat in het maken naar
de tweede fase, namelijk de externe attributie.
Fundamentele attributiefout = rol van interne factoren overschatten, rol van
omgevingsfactoren onderschatten. Je gaat te veel uit van hoe iemand zich gedraagt, maar
het ligt eigenlijk aan de omgevingsfactoren.
Perceptuele saillantie: hetgeen wat mensen zien, overwaarderen we. We denken dat dat
heel grote invloed uitoefent op de situatie.
Hoe komt dat? We zien niet wat iemands anders zijn oorzaak is. Bij andere mensen zien we
niet waarom ze doen wat ze niet. Je weet niet wat er die ochtend bij iemand is gebeurt.
Waar we onze aandacht op richten, daar overschatten we het belang van.
Saillantie betekent opvallend
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tessaluijk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.18. You're not tied to anything after your purchase.