100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Biologie voor jou 5A HAVO Thema 3 samenvatting: Vertering $4.26
Add to cart

Summary

Biologie voor jou 5A HAVO Thema 3 samenvatting: Vertering

3 reviews
 76 views  1 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

In dit bestand is thema 3 samengevat met veel afbeeldingen erbij die de tekst onderbouwen waardoor je het beter snapt. Ook gebruik ik een aantal voorbeelden!

Preview 2 out of 10  pages

  • No
  • Thema 3
  • January 28, 2021
  • 10
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 5

3  reviews

review-writer-avatar

By: cchoelen • 11 months ago

review-writer-avatar

By: sabrinahhernandez • 1 year ago

review-writer-avatar

By: casdekkers • 2 year ago

avatar-seller
Biologie samenvatting hoofdstuk 3: vertering ( havo 5 )


3.1 Voedingsstoffen
Voeding
Voedingsmiddelen = alles wat je eet of drinkt.
Voedingsmiddelen bevatten voedingsstoffen  6 groepen voedingsstoffen: eiwitten,
koolhydraten, vetten, water, mineralen en vitaminen.
Voedingsstof Functie
Koolhydraten (sachariden) Brandstof, bouwstof en reservestof
Vetten (lipiden) Brandstof, bouwstof en reservestof
Eiwitten (proteïnen) Bouwstof en brandstof
Water Bouwstof, transport en temperatuur
Mineralen (zouten) Bouwstof en beschermende stof
Vitaminen Beschermende stof en bouwstof



Eiwitten ( proteïnen )
Eiwitten = ketens van tientallen tot duizenden aminozuren.
Dierlijke eiwitten  zitten in vlees, kaas, vis en eieren
Plantaardige eiwitten  brood, graanproducten, peulvruchten, noten en paddenstoelen.
In het verteringsstelsel worden eiwitten gesplitst in afzonderlijke aminozuren  opgenomen
via het bloed  via bloed naar de lever  vanuit daar naar alle organen.
Eiwitsynthese = worden aminozuren in de cellen( ribosomen ) weer aan elkaar gekoppeld tot
eiwitmoleculen.
In eiwitten van mensen komen 20 aminozuren voor ( 12 zelf en 8 niet zelf )  als je niet de
andere 8 binnen krijgt kan je heel er ziek worden.

Koolhydraten ( sachariden )
Voedsel Inhoud
Zoete vruchten, jam, stroop en honing Glucose, fructose ( beide monosachariden)
en sacharose ( polysacharide )
Brood, aardappelen, rijst en macaroni Zetmeel ( polysacharide )
Dierlijke Bijna geen koolhydraten


Te veel koolhydraten  het hormoon insuline zorgt er voor dat een klein deel word omgezet
in glycogeen ( polysacharide )  wordt al reserve stof opgeslagen in de lever en de spieren.
Overige grote deel  omgezet in vet  wordt opgeslagen onder de huid of rondom organen
( spieren, hart en nieren )
Voedingsvezels = koolhydraten die niet worden verteerd door de enzymen van een mens.
( zoals cellulose en pectine )  grootse deel wordt afgebroken door de enzymen van
bacteriën in de dikke darm.

Vetten ( lipiden )
Een vetmolecuul bestaat uit: een glycogeenmolecuul + 3 vetzuurmoleculen.

, Biologie samenvatting hoofdstuk 3: vertering ( havo 5 )


Vetzuren kunnen verzadigd of onverzadigd zijn.
Je lichaam kan glycerol en de meeste vetzuren vormen uit organische stoffen  hoef je
weinig vet voor te verbranden  je hebt alle enkelen onverzadigde vetzuren nodig in je
voedsel.  zoals linolzuur

Water
Volwassen mens bestaat uit 60 % water.
Water + de opgeloste stoffen bepalen de osmotische waarde van de vloeistoffen in het
lichaam.
Water is een transsportmiddel in het bloed. Ook voor het regelen van de
lichaamstemperatuur.




Figuur 1: Waterbalans: de gemiddelde waarden per etmaal.



Mineralen ( zouten )
Mineralen zijn organische stoffen ( calcium, fosfor, kalium en natrium )  je hebt dagelijks
mineralen nodig om de processen in je lichaam goed te laten verlopen.
Mineralen worden gebruikt als bouwstoffen  calcium en fosfor zorgen ervoor dat je
botweefsel hard en geeft stevigheid aan botten en tanden, calcium zorgt er ook voor dat dat
je bloed gaat stollen als dat nodig is en kalium en natrium zorgen ervoor dat zenuwcellen
impulsen kunnen geleiden.
Spoorelementen = mineralen die je in een kleine hoeveelheid nodig hebt. ( zoals chroom,
fluor, jodium en ijzer ):
 fluor  versterkt het tandglazuur
 IJzer  nodig voor de vorming van hemoglobine
 chroom  speelt een rol bij de werking van insuline en bevat jet schilklier hormoon
jodium
spoorelementen zijn in je lichaam vaak bestanddelen van een enzymen en hormonen.




Vitaminen
Vitaminen = organische stoffen die nodig zijn op de processen in je lichaam goed te laten
verlopen.  ze worden aangeven in letters ( A,B,C,D en K )

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Esmayderks. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.26. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.26  1x  sold
  • (3)
Add to cart
Added