100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Psychopathologie kind en jeugdige - Samenvatting Kinder- en Jeugdpsychiatrie $5.29
Add to cart

Summary

Psychopathologie kind en jeugdige - Samenvatting Kinder- en Jeugdpsychiatrie

 43 views  2 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit is een samenvatting van het boek "Kinder- en Jeugdpsychiatrie" van Frank Verhulst behorende bij het vak Psychopathologie kind en jeugdige. Het bevat de hoofdstukken 1, 2, 5 t/m 15.

Preview 4 out of 39  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1, 2, 5 t/m 15
  • January 30, 2021
  • 39
  • 2019/2020
  • Summary
avatar-seller
Psychopathologie kind en
jeugdige
Kinder- en jeugdpsychiatrie ~ Frank Verhulst

Hoofdstuk 1 – Het vakgebied kinder- en jeugdpsychiatrie
Als gedrags-, emotionele of sociale problemen ernstig of langdurig zijn en wordt hierbij het dagelijks
functioneren ernstig beperkt, dan kan er sprake zijn van een psychiatrische stoornis. In zulke gevallen
is er professionele hulp nodig.
Kinder- en jeugdpsychiatrie is een medisch specialisme. Het houdt zich bezig met het diagnosticeren
en behandelen van kinderen en jeugdigen met psychische stoornissen. Een psychische stoornis is een
samenstel van problemen op het gebied van de cognitieve functies, de emotieregulatie of het gedrag
van een persoon. Dit gaat samen met lijden en/of sociaal disfunctioneren.
Het wetenschappelijk fundament van de psychiatrie wordt gevormd door het domein van de
psychopathologie, waarbij psychopathologie wordt gedefinieerd als de wetenschap van het geestelijk
of psychisch lijden. Voor de kinder- en jeugdpsychiatrie wordt aan de psychopathologie een dimensie
toegevoegd, namelijk het ontwikkelingsperspectief.
De psychiatrie verenigt twee benaderingen: een empathisch begrijpende versus een systematisch,
rationeel-verklarende benadering. In de praktijk hebben beide invalshoeken een plek. In de kinder-
en jeugdpsychiatrie gaat het niet alleen om het individuele kind, maar ook om het gezin, school en
leeftijdsgenoten.
De psychiatrie voor kinderen en jeugdigen verschilt van de psychiatrie voor volwassenen op
verschillende punten:
- Kinderen en jeugdigen zoeken meestal niet zelf hulp voor hun problemen.
- Kinderen en jeugdigen zijn afhankelijk van het gezin en hun functioneren houdt vaak direct
verband met de gezinssituatie.
- Bij het beoordelen van problemen bij kinderen en jeugdigen speelt de ontwikkeling een
centrale rol.
- Bij het diagnostisch onderzoek van kinderen en jeugdigen worden gegevens van andere
informanten dan de patiënt zelf sterk meegewogen.
- Interventietechnieken en de zorg voor kinderen en jeugdigen wijken af dan die voor
volwassenen.

Hoofdstuk 2 – Diagnostiek
Psychiatrische diagnostiek bij kinderen en adolescenten wijkt sterk af van die bij volwassenen. Het
ontwikkelingsniveau van het kind, de rol van andere informaten dan het kind en de aard van de
problemen vergen specifieke vaardigheden en kennis.

Inleiding
Het diagnostische proces bestaat uit twee onderdelen:
1. Het verkrijgen van informatie over klachten en symptomen (het diagnostisch onderzoek).
2. Het maken van een samenvattende conclusie (het stellen van de diagnose).
Dit is nodig om de beste behandeling te kiezen.

Meerdere informatiebronnen
Gedrag van kinderen kan sterk variëren afhankelijk van de context. Om een goed beeld te krijgen van
de problemen van een kind of jeugdige is het nodig om informatie vanuit verschillende bronnen te
krijgen. De vier belangrijkste informatiebronnen zijn:

, 1. Ouders. Ze zijn meestal goed op de hoogte van het functioneren van hun kind in de
thuissituatie. Deze visie is doorslaggevend.
2. Leerkrachten. Ze kunnen informatie geven over de schoolprestaties en het sociale
functioneren van kinderen. Ook kunnen ze het gedrag observeren tijdens een taakgerichte
situatie. Ze kunnen het gedrag goed vergelijken met leeftijdsgenoten.
3. Kinderen en jeugdigen zelf. Ze kunnen zelf goed informatie geven over hun eigen gevoelens
en gedachten.
4. Hulpverleners. Zij gaan het kind onderzoeken.

Hoe wordt diagnostische informatie verkregen?
Het verzamelen van diagnostische gegevens is een proces van opsporen van kenmerken die het ene
individu onderscheiden van andere individuen. Er zijn drie methoden om diagnostische gegevens te
verkrijgen:
1. Ongestructureerd methoden. Bijvoorbeeld een gesprek met ouders, kind of leerkracht.
2. Gestructureerde methoden. Bijvoorbeeld het invullen van vragenlijsten of afnemen van
gestandaardiseerde interviews/observaties.
3. Gestandaardiseerde tests of onderzoeken. Bijvoorbeeld lichamelijk en neurologisch
onderzoek of een psychologische test.

Onderdelen van het diagnostisch onderzoek
Het psychiatrisch diagnostisch onderzoek van kinderen bestaat uit vijf componenten verdeeld over
drie informatiebronnen:
1. Informatie van ouders. Reden voor het zoeken van hulp, de hoofdklacht, de
ontwikkelingsanamnese & gezins- en familieanamnese(voorgeschiedenis) en gegevens over
het dagelijks functioneren van het kind.
2. Informatie van de leerkracht. Leerprestaties kind, het gedrag van het kind in de klas, de
relatie tot de leerkracht en medeleerlingen en het schoolklimaat.
3. Informatie van het kind of de jeugdige.
a. Onderzoek naar de cognitieve functies en het sociaal-emotioneel functioneren met
behulp van gestandaardiseerde psychologische tests
b. Lichamelijk en technisch onderzoek, zoals chemisch onderzoek, beeldvormend
hersenenonderzoek, genetisch onderzoek of (psycho)fysiologisch onderzoek
c. Het gesprek met het kind of de jeugdige. Ook observaties tijdens het gesprek.

Het hulpverleningsproces
Vervolgens worden de verschillende stappen van het verzamelen van informatie en het opstellen van
een diagnostische formulering in kaart gebracht. Ook stilstaan bij het evalueren van de behandeling
en de uitkomst. Onderstaande figuur geeft het proces weer van aanmelding voor hulp tot en met de
evaluatie van het functioneren na de behandeling.

,De aanmelding
Het zijn meestal de ouders of leerkracht die de noodzaak om gespecialiseerde hulp te zoeken
aangeven. Voor kinderen tussen twaalf en zestien jaar is zowel de instemming van het kind zelf als
van de ouders nodig voor het krijgen van hulp.

De hulpvraag en het uitdiepen van de hoofdklacht
In het eerste contact wordt de reden van komst uitgevraagd. De vraag is dan ook waarom voor dit
kind en juist op dit moment hulp wordt gevraagd. Het is belangrijk om een beeld te krijgen van de
ernst en acuutheid van de problemen. In eerste contact komen volgende aspecten aan de orde:
- Nagaan van de aanleiding voor het zoeken van hulp
- Schatten van de aard en ernst van problemen
- Nagaan hoe acuut de problemen zijn
- Nagaan wat het effect is van de problemen op het functioneren van het kind op school, in
het gezin en met leeftijdsgenoten
- Nagaan van de reactie van de omgeving op het probleemgedrag
- Nagaan van het beloop van de problemen in de tijd
- Nagaan van de aanwezigheid van eventuele oorzakelijke, of in stand houdende of
bevorderende factoren
- Nagaan wat ouders of school al aan de problemen hebben gedaan
- Vragen naar eerdere hulpverleningscontacten
- Inwinnen van informatie bij eerdere hulpverleners of leerkracht
- Uitleg geven over de volgende gesprekken of onderzoeken

Vragenlijsten
Over het algemeen hebben hulpverleners een voorkeur voor het directe contact met ouders, gezin,
kind of jeugdige in de vorm van een gesprek. Voor het verkrijgen van betrouwbare en valide
informatie hebben gestandaardiseerde methoden de voorkeur. Vragenlijsten zijn makkelijk af te
nemen en goedkoop. Als nadeel is dat er niet direct doorgevraagd kan worden op antwoorden. Er
zijn twee soorten vragenlijsten:
1. Vragenlijsten waarmee een breed scala van problemen kan worden vastgesteld (generieke
vragenlijsten). Twee internationaal veel gebruikte generieke vragenlijsten zijn:
a. Het Achenbach System of Empirically Based Assessment (ASEBA) is vooral bekend
onder de namen van de verschillende versies die er zijn. Zo brengen de vragenlijsten
de vaardigheden van een kind of jeugdige in kaart en bevatten ze daarnaast vragen
over emotionele en gedragsproblemen.
b. De Strengths and Difficulties Questionnaire heft een versie voor ouders en
leerkrachten van kinderen en jeugdigen van vier tot zestien jaar en een
zelfbeoordelingsversie voor elf- tot zestienjarigen.
2. Vragenlijsten die gericht zijn op een specifiek gebied van problemen, zoals depressie,
autisme of ADHD.

Het diagnostisch onderzoek
Het diagnostisch onderzoek bestaat uit:
- Gesprek met ouders. Hierbij worden de volgende drie aspecten uitgediept:
o De ontwikkelingsanamnese. De meeste problemen bij kinderen ontstaan niet
plotseling, maar hebben voorlopers die bij het afnemen van de voorgeschiedenis aan
de orde komen.
o Het huidig functioneren van het kind of jeugdige. Hierbij wordt gekeken naar
problemen in het dagelijks functioneren, maar ook naar sterke kanten van het
functioneren.
o De gezins- en familieanamnese

, - Gesprek met kind of jeugdige zelf. De visie van het kind op de aard en oorzaak van de
problemen is van belang. Het kan ook een indruk geven van de motivatie van het kind om
aan de behandeling mee te werken. Het gesprek bestaat uit drie componenten:
o Het vraaggesprek waarin de hulpvraag, het huidige functioneren en de motivatie
voor de behandeling besproken worden.
o Het geven van opdrachten, zoals motoriekopdrachten of het laten maken van een
tekening.
o Observaties tijdens het gesprek
- Gesprek met leerkracht. Gedrag van het kind in de klas en op het schoolplein, relatie met
leerkracht, schoolprestaties en sociale functioneren bespreken.
- Afnemen van tests, zoals psychodiagnostisch, lichamelijk en technisch onderzoek.

Diagnostische formulering
Nadat alle diagnostische gegevens verzameld zijn, moet er orde komen in de gegevens met als
einddoel een diagnose. De veelheid van diagnostische informatie afkomstig van diverse informaten
moet door de hulpverlener vergeleken worden. Uiteindelijk wordt een gewogen beeld verkregen van
het functioneren van het kind. Classificatie is het groeperen van individuen op basis van hun
onderscheidende kenmerken. Een aantal bij elkaar voorkomende symptomen wordt een
syndroom/stoornis genoemd. In de DSM staan symptoombeschrijvingen van een groot aantal
psychische stoornissen. Hieraan zitten criteria, waarvan een minimumaantal aanwezig moeten zijn
voor een diagnose. Het classificeren van de problemen van een kind volgens de DSM-5 is niets anders
dan benadrukken dat een aantal kenmerken van dit ene kind gelijkenis vertoont met dat van andere
kinderen met dezelfde stoornis. Een diagnostische formulering moet volgende elementen bevatten:
- Leeftijd en geslacht
- Intelligentie
- DSM-5 classificatie
- Overige symptomen die van belang zijn
- Leeftijd van het ontstaan en beloop van de klachten
- Effect van de symptomen op functioneren thuis, op school en omgeving
- Risicofactoren en beschermende factoren die van belang zijn voor prognose

Hoofdstuk 6: Aandachtsdeficiëntie-/hyperactiviteitsstoornis
Inleiding
ADHD is een stoornis die op jonge leeftijd begint en die uit onoplettendheid, hyperactiviteit en
impulsiviteit bestaat. Pas als deze problemen in extreme mate aanwezig zijn, het dagelijks
functioneren belemmeren en in meerdere levensdomeinen voorkomen, kan er van ADHD worden
gesproken. Er is een discussie over het begrip ADHD. De diagnose wordt uitsluitend gesteld op basis
van gedragskenmerken die min of meer normaal verdeeld zijn en de grens tussen stoornis en
normaliteit is daardoor enigszins arbitrair (willekeurig).

Diagnostische kenmerken
De diagnose ADHD wordt op basis van observeerbare gedragssymptomen gesteld. Een symptoom
wordt pas aanwezig geacht als het gedrag niet bij het ontwikkelingsniveau past en als het interfereert
met normaal sociaal en schools functioneren. De stoornis moet voor het twaalfde jaar begonnen zijn.
Ook moeten de symptomen in twee of meer contexten aanwezig zijn.
De DSM-5 criteria zijn:
- Onoplettendheid
o Onvoldoende aandacht voor details
o Kan aandacht niet bij taken of spel houden
o Lijkt niet te luisteren
o Maakt taken niet af

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller karlijnvanesch1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.29. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48298 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$5.29  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added