Samenvatting Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs (module 7, 8, 9)
107 views 1 purchase
Course
Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Book
Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs
Samenvatting van module 7, 8 en 9 van het boek 'Leren in maatschappelijk betrokken onderwijs' (Jan Elen en Andy Thys) - tweede editie (2020).
Veel succes!
Module 7: Verschillen tussen leerlingen in onderwijs
1. Inleiding
Leerlingen verschillen van elkaar op verschillende vlakken bijv. voorkennis, intelligentie,
leerproblemen, geslacht, leeftijd, sociaaleconomische thuissituatie, thuistaal, etnische
achtergrond, motivatie, interesses, metacognitieve vaardigheden, zelfregulatievaardigheden,
persoonlijkheid, sociaal-emotioneel functioneren.
Diversiteit in de leerlingenpopulatie neemt toe omwille van:
- Toenemende migratie: mensen blijven om diverse redenen niet meer op één plaats.
- Evolutie in het aantal leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften: onderwijsbehoeften
ten gevolge van langdurige en belangrijke participatieproblemen die te
wijten zijn aan het samenspel tussen:
o Eén of meerdere functiebeperkingen op mentaal, psychisch,
lichamelijk of zintuigelijk vlak.
o Beperkingen bij het uitvoeren van activiteiten.
o Persoonlijke en externe factoren.
Verder geven leerkrachten aan het geen eenvoudige opdracht te vinden om binnen het
gewoon onderwijs met diversiteit om te gaan (leer- en gedragsstoornissen, andere
beperkingen, …). Er kan wel gesteld worden dat de grootste groep leerlingen met
specifieke onderwijsbehoeften zich in het BSO bevindt.
Ten slotte kan ook opgemerkt worden dat steeds meer leerlingen buitenschoolse hulp
zoals logopedie krijgen. Hiervoor zijn meerdere verklaringen:
o Inclusieve beleidsmaatregelen bijv. M-decreet.
o Scholen en leraren hangteren een strengere norm van wat een modale leerling is,
waardoor meer leerlingen een diagnose of label krijgen.
o Grote bekommernis bij de ouders waardoor zij sneller een probleem signaleren en
een diagnostisch traject opzetten.
o Verminderde draagkracht van de school.
2. Hoe omgaan met verschillen tussen leerlingen?
2.1 Visies op omgaan met verschillen tussen leerlingen
Vandaag de dag zijn leraren en andere onderwijsprofessionals erg alert voor de kenmerken
en noden van individuele leerlingen.
De stelling dat elke leerling recht heeft op het beste onderwijs, wordt quasi unaniem
onderschreven.
1
,2.1.1 Child deficit-visie
= vertrekt van een tekort bij de leerling. Deze visie stelt dat leerlingen met specifieke
onderwijsbehoeften vanuit deze tekorten nood hebben aan een gespecialiseerde
begeleiding en aanpak op hun maat. Deze leerlingen worden gezien als fundamenteel
verschillend van hun klasgenoten.
o Aanhangers pleiten voor onderwijs in een aparte, beschermde, aangepaste
omgeving bijv. buitengewoon onderwijs, want deze scholen zijn expert in het
ondersteunen/begeleiden van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften.
▪ Zo krijgt een dove leerling – samen met andere dove en/of slechthorende
leerlingen – les in gebarentaal.
o Binnenklasdifferentiatie in een reguliere school bijv. de leraar voorziet één aanpak
voor de meeste kinderen en voorziet zo nodig een aparte aanpak voor leerlingen
met een probleem of een beperking bijv. individuele ondersteuning bij de taak of
het toegelaten gebruik van een woordenboek.
De child deficit-visie ligt onder vuur omdat de nadruk ligt op de problemen of tekorten van
de leerling in plaats van op de contextfactoren die aanleiding geven tot die
problemen.
2.1.2 Inclusievisie
= leerlingen met verschillende kenmerken moeten zoveel mogelijk gelijk behandeld
worden. Deze visie stelt dat een klasgroep of een school een weerspiegeling zou moeten
zijn van de diversiteit in de samenleving. De diversiteit binnen een klas wordt niet gezien
als een probleem, maar net als een rijkdom.
o Universal design for learning (UDL): binnen dit model wordt er expliciet gepleit
tégen verschillende behandelingen voor verschillende groepen leerlingen.
Volgens UDL moet het onderwijs zich richten op de mogelijkheden van alle
kinderen om te leren en te ontwikkelen op verschillende manieren.
▪ De afstemming van de leeromgeving op diverse leerlingkenmerken moet
mogelijk zijn voor alle leerlingen en niet enkel voor leerlingen die
bestempeld worden als leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften =>
alle leerlingen kunnen baat hebben bij specifieke maatregelen en hebben
hier evenveel recht op bijv. voor alle leerlingen een voldoende groot
lettertype gebruiken, alle leerlingen extra tijd geven bij een toets,
tekstmateriaal digitaal ter beschikking stellen, …
o In een UDL-leeromgeving ervaren leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften
hun behoeften niet noodzakelijk als een deficit of een tekort.
2
, 2.1.3 Samengevat
Beide visies hechten belang aan differentiatie. In de child-deficit benadering ligt de nadruk
op differentiatie die exclusief gericht is op leerlingen met specifieke leerbehoeften in
het model van UDL wordt uitgegaan van differentiatie waarvan alle leerlingen profiteren.
Bijv. gebruik van koptelefoon:
o Child-deficit benadering: enkel de leerlingen met ADHD mogen
een koptelefoon gebruiken.
o Inclusievisie: alle leerlingen hebben het recht om te kiezen of ze
liever met of zonder koptelefoon werken.
Bijv. gebruik van softwaren:
o Child-deficit benadering: als de school voorleessoftware voorbehoudt voor de
leerlingen met dyslexie.
o Inclusievisie: als een school voorleessoftware ter beschikking stelt van alle
leerlingen die denken dat de software hen helpt.
2.2 Van segregatie naar inclusie in Vlaanderen
Zowel internationaal als in Vlaanderen zien we een verschuiving van segregatie naar
inclusie wat betreft het omgaan met leerlingen met specifieke onderwijsbehoefen. Deze
evolutie gaat gepaard met de internationale ontwikkelingen rond de rechten van personen
met een handicap. Dat verdrag bepaalt dat mensen met een beperking (ongeveer 10% van
de wereldbevolking) recht hebben op een goed leven en een volwaardige deelname aan
de maatschappij, dus ook aan het onderwijs.
Het verdrag resulteerde in wijzigingen op Vlaams beleidsniveau (het M-decreet) en in het
zorgbeleid op school.
2.2.1 Het M-decreet
- Ingevoerd op 01/09/2015 – vloeit voort uit het VN-verdrag.
- Elke gewone school voor regulier onderwijs heeft de plicht om voor leerlingen met
specifieke onderwijsbehoeften de nodige redelijke aanpassingen te voorzien, zodat alle
leerlingen op een evenwaardige en zelfstandige manier kunnen participeren aan het
onderwijs.
o Redelijke aanpassingen = differentiërende, remediërende, compenserende of
dispenserende maatregelen.
3
, Verschillende niveaus van het zorgcontinuüm:
Fase 0 – brede basiszorg: er wordt van de school
verwacht dat ze kwalitatief goed onderwijs biedt voor
alle leerlingen bijv. goede opvolgingsstructuur voor
alle leerlingen, krachtige leeromgevingen creëren,
differentiëren in functie van de onderwijsbehoeften
van alle leerlingen bijv. door middel van verlengde
instructie, aangepaste instructiewijzen aanbieden,…
Fase 1 – verhoogde zorg: wanneer de structurele en preventieve maatregelen uit de brede
basiszorg niet volstaan om tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeften van bepaalde
leerlingen, wordt er in deze fase gezocht naar specifieke oplossingen die gerealiseerd
kunnen worden binnen de reguliere werking van de school. Zo zal de leerkracht beroep
doen op het multidisciplinair team en gaan ze samen op zoek naar interventies die
tegemoet kunnen komen aan specifieke onderwijsbehoeften van de leerling. Dit gebeurt
in samenspraak met de leerling en zijn ouders.
Fase 2 – uitbreiding van zorg: voor sommige leerlingen volstaan de maatregelen uit de fase
van de verhoogde zorg niet. Dan is er nood aan een bijkomend inzicht in de individuele
onderwijsleersituatie en wordt het CLB ingeschakeld. Vaak starten zij een traject op van
handelingsgerichte diagnostiek, wat uitgevoerd wordt in samenspraak met het
schoolteam, de ouders en de leerling. Hier worden de onderwijs- en opvoedingsbehoeften
van de leerling en de ondersteuningsbehoeften van de leraren en ouders in kaart gebracht,
en worden adviezen geformuleerd voor een afstemming van het pedagogisch aanbod op
de noden van de leerling.
Fase 3 – het individueel aangepast curriculum (IAC): dit is een individueel aangepast
programma dat bedoeld is voor leerlingen die langdurige en belangrijke problemen
ondervinden om het gemeenschappelijk curriculum te volgen. De leerdoelen worden op
maat van de leerling opgesteld opdat zij de doelen in het gemeenschappelijk curriculum
niet hoeven te halen. Dit aangepast curriculum kan zowel in het gewoon onderwijs als in
het buitengewoon onderwijs.
Wanneer mag een kind ingeschreven worden in het buitengewoon onderwijs? Pas op het
moment dat de fasen van het zorgcontinuüm in het gewone onderwijs doorlopen werden,
en dat de nodig geachte aanpassingen in het gewone onderwijs disproportioneel zijn,
vervalt het recht op toegang tot het gewone onderwijs en kan een leerling ingeschreven
worden in het buitengewoon onderwijs.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Ivbellin. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.06. You're not tied to anything after your purchase.