Financiële omgeving 1 tot en met 7 en beslissingen en planningen 1 tot en met 6
February 1, 2021
17
2019/2020
Summary
Subjects
financiering
financiele omgeving
beslissingen en planning
geldstromen
kasstromen
winstbasis
operatiebasis
vrije kasstroom
hefboomwerking ve
hogeschool rotterdam
kasstroom uit financieringsactiviteiten
Connected book
Book Title:
Author(s):
Edition:
ISBN:
Edition:
Written for
Hogeschool Rotterdam (HR)
Finance and Control
Financiering (FBEFIN0323)
All documents for this subject (4)
1
review
By: dhelstone96 • 3 year ago
Seller
Follow
stevenlouwerse
Reviews received
Content preview
Samenvatting Financiering
Financiële omgeving
Hoofdstuk 1
Primaire geldstromen:
Geldstromen die het directe gevolg zijn van het primaire proces
- inkoopmarkt bv inkoop grondstoffen, personeelskosten en investering duurzame activa
- verkoopmarkt bv verkoop goederen en desinvestering duurzame activa
- overheid bv belastingen (uitgaande geldstromen) en subsidies (inkomende geldstromen)
Secundaire geldstromen
afkomstig van de vermogensmarkt
Geldmarkt is met een looptijd korter dan 2 jaar
Kapitaalmarkt heeft dan weer een looptijd langer dan 2 jaar
Inkomende geldstromen van de vermogensmarkt zijn het aantrekken van vreemd vermogen en eigen
vermogen
Uitgaande geldstromen vermogensmarkt zijn de betaling van interest dividend en aflossing
Een onderneming financieel-economisch zelfstandig als:
de voorraad liquide middelen vermeerderd met ingaande geldstromen groter dan of minimaal gelijk
aan uitgaande geldstromen (lange termijn) is
Indien op korte/lange termijn de uitgaande geldstroom groter is moet de vermogensmarkt
aangesproken worden om het tekort aan te vullen
TAKEN FINANCIEEL MANAGER
Administratie (achteraf) > boekhouding = vastlegging
Treasury (toekomstgericht) > beheer geldstromen (cashmanagement) risicobeheer ivm rente en
vreemde valuta etc en contacten met vermogensmarkt
Controlling (achteraf/toekomst) > verzamelen en analyseren informatie, opstellen en bewaken
budgetten en aanleveren stuurinformatie
KASSTROMEN
Directe methode
Geldontvangsten en gelduitgaven > berekening op basis van het kas- en bankboek > kan alleen intern
Eindantwoord > mutatie liquide middelen
Indirecte methode
Externen kunnen op basis van de jaarrekening de kasstromen met indirecte methode berekenen
1. Kasstroom op winstbasis
2. Kasstroom op operatiebasis
3. Kasstroom door investeringsactiviteiten
= vrije kasstroom
4. Kasstroom uit financieringsactiviteiten
= mutatie liquide middelen
, Voorbeelden primaire geldstroom:
Gebouwen, machines, crediteuren en debiteuren en belastingen
Voorbeelden Geldstroom m.b.t. de vermogensmarkt = secundaire geldstroom
Hypotheek, inrestkosten, rekening courant en dividend
HOOFDSTUK 2
Financiële markten zijn verzamelnamen voor de plaats waar het aanbod en de vraag naar
financiële middelen, of daarvan afgeleide vermogenstitels elkaar ontmoeten.
Hier kan een onderneming
geld aantrekken i.v.m. tekort
geld uitzetten i.v.m. overschot
valuta’s omzetten
‘Risico’s afdekken via derivaten
Vermogensmarkt:
Geldmarkt looptijd korter dan 2 jaar
Kapitaalmarkt looptijd langer dan 2 jaar
Valutamarkt
Derivatenmarkt
Afgeleide producten zoals bv opties
Vermogensmarkt:
overdracht door beschikkingsmacht
- tijdelijk door lening
- permanent door aandelen
Effectief rendement
Rendement op een vermogenstitel is afhankelijk van de waarde van de vermogenstitel op dit
moment (koerswaarde)
te berekenen als de toekomstige kasstromen bekend zijn, zoals bij een obligatie
Effectief rendement berekenen door de nieuw-oud gedeeld door oud formule nieuw is de
toekomstige kasstroom en oud is de huidige beurskoers. Nominale waarde dus niet interessant
nu
Waarom verandert de koers van een obligatie?
Bij een stijging van rente op vermogensmarkt blijft de couponrente van obligatie gelijk
hierdoor is een obligatie minder interessant en daalt de waarde hiervan
Bij een daling van de rente op de vermogensmarkt zal de vraag naar obligaties toenemen
waardoor de prijs stijgt
Er is dus een tegengesteld verband rente stijgt koers daalt rente daalt koers stijgt.
Op de derivaten markt worden risico’s uitgeruild zoals renterisico en valutarisico
A. Derivaten die een toekomstige prijs vastleggen > termijncontracten, futures
Het recht en de plicht om in de toekomst een bepaalde transactie tegen een nu overeengekomen
prijs te verrichten.
B. Derivaten die het recht geven tegen een vastgestelde prijs te kopen of verkopen > opties,
warrants
Call optie > recht om gedurende een periode of op een zeker tijdstip een bepaalde hoeveelheid
onderliggende waarde te kopen tegen de uitoefenprijs
Put optie > recht om gedurende een periode of op een zeker tijdstip een bepaalde hoeveelheid
onderliggende waarde te verkopen tegen de uitoefenprijs
C. Derivaten die leiden tot een tijdelijke ruil van geldstromen > swaps
Renteswap: variabele renteverplichting wordt geruild met een vaste renteverplichting
Valutaswap: twee verschillende vreemde valutasoorten woorden geruild
Twee belangrijke begrippen
- LONG-Positie: men heeft of krijgt op termijn de onderliggende waarde in bezit. Met een long
positie heb je voordeel bij een stijgende prijs in de toekomst
- SHORT-Positie: men heeft nu de onderliggende waarde niet in bezit maar moet deze in de
toekomst mogelijk wel leveren/hebben. Met een short positie heb je voordeel bij een
dalende prijs in de toekomst.
Effectenbeurs valt onder kapitaalmarkt
Het is de infrastructuur om vraag en aanbod naar aandelen, obligaties en andere instrumenten
samen te laten komen.
HOOFDSTUK 3
Een organisatie heeft een doel
Een bedrijf produceert goederen of diensten
Een onderneming streeft naar winst
Onderneming > organisatie die streeft naar financieel- economische zelfstandigheid
Financieel economisch zelfstandig is op langere termijn Meer liquide middelen + ingaande
geldstromen dan Uitgaande geldstromen
Voldoen aan verplichtingen
en het waarborgen van continuïteit
Onzelfstandig kan voortbestaan door subsidies overheid zoals ziekenhuizen en scholen
bijvoorbeeld.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller stevenlouwerse. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.