Burgt, M, van der. Verhulst, F. Doen en blijven doen. Zelfmanagement en persoonsgerichte
multidisciplinaire zorg (2018).
H1 Persoonsgerichte zorg
1.1 inleiding
De maatschappij veranderd. Het gaat daarbij niet alleen om demografische veranderingen in de
maatschappij (leeftijd, opleidingsniveau, migratie-achtergrond), maar ook om kennis over gezondheid,
de manier waarop mensen in het levens taan, kleinere gezinnen, technologische ontwikkelingen en
ontwikkelingen in gebruik van media.
Mensen hebben gemakkelijker toegang tot informatie en willen (mee)beslissen over dingen die hen
direct aangaan, zoals hun gezondheid.
Daarbij willen ze geen standaardoplossingen, maar oplossingen die bij hun specifieke problemen en
hun manier van leven passen. Mensen willen als persoon gezien en benaderd worden. De grote
diversiteit van mensen vraagt om passende oplossingen. In de zorg gaat het om persoonsgerichte
zorg, om zorg op maat.
Er is een toename van het aantal ouderen en chronisch zieken. Zij leiden hun leven met één of meer
aandoeningen of beperkingen en doen dat op een manier die het beste bij hen past. Het grootste deel
van de tijd komt daar geen zorgverlener aan te pas. Dagelijks nemen zij kleine en grote beslissen over
hun leven met beperkingen. Zij voeren daarbij zelf de regie – zelfmanagement.
Het zorggebruik neemt sneller toe dan het aantal zorgverleners. Mede daarom vinden de overheid,
zorgverzekeraars en zorgverleners zelfmanagement van groot belang. Daarnaast herkennen en
erkennen ze het belang van zelfmanagement voor de kwaliteit van leven van de patiënt.
Gezondheid:
Ontwikkelingen in de kennis over gezondheid leiden eveneens tot veranderingen in de zorg. Er is
meer kennis over de invloed van leefstijl op gezondheid en ziekte. Dat voedt het besef dat mensen
zelf kunnen bijdragen aan gezond zijn en gezond blijven. Gezond(er) worden, vraagt niet alleen inzet
van professionals, m aar ook een actieve rol van mensen zelf als het gaat om hun leefstijl en hun
leven met beperkingen. De veelomvattende definitie van de WHO – een toestand van volledig
lichamelijk, psychisch en sociaal welzijn – geeft echte een statische situatie aan. Recent heeft Huber
(2011), op grond van interviews met ‘gewone mensen’ zorgprofessionals en beleidsmakers over wat
zij verstaan onder gezondheid, een nieuwe definitie opgesteld:
Gezondheid is het vermogen om zich aan te passen en een eigen regie te voeren in het licht van de
fysieke, sociale en emotionele uitdagingen in het leven (Huber 2011).
In deze definitie is gezondheid een dynamisch proces – omgaan met uitdagingen – waarin bovendien
de omgeving een belangrijke rol heeft.
Kennis van het belang van leefstijl bij gezondheid en de andere kijk op het begrip gezondheid hebben
bijgedragen aan het besef dat werken aan gezondheid niet alleen een taak is van professionals in het
medische domein, maar dat professionals en organisaties in het sociale domein daaraan een
belangrijke bijdrage kunnen leveren. Niet alleen bij gezondheidsklachten, maar ook om gezond te
blijven of gezonder te worden.
1.2 Eigen regie
Eind vorige eeuw groeide het besef dat mensen meer zelf de regie willen nemen in hun leven, ook met
betrekking tot gezondheid en ziekte. Zij willen beslissingen niet zomaar overlaten aan professionals.
Dat is soms in acute situaties noodzakelijk en prettig, maar in de meeste situaties niet. Bovendien zijn
er niet veel contactmoment tussen patiënten en (para)medische zorgverleners.
Het grootste deel van de tijd en in verreweg de meeste situaties nemen patiënten grote en kleine
beslissingen over hun situatie en leefstijl. Mensen met chronische gezondheidsproblemen proberen
het elke dag voor elkaar te krijgen dat ze dingen kunnen doen die bij hun leven horen, die zij belangrijk
vinden. Hoe zij dat doen en wat zij daarin belangrijk vinden, daarin verschillen ze onderling.
Onder eigen regie of zelfmanagement verstaan we in dit boek:
Het zodanig omgaan met de chronische aandoening (symptomen, behandeling, lichamelijke,
psychische en sociale consequenties en bijbehorende aanpassingen in leefstijl) dat de aandoening
optimaal wordt ingepast in het leven. Zelfmanagement bij chronisch zieken betekent dat zij zelf
,kunnen kiezen in hoeverre zij de regie over het leven in eigen hand willen houden en mede richting
willen geven aan hoe beschikbare zorg wordt ingezet, om een optimale kwaliteit van leven te bereiken
of te behouden.
Het gaat bij zelfmanagement in deze definitie om gedrag: omgaan met gezondheidsproblemen, het
leven leiden met een chronische ziekte.
Er zijn andere definities die een accent leggen op het vermogen om om te gaan met
gezondheidsproblemen. Wij kiezen in dit boek voor zelfmanagement als gedrag: wat iemand met
gezondheidsproblemen doet, hoe hij zijn leven inricht.
Paramedici en artsen gebruiken vaak het woord zelfmanagement. Eigen regie en eigen kracht worden
dikwijls gebruikt door patiënten zelf, verpleegkundigen en professionals in het sociale domein.
In dit boek zullen we de termen door elkaar gebruiken.
Overigens is de behoefte aan eigen regie niet bij iedereen even groot. Het is uiteindelijk aan de patiënt
om te bepalen of en hoeveel eigen regie hij wil hebben.
Probleemoplossende stappen:
Patiënten met een chronische ziekte hebben veel werk aan hun ziekte. Zo geven mensen met COPD
aan dat ze vooral bezig zijn met overleven, dat ze zich lichamelijk en emotioneel moeten aanpassen.
Om problemen op te lossen of ze voor te zijn, moet een patiënt die snel vermoeid raakt, kunnen
inschatten welke en hoeveel activiteiten haalbij zijn, gezien zijn beperkte belastbaarheid of energie.
Dat geldt des te meer wanneer er een chronische ziekte in het spel is die de patiënt steeds voor
nieuwe situatie stelt.
Om situaties die steeds verschillen goed te kunnen hanteren, moet de patiënt inzicht hebben in de
situatie, zijn mogelijkheden en manieren om problemen aan te pakken. En hij moet in staat zijn om
telkens opnieuw beslissingen te nemen over een geschikte aanpak voor dat moment
Deze vaardigheden maken deel uit van zelfmanagement. Daar kan ook bij horen dat hij gebruikmaakt
van wat anderen weten en kunnen (steunbronnen).
Het is belangrijk dat hij zich assertief kan opstellen om met partner, familie, collega’s en zorgverleners
om te gaan.
Verschillende auteurs hebben stappen voor het oplossen van problemen beschrijven. Ook al zijn er
verschillen, in de grote lijn gaat het om hetzelfde; zelfmanagementstappen vertonen parallellen met de
stappen van de stappenreeks.
Persoonsgericht ondersteunen van zelfmanagement leidt tot meer tevredenheid, zowel bij de patiënt
als bij de zorgverleners. Daarnaast is er een gezondheidswinst en afname van zorggebruik.
,1.3 Persoonsgerichte zorg
Zorg aan een patiënt vraagt meer dan alleen behandeling van de aandoening. Een ziektegerichte
aanpak volstaat niet. Zorgt vraagt oog voor de patiënt, zijn beleving van zijn gezondheid, zijn
persoonlijke omstandigheden, zijn reactie op het gezondheidsprobleem. Bovendien zijn er steeds
meer mensen met meerdere aandoeningen tegelijkertijd, bij wie geode zorg geen optelsom is van de
zorg voor de ‘afzonderlijke aandoeningen’. Om al deze redenen is het concept ‘ persoonsgerichte
zorg’ ontwikkeld. Er bestaat geen sluitende definitie, maar we kunnen wel de belangrijkste elementen
van het concept beschrijven.
In persoonsgerichte zorg staat het mens- zijn en de manier waarop de patiënt in het leven staat en
met zijn aandoening omgaat centraal. Daarbij is er oog voor zijn situatie, leefstijl en voorkeuren. Zowel
de inhoud van de zorg als de manier waarop die wordt uitgevoerd, is afgestemd op de individuele
patiënt. Daarbij zijn de patiënten steeds vaker gelijkwaardige partners in de relatie met hun
zorgverleners. En de zorgverleners begrijpen en erkennen de behoefte van hun patiënten aan eigen
regie en de positieve effecten daarvan op hun kwaliteit van leven. Zij stemmen de zorg af op de
mogelijkheden, wensen en behoeften, motivatie en doelen van hun patiënten. Beslissingen nemen ze
samen. Dat leidt tot meer betrokkenheid van de patiënt en het gevoel mede verantwoordelijk te zijn
voor zijn gezondheid.
Bovendien sluit de zorg beter aan bij de behoefte; er is minder kant op over- of onderbehandeling. En
zowel de patiënt als de zorgverlener zijn tevreden over de zorg. Samen komen ze tot een plan dat het
beste bij de individuele patiënt past – zogenoemde co-creatie - .
Zonder de inbreng van de patient is een optimaal afgestemd plan niet mogelijk.
Het concept persoonsgerichte zorg is gebaseerd op het internationaal bekende Chronic Care Model
voor de zorg van mensen met chornische ziekten.
Hierbij is het uitgangspunt patiënt centeredness (patientgerichtheid).
Essentieel daarbij is dat de voorkeuren en behoeften van de patient leidend zijn bij het nemen van
beslissingen over behandeling en zorg. Het Chronic Care Model is inmiddels ook omarmd in de
eerstelijns zorg.
Persoonsgerichte zorg vraagt een gestructureerde aanpak van de zorgverlening. Zowel de patiënt als
de zorgverlener heeft een specifieke rol. Bij persoonsgerichte zorg is de patiënt goed geïnformeerd en
vervult een actieve rol in de behandeling/zorg. De zorgverlener heeft een coachende rol. De
organisatie maakt persoonsgericht zorg mogelijk en ondersteunt die.
Effecten van persoongerichte zorg:
Bij persoonsgerichte zorg voelen
patiënten zich meer gehoord en
begrepen dan bij ziektegerichte
zorg. De verwachting is dat zij
daardoor gemotiveerder zijn om de
regie in handen te nemen en
eventueel hun leefstijl aan te
passen. Zeker bij mensen met
meerdere aandoeningen, zoals bij
veel ouderen, is te verwachten dat
persoonsgerichte zorg effectiever is
dan disease management waarbij
de zorg ziektegericht georganiseerd
is.
Bovendien leidt een ziektegerichte
aanpak bij Multimorbiditeit nogal
eens tot versnippering van de
behandeling en te weinig
afstemming tussen zorgverleners.
Om effecten van persoongerichte
zorg vast te stellen is een duidige
definiëring en vaststelling van te
gebruiken effectmaten nodig.
, 1.4 Gezondheid
Definitie:
In tegenstelling tot wat je zou verwachten staat in de gezondheidszorg vaak niet gezondheid centraal,
maar ziekte.
Het zorgstelsel is namelijk ontstaan als zorg voor zieken. Het accent lag daarin op ziekte en
behandeling daarvan. Gezondheid en gezond blijven heeft lang weinig aandacht gehad, evenals de
zieke als persoon en zorg op maat. In de loop der tijd is de visie op wat gezondheid is veranderd. Van
afwezigheid van ziekte tot een toestand van volledige lichamelijk, psychisch en sociaal welzijn.
De laatste omschrijving laat zien dat gezondheid een lichamelijk, psychische en sociale dimensie
heeft.
Het biopsychosociale model kent eveneens deze drie dimensies. Ook al hebben deze dimensies van
gezondheid brede erkenning gevonden, de definitie van de WHO is weinig praktisch: volgens deze
definitie zou namelijk bijna niemand gezond zijn.
Positieve gezondheid:
In 2011 heeft Huber een nieuwe definitie van gezondheid opgesteld. Zij definieert gezondheid als:
Het vermogen om zich aan te passen en een eigen regie te voeren in het licht van de fysieke, sociale
en emotionele uitdagingen in het leven.
Huber noemt dit de definitie van positieve gezondheid.
Deze definitie is tot stand gekomen op basis van onderzoeken naar wat mensen verstaan onder
gezondheid en wat zij daaraan belangrijk vinden.
Niet alleen zorgverleners en beleidsmakers, maar juist gewone burgers hebben die vraag beantwoord.
Deze definitie heeft inmiddels veel bijval gekregen van gezonde en zieke mensen, van burgers,
professionals en beleidsmakers. Enkele aspecten van gezondheid in deze definitie zijn nieuw of meer
expliciet dan in vorige definities.
Allereerst geeft het begrip gezondheid geen statische situatie aan, maar een veranderlijk gegeven: het
vermogen tot aanpassen bij veranderingen. Ten tweede kunnen mensen, om het hoofd te bieden aan
veranderingen, gebruikmaken van hun sociale omgeving, hun netwerk. De sociale dimensie is
daarmee een integraal onderdeel van gezondheid.
Huber onderscheid zes pijlers van positieve gezondheid: lichamelijk functioneren, mentaal
welbevinden, dagelijks functioneren, sociaalmaatschappelijk functioneren, zingeving en kwaliteit van
leven.
Het model van positieve gezondheid is echter in ontwikkeling en wordt steeds verder
geoperationaliseerd en gevalideerd.
De definitie van gezondheid
als vermogen tot aanpassing
sluit goed aan bij
ontwikkelingen in de
maatschappij, zoals de
beschikbaarheid van
informatie, de toegenomen
mondigheid van mensen en
hun behoefte aan
(mee)beslissen, de toename
van het aantal chronisch
zieken en de (aandacht voor)
diversiteit.
Kritiek is er ook. Zo is het niet
duidelijk of kwaliteit van leven
een aparte pijler zou moeten
zijn.
Ook is de relatie met het
International Classification of
Functioning, Disability and
Health (ICF) niet helder
uitgewerkt. Tot slot is de plaats
van zelfmanagement in dit
model, binnen de pijler mental
welbevinden, discutabel.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller delore. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.