Lecture 4 -- Human Development -- Endocrine System
Lecture 3 -- Human Development -- Female reproductive System
Lecture 2 -- Human Development -- Male reproductive System
All for this textbook (3)
Written for
Odisee Hogeschool (Odisee)
Professionele Bachelor Verpleegkunde
3 Geneeskunde
All documents for this subject (17)
Seller
Follow
stefaniepieters
Content preview
3VE Geneeskunde: Anatomie en fysiologie
1 Het zenuwstelsel
1.1 Het zenuwstelsel: Overzicht en indeling
Centraal zenuwstelsel (CZS)
- Hersenen (cerebrum) omgeven door schedel
- Ruggenmerg (medulla spinalis) omgeven door wervels
Perifeer zenuwstelsel (PZS)
- Zenuwen:
o 12 paar hersenzenuwen
o 31 paar spinale zenuwen
- Ganglia
Somatisch zenuwstelsel
- Aansturing skeletspieren: motorisch (baan)
o Somatomotorisch
o Efferent (dalende banen)
- Aanvoer van zintuiglijke informatie: sensorisch (baan)
o Somatosensorisch
o Afferent (stijgende banen)
- → Bewust, willekeurig
Autonoom (vegetatieve, visceraal) zenuwstelsel voor regulatie organen en
fysiologische systemen
- Efferent:
o (ortho)sympathisch deel (in stress situatie , bv oorlog situatie)
o Parasympatisch deel (in complete rust toestand)
- → Onbewust, onwillekeurig
Neuronen (=basiseenheden ZS):
- Verrichten alle functies v ZS mbt communicatie (geleiden
informatie), informatieverwerking en regulatie ervan
- Kunnen zich niet makkelijk herstellen of delen
Neurogliacellen (=steunweefsel):
- Zijn talrijker en hebben functies die noodzakelijk zijn voor h
behoud vd fysische en biochemische structuur v
zenuwweefsel en voor het overleven v neuronen
- Kunnen zich wel makkelijk delen en herstellen
Neuronanatomie
- Cellichaam of corpus:
o Nucleus
o Celorganellen (mitochondria, RER, …: Nissl lichaampjes
(cellichaam)) → GRIJZE STOF (informatie wordt verwerkt)
- Dendrieten
o Verscheidene takken
o Signaalontvangst (afferent: aanvoerend)
- Axon
o Eén
o Signaal voortgeleiding (efferent: wegvoerend)
1
, o Gemyeliniseerd (WITTE STOF) of niet (heel vaak heeft axon het wel)
- Synapsknop vormt synaps = contactplaats tss 2 neuronen of tussen neuron en andere doelcel
Types neuronen
3 Soorten neuronen:
- Sensibele neuronen:
o Prikkel uit buitenwereld of vanuit lichaam
(zintuigcellen, receptoren) (afferente neuronen)
→ CZS
- Motorische neuronen:
o CZS → organen (effectoren)
- Schakelneuronen:
o Verbinden beide voorgaande neuronen: analyseren input en coördineren output
- ZS zorgt voor snelle homeostatische regulering
- Meestal negatieve terugkoppeling
Myelineschede = isolerend
Knopen van Ranvier = bloot axon → saltatoire (spronggewijs) geleiding
Neuroglia
- In CZS en PZS
- Functie: ondersteunend, isolerend fagocyterend (immuun)
- Centraal zenuwstelsel:
o Oligodendrocyten (myelinisatie)
- Perifeer zenuwstelsel
o Schwancellen (myelinisatie)
- Oligodendrocyten en Schwancellen
- Klinisch belang:
o Bloedhersenbarrière
o Demyeliniserende aandoeningen: verlies van geleiding
Myelineschede
- Schwann-cellen (PZS) en oligodendrocyten (CZS):
o Vormen myelineschede: isolerend; lipoiëd → WITTE STOF
Grijze stof – witte stof in CZS
- Grijze stof = cellichamen
- Witte stof = axonen
o Axonen met myelineschede = gemyeliniseerde axonen
o Axonen zonder myelineschede = ongemyeliniseerde axonen
- Klinische aantekening:
o Demyelinisatiestoornissen = myeline (isolatie!) rond het axon verdwijnt; geeft motorische
en sensorische problemen; vb. multiple sclerose of MS
1.2.1 Anatomische organisatie van neuronen
In het centrale zenuwstelsel:
- Neurale cortex: grijze stof aan de buitenrand vd hersenen
(willekeurig)
- Basale ganglia: grijze stof in de hersenen (onwillekeurig)
- Witte stof: bundels axonen (banen)
- Stijgende banen: brengen informatie vanuit sensorische
receptoren naar de verwerkingscentra in de hersenen
(afferent)
2
, - Dalende banen: brengen commando’s vanuit gespecialiseerde
hersencellen naar de skeletspieren (efferent)
In het perifere zenuwstelsel:
- Ganglia: groepen neuronlichamen (grijze stof)
- Nervus (zenuw): bundel axonen buiten het CZS (perifeer)
(witte stof)
- Spinale zenuwen: van/naar ruggenmerg
- Craniale zenuwen: van/naar hersenen
1.3 Neuronfunctie: membraanpotentiaal/geleiding van een actiepotentiaal
Membraanpotentiaal of rustpotentiaal
- Is gevolg v ionenverplaatsingen
- Ionen bewegen doorheen ionenkanalen in de celmembraan
- Ionenkanalen kunnen openen of sluiten
- Bij prikkel(geleiding): Opening Na+ kanaal: Na+ stroomt de cel
binnen: binnenste vd cel wordt positief = depolarisatie
- Opening K+ kanaal: K+ stroomt de cel uit: binnenste v cel wordt
meer negatief = hyperpolarisatie
- Rustpotentiaal in neuronen bedraagt -70 à -80mV
Actiepotentiaal
- Ontstaat als depolarisatie (ontlading naar 0 mV en hoger binnen cel) zich over hele celmembraan
uitbreidt
- Opgewekt door openen en sluiten v potentiaalgevoelige ionenkanalen
- Eens de depolarisatie minimale drempelwaarde overschrijdt → volledige ontlading (“alles of
niets”)
- Depolarisatie = door instroom v Na+ ionen (K+ kanalen toe); ontlading tot een positieve waarde
- Repolarisatie = door uitstroom v K+ ionen (Na+ kanalen toe) tot de oorspronkelijke rustpotentiaal
weer is bereikt
- Refractaire periode = cel is niet prikkelbaar → eindigt als de rustpotentiaal weer is bereikt
Geleiding van een actiepotentiaal
- Continu: in niet-gemyeliniseerde axonen
o Hele membraanoppervlak is betrokken
o Verloopt in reeksen v kleine stapjes (trager)
- Saltatorisch: in gemyeliniseerde axonen
o Enkel kleine stukjes membraan zijn betrokken thv.
knopen van Ranvier
o Verloopt in reeksen van grote sprongen (sneller)
o Knopen van Ranvier: lage weerstand (axon ligt bloot)
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller stefaniepieters. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.50. You're not tied to anything after your purchase.