100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Functieleer Samenvatting $5.91
Add to cart

Summary

Functieleer Samenvatting

 228 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van 27 pagina's voor het vak Functieleer aan de VU

Preview 2 out of 27  pages

  • August 3, 2014
  • 27
  • 2012/2013
  • Summary
avatar-seller
Het verstand ( mind ) creërt en controleert mentale functies zoals perceptie,
aandacht, geheugen, emoties, taal, keuzes maken, denken en verklaren.

Franciscus Donders (1868)
Voerde het eerste experiment uit van de cognitieve psychologie, naar de reactie
tijd. Reactie tijd is de tijd die nodig is om te reageren op de representatie van een
stimuli. In het eerste deel van het experiment vroeg hij de participanten om een
knop in te drukken wanneer ze een licht dagen. ( = simpele reactie tijd ). In het
tweede deel van het experiment, maakte hij de taak moeilijker door een keuze te
laten maken tussen twee verschillende lichten ( links en rechts ). Als bij één van
de twee het licht aan ging, moest de juiste bijbehorende knop ingedrukt worden (
keuze reactie tijd). Mentale reacties ( het licht zien en de juiste knop indrukken )
kan niet direct gemeten worden, maar moet afgeleid worden van gedrag.
Stimulus  mentale reactie  gedragingsreactie

Hermann Ebbinghaus (1885/1913)
Wilde weten hoe aangeleerde informatie verdwijnt na verloop van tijd. In zijn
onderzoek gebruikte hij nonsense lettercombinaties zodat zijn geheugen niet
beïnvloed zou worden door de betekenis van het woord. Hij bleef de woorden
leren tot hij ze foutloos na elkaar kon. Na het leren van de lijst herteste
Ebbinghaus in een range van een aantal uur tot 31 dagen opnieuw hoelang het
duurde om nogmaals dezelfde letterreeks te leren. Hij gebruikte hierbij de
opslagmethode om zijn resultaten te analyseren, door de opslag te berekenen
door het in vermindering brengen van het aantal pogingen die nodig waren op de
lijst opnieuw te leren, van het aantal pogingen die het de eerste keer vergde.
Daarna berekende hij de opslag score:
Opslag = [(eerste aantal pogingen)-(2e pogingen)/eerste aantal pogingen] x 100
De opslagcurve was belangerijk omdat het demonstreerde dat geheugen
gekwantificeert zou kunnen worden en dat functies zoals de curve van
verleren/vergeten gebruikt kan worden voor het beschrijven van de opmaak van
het verstand.

Ebbinghaus’s opslagmethode en Donder’s reactie tijd methode meten beide
gedrag op de opmaak van het verstand te bepalen.

Wilhelm Wundt: structuralisme
Volgens structuralisme wordt onze ervaring bepaald door de combinatie van
basis elementen van ervaring die de structuralisme sensaties noemen. Wundt
wilde een periodieke tabel maken van het verstand, die alle basis sensaties zou
bevatten die een ervaring creëren. Hij dacht dit te bereieken door het gebruik an
analytische introspectie, een techniek waarin getrainde deelnemers hun ervaring
beschrijven en hun gedachtegang als een reactie op een stimulus.

William James: Principles of Psychology
James zijn observaties waren gebaseerd op, niet op experimenten, maar op
introspectie van zijn eigen verstand/mind.

Watson ontdekte behaviorism

, Problemen met introspectie: (1) het produceerde extreem variabele resultaten
van persoon tot persoon en (2) deze resultaten waren moeilijk te verifieren
omdat ze geintepreteerd werden als onzichtbare innerlijke mentale processen.
Behaviorisme is geobserveerde gedragsdata die de enige valide data voor
psychologie levert. Nadeel: bewuste en onobserveerbare mentale processen zijn
studie niet waardig volgens deze theorie.
Watson’s ideeën waren geassocieerd met klassieke conditionering – hoe het
combineren van één stimulus met een andere, eerder neutrale stimulus
verandering veroorzaakt in de reactie op de neutrale stimulus. Watson gebruikte
klassieke conditionering om te beargumenteren dat gedrag geanalyseerd zonder
enige referentie naar het verstand.
Skinner introduceerde operante conditionering, die focuste op hoe gedrag
versterkt wordt door de aanwezigheid van positieve bekrachtigers, zoals eten of
sociale goedkeuring (of negatieve bekrachtiging ).

Tussen 1890 en 1913 verschoof psychologie van geloof in de hersenen, naar
observatie van gedrag.
Tolman gebruikte gedrag om mentale processen van af te leiden. Hij ontdekte de
cognitieve map, een mentaal concept van een spatiele lay-out. Ookal leerde de
rat in het experiment dat hij naar rechts moest voor eten, hij gebruikte zijn
cognitieve map om bij de kuising naar links te gaan om eten te vinden.
Chomsky zag taal ontwikkeling als zijnde vastberaden, niet door imitatie of
bekrachtiging, maar door een aangeboren biologisch programma die standhoud
tussen culturen.

In de 1950’s begon de cognitieve revolutie, de verandering van behaviorisme
naar het begrijpen wat er in de hersenen gebeurt. Een nieuwe manier om dit te
bestuderen werd de informatie-verwerkings benadering, een benadering die de
opeenvolging van mentale operaties volgt die te maken hebben met cognitie. De
uitvinding van de computer in 1954 door IBM, maakte onderzoek makkelijker en
toegankelijker. Een computer werkte zo:
Input  input processor  geheugen eenheid  rekenkundig eenheid  output

Colin Cherry’s onderzoek ( 1953) presenteerde deelnemers met 2 auditieve
berichten tegelijk, één in het linker en de ander in het rechter oor. Ze werden
verteld zich te richten op één van de twee berichten ( attended message ) en om
de ander te negeren.

Donald Broadbent ( 1958 ) introduceerde de eerste (flow )diagram van de
werking van de hersenen:
Input filterdetectornaar geheugen Deze werd later bekend als het
early selection model
Herb Simon en Alan Newell maakte een kunstmatige intelligentie programma
wat ze logische theorist noemde, een computer systeem dat logische
problemen op kon lossen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Ubernerd. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.91. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.91
  • (0)
Add to cart
Added