100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Ondernemingsbeleid IOR2 $7.51
Add to cart

Summary

Samenvatting Ondernemingsbeleid IOR2

 71 views  2 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van de cursus en de PPT. Indien je de taak ook wil, mag je mij altijd een berichtje sturen op facebook.

Preview 4 out of 83  pages

  • February 3, 2021
  • 83
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Ondernemingsbeleid
1. Inleiding en financieringsbehoefte
Doelstelling van een bedrijf? Het maximaliseren van de waarde van de onderneming. Dit betekent
dat je de inbreng van de aandeelhouders van het bedrijf maximaliseert. Aan de beurskoers van een
bedrijf kun je het gemakkelijkst zien wat de aandeelhouderswaarde is. Daarom moeten managers
keuzes maken die resulteren in een hogere beurskoers. Het is overigens een misverstand dat een
bedrijf dat naar de belangen van aandeelhouders kijkt het belang van andere betrokkenen -klanten,
leveranciers, werknemers- verwaarloost.

Activa vast = investeringsanalyse

Vlottende activa = beheer bedrijfskapitaal

Reserves = dividendenpolitiek

Vreemd vermogen LT, MLT, KT = financieringsvormen

➔ Overzicht cursus




1.1 financieringsbehoefte



Permanent = EV + VVLT




1

,Uitgebreid Vaste Activa = UVA

- Oprichtingskosten
- Immaterieel vaste activa
- Materieel vaste activa
- Financieel vaste activa
- Vorderingen > 1j

Beperkt Vlottende Activa = BLVA

- Voorraden
- Vorderingen <1j
- Geldbeleggingen
- Liquide middelen
- Overlopende rekeningen

Permanent Vermogen = PV = eigen vermogen + VV LT.

- Kapitaal
- Uitgiftepremies
- Herwaarderingsmeerwaarden
- Reserves
- Overgedragen winst
- Kapitaalsubsidies
- Voorzieningen en uitgestelde belastingen
- Schulden > 1 jaar

Vreemd Vermogen Korte Termijn = VVKT

- Schulden op KT
- Financiële schulden <1 jaar
- Handelsschulden < 1 jaar
- Overige schulden <1 jaar
- Overlopende rekeningen

NBK = PV – UVA OF BVLA – VVKT

NBK best positief omdat het verstandig is om met permanent vermogen, hetgeen lang in de
onderneming is, om daar activa mee te financieren die ook lang aanwezig is.

- Positief NBK = PV > LT-activa
- Dit gaat uit van het idee dat het verstandig is om investeringen in VA te financieren met PV.

Slim om positief NBK te hebben. Als dat niet zou zijn, zou de schulden op kortere termijn groter zijn
dan de activa die je op korte termijn om kan zetten in geld en kom je in liquiditeiten problemen.

- Positief NBK = KT-activa > KT-passiva
- Gaat uit van het idee dat er voldoende korte termijnactiva moeten zij om je schulden op KT
te kunnen betalen.

PV moet eigenlijk zorgen voor financiering van de UVA en liefst ook stukje van de BVLA vandaar dat
extra groene stukje nog.




2

,De indeling van de balans volgens voorgaande figuur zorgt voor een beter inzicht in de
financieringsbehoefte van de onderneming → Een positief netto werkkapitaal betekent dat het
permanente vermogen groter is dan de lange termijnactiva. Het permanente vermogen dient dus als
‘buffer’ en heeft een dubbele functie:

- 1.Investeringen UVA = LT fin. Behoefte
o De financiering van uitgebreide vaste activa (= lange termijn financieringsbehoefte
om investeringen te financieren)
o Het eerste proces zorgt voor een nood aan langetermijnvermogen. Deze
investeringen zorgen immers vandaag voor uitgaven en zullen pas in de toekomst -
hopelijk- inkomende geldstromen doen ontstaan.

- 2.Behoefte aan Bedrijfskapitaal (BBK) = KT fin. Behoefte
o Korte termijnbehoefte ontstaat doordat er in de dagelijkse behoefte van een bedrijf
nood is aan bedrijfskapitaal. Komt voort uit exploitatiecyclus van bedrijf. Zie
hieronder

1.2 Behoefte aan netto bedrijfskapitaal (BBK)




Behoefte aan bedrijfskapitaal vloeit voort uit die exploitatiecyclus = geld en goederenstroom in een
bedrijf.

- Ik heb een leverancier die zorgt voor grond- of hulpstoffen naar fabriek en ga je mee aan de
slag, productie mee opstarten en produceren en vervolgens ga je die verkopen aan de klant
en die gaat u betalen en jij gaat leverancier betalen.

Exploitatiecyclus: Periode tussen betaling aan leverancier en verwerking van voorraad en betalen
van afnemer aan ons.

Afhankelijk van de aard van die activiteiten kan die enorm variëren.




3

, - Om het extreem te stellen: een groenteboer heeft een zeer korte exploitatiecyclus terwijl
een diamantair een zeer complexe, vaak langdradige, exploitatiecyclus heeft.

Binnen een exploitatiecyclus worden liquide middelen vastgelegd, hoofdzakelijk gebeurt dat:

- In de voorraden;
- Als gevolg van het uitstel van betaling dat een onderneming aan zijn klanten geeft;
- In overige vorderingen (bv. Terug te vorderen btw);

Belangrijk onderscheid

- Er gaat geld vastzitten in exploitatie. Voorraad daar zit geld in, debiteuren kosten geld.

- Financieringsbron door leverancierskredieten.

Die financieringsbronnen ontstaan door uit dagelijkse gang van zaken van bedrijf = geïnduceerd
vermogen, wordt vanzelf opgewerkt door bedrijf zelf. Komt van leverancierskrediet.

- Dit vermogen heeft meestal een kortetermijnkarakter.
- Het zijn immers gelden die kunnen worden gebruikt in de onderneming tot de vervaldag van
de betreffende schuld. Het leverancierskrediet is de belangrijkste bron van geïnduceerd
vermogen voor vele ondernemingen.

BBK gaat na: In welke mate worden de voorraden en overige vorderingen < 1 jaar onvoldoende
gefinancierd door het geïnduceerde vermogen?”

- = Om te bepalen of de exploitatiecyclus nu leidt tot een financieringsbehoefte of niet = BBK
berekenen.

BBK = behoefte aan netto bedrijfskapitaal:

Voorraden

+ Vorderingen < 1 jaar

+ Overlopende activa

- Handelsschulden < 1 jaar

- Overige schulden < 1 jaar (financiële
schulden tellen NIET mee)

- Overlopende passiva

LET OP!

- Geldbeleggingen, liquide middelen, en financiële schulden < 1 jaar tellen dus NIET mee in de
berekening van het BBK!!

BBK ontstaat als gevolg van dagdagelijks activiteiten van bedrijf. Soms kan dat positief getal zijn en bij
sommige negatief, want hangt af van exploitatiecyclus.

Het geïnduceerde vermogen zijn de minposten dus korte termijn PASSIVA

- Handelschulden

- Overige schulden




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ellenvermeulen. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.51. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.51  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added