Bedrijfseconomie h8 t/m 13
8.1 Huren
Als je een woning gaat huren, moet je kiezen tussen een sociale huurwoning en een
vrijesectorwoning.
- Sociale huurwoningen zijn woningen die met overheidssteun zijn gebouwd. Ze
hebben een maximale huurprijs, een maximale jaarlijkse huurverhoging en de
huurders komen in aanmerking voor huurtoeslag. Deze huurtoeslag is een
bijdrage van de overheid in de huurkosten die je kunt krijgen als je een hoge
huur betaalt in verhouding tot je inkomen. Om in aanmerking te komen voor
een sociale huurwoning moet je inkomen onder een bepaalde drempel blijven.
- Vrije sector huurwoningen in de particuliere sector zijn meestal in de huur
hoger en de huurverhoging is vrij, de huurder komt niet in aanmerking voor
huurtoeslag.
De plichten van de huurder zijn:
- De huur betalen
- Bij opzegging rekening houden met de opzegtermijn. Meestal een maand
maar in het contract kan een andere termijn zijn vastgelegd.
- Alleen aanpassen of verbouwen met toestemming van de eigenaar.
- Betalen van de kosten voor klein onderhoud (schoonmaken, grasmaaien).
De plichten van de verhuurder zijn
- De woning ter beschikking te stellen
- De opstalverzekering te betalen
- De kosten van groot onderhoud op zich te nemen.
Huurbescherming beschermt huurders tegen het opzeggen van de huur:
- De verhuurder moet minimaal drie maanden tevoren opzeggen
- Er moet een wettelijke reden zijn voor opzegging
- De huurder moet akkoord gaan met de opzegging.
Bij niet akkoord moet de verhuurder naar de rechter om het huurcontract te laten
ontbinden. Voor veel verhuurders zijn huurwoningen een belegging. Vooral de
huurbescherming maakt woningen als belegging minder aantrekkelijk.
,8.2 Kopen
De aflossing van een lening zijn wel uitgaven, maar geen kosten. Als je aflost wordt
je schuld minder.
Bij het kopen van een woning kun je met diverse partijen te maken krijgen:
Een makelaar is de bemiddelaar en adviseur bij de aan- en verkoop van en woning.
De meeste mensen kopen een huis zonder de tussenkomst van een makelaar.
Het inschakelen van een makelaar kan wel een voordeel zijn:
- Hij kent de woningmarkt goed en is de waardebepaling voor hem
eenvoudiger.
- Hij heeft meer ervaring met onderhandelen, kan dus leiden tot een lagere
aankoopprijs.
- Hij kan helpen met het opstellen van het koopcontract.
De beloning voor de makelaar heet courtage, dit is meestal een percentage van de
aankoop- of verkoopprijs. Bij opzegging, of intrekking van de opdracht, heeft de
makelaar soms toch recht op een deel van de courtage (intrekkingskosten) en vaak
op vergoeding van gemaakte koste. Dit moet je goed vastleggen in de overeenkomst
met de makelaar.
De hypotheekadviseur zoekt naar de meest gunstige hypotheek en verzorgt het
traject van de hypotheekaanvraag t/m afsluiten. Een hypothecaire lening is een
lening onder de voorwaarde dat de bank het huis mag verkopen als de lener niet aan
de rente- en aflossingsverplichtingen voldoet. Een bank loopt door die zekerheid met
een hypothecaire lening minder risico dan bij een consumptief krediet. De rente kan
daarom ook wat lager zijn.
De taxateur is iemand die onafhankelijk de waarde van een woning bepaalt om de
bank zekerheid over de waarde te geven. Het gevalideerde taxatierapport gaat langs
het NWWI (het Nederlands Woning Waarde Instituut). Dit instituut beoordeelt of de
taxateur en het rapport aan de vastgestelde richtlijnen voldoen.
Bij het afsluiten van een hypotheek kan een bank kosten rekenen: de afsluitkosten,
soms worden deze administratiekosten genoemd.
Voor de eigendomsoverdracht van een woning en een hypotheekakte is een notaris
nodig. Deze zorgt dat aan alle formaliteiten wordt voldaan en laat de aktes
inschrijven in het Kadaster. Het Kadaster is een openbaar register waar elke
belanghebbende kan zien van wie een bepaalde woning is, of er bijzondere
rechten/plichten zijn en of er sprake is van een hypothecaire lening.
Voordelen eigen woning:
- De koper kan na de koop de woning helemaal naar zijn wensen aanpassen.
- De woning kan in waarde stijgen, maar ook dalen.
Nadelen eigen woning:
- Er zijn hoge kosten voordat de woning van de koper is.
- Je kan niet gemakkelijk verhuizen als je schuld overhoudt na het verkopen.
, - Kosten groot onderhoud moet de kopen zelf betalen.
8.3 Lineaire hypotheek
Een van de hypotheeksoorten in de lineaire hypotheek. Bij een lineaire lening wordt
elke periode een gelijk bedrag aan aflossing betalen. Daardoor neemt het bedrag dat
elk jaar aan interest moet worden betaald af. Het bedrag dat aan interest moet
worden betaald, mag van het inkomen worden afgetrokken, zodat het belastbare
bedrag kleiner wordt. Het belastingtarief is dus bepalend voor de hoogte van het
voordeel. Hoe hoger het inkomen, des te groter is het voordeel van deze
belastingaftrek. De inkomstenbelasting in Nederland is progressief: naar mate je
inkomen hoger is, betaal je procentueel meer belasting.
Eigenwoningforfait: een bedrag dat je bij je belastbaar inkomen moet optellen.
Voordelen van een lineaire lening zijn:
- De interestkosten dalen snel;
- Interestkosten zijn in de inkomstenbelasting aftrekbaar;
- De schuld wordt steeds kleiner.
Nadelen van een lineaire lening is:
- Relatief hoge lasten in de beginjaren.
- Belastingvoordeel neemt snel af, omdat de interestkosten lager worden.
8.4 Annuïteitenhypotheek
Een annuïteit is een periodiek (gelijkblijvend) bedrag aan interest en aflossing
samen. Bij een annuïteitenhypotheek wordt gedurende de looptijd van de lening jaar
in jaar uit hetzelfde bedrag betaald. Doordat er wel wordt afgelost, wordt het
interestbedrag van jaar tot jaar kleiner. Ook bij de annuïteitenlening mag alleen de
interest (niet de aflossing!) van het belastbare inkomen worden afgetrokken.
Voordelen van een annuïteitenlening zijn:
- Eerste jaren weinig wordt afgelost en veel interest wordt betaald
Groot belastingvoordeel
- Lasten per maand zijn eerste jaren lager dan aan het einde van de looptijd.
- Dat is gunstig bij een stijgen inkomen.
- Belastingaftrek
Nadeel van een annuïteitenlening is:
- Gedurende looptijd wordt het belastingvoordeel steeds kleiner.
- Relatief hoge nettolasten in de eindjaren. Ongunstig bij een dalend
inkomen
Brutolasten: aflossing + bruto- interest (annuïteit)
Nettolasten: aflossing + netto- interest
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller verkoper123. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.77. You're not tied to anything after your purchase.