Spiertesten P2:
Quadriceps femoris
Uitgangshouding: in zit met knieën over de rand van de bank. Dat pt houdt de zijkant van de
bank vast
Fixatie: de onderzoeker kan het bovenbeen stevig op de bank houden. Omdat het gewicht
van de romp de pt meestal voldoende stabiliseert, kan hij ook een hand onder het
bovenbeen leggen om dit te beschermen tegen de druk van de bank.
Test: extensie van de knie zonder rotatie van het bovenbeen
Druk: tegen het onderbeen boven de enkel in de flexierichting
- Hamstring
Semitendinosus:
Uitgangshouding: buiklig
Fixatie: de onderzoeker houdt het bovenbeen stevig op de bank
Test: flexie van de knie tussen 50 en 70 graden met de heup in endorotatie en het
onderbeen in endorotatie ten opzichte van het bovenbeen (been naar buiten)
Druk: tegen het onderbeen proximaal van de enkel on de richting van extensie van de knie.
Geef geen druk tegen de rotatiecomponent
Semimembranosus:
Uitgangshouding: buiklig
Fixatie: de onderzoeker houdt het bovenbeen stevig op de bank
Test: flexie van de knie tussen 50 en 70 graden met de heup in endorotatie en het
onderbeen in endorotatie ten opzichte van het bovenbeen (been naar buiten)
Druk: tegen het onderbeen proximaal van de enkel on de richting van extensie van de knie.
Geef geen druk tegen de rotatiecomponent
Biceps femoris:
Uitgangshouding: buiklig
Fixatie: de onderzoeker moet het bovenbeen stevig op de bank houden
Test: flexie van de knie tussen 50 en 70 graden met het bovenbeen in lichte exorotatie en
het onderbeen in lichte exorotatie ten opzichte van het bovenbeen (been naar binnen)
Druk: tegen het onderbeen proximaal van het enkel in de richting van de extensie van de
knie. Geef geen druk tegen de rotatiecomponent
- Gluteus maximus
Uitgangshouding: buiklig met de knie 90 graden of meer gebogen
Fixatie: de rugspieren fixeren het bekken ten opzichte van de romp aan de dorsale zijde, de
schuine buikspieren aan de laterale zijde en de tegengestelde heupflexoren aan de ventrale
zijde
Test: retroflexie in de heup met gebogen knie
Druk: tegen het distale dorsale deel van het bovenbeen in de richten van anteflexie in de
heup
, Aangepaste test gluteus maximus (bij een verkorting van de heupflexoren)
Uitgangshouding: romp voorover op de bank en benen afhangend over de rand
Fixatie: de pt moet zicht meestal aan de bank vasthouden wanner de druk wordt gegeven
Test: retroversie in de heup waarbij de knie passief wordt gebogen door de onderzoekers of
met gestrekte knie, waardoor hulp van de ischiocrurale spieren wordt toegestaan
Druk: bij deze test is het geven dan druk lastig. Als de gluteus maximus zoveel mogelijk
geïsoleerd moet worden van de ischiocrurale spiergroep, moet de onderzoeker de knie in
flexie houden, anders spannen deze spieren gelijk aan om de tegen de zwaartekracht in
buiging te houden. Het is moeilijk een nauwkeurig resultaat te krijgen als men tegelijk de
knie in flexie moet houden en druk moet geven. Als deze test wordt gebruikt vanwege een
duidelijke verkorting van de heupflexoren, is het niet praktijk de knie te buigen, omdat men
dan de rek van de rectur femoris over het heupgewricht nog groter maakt.
- Buikspieren
Bovenste buikspieren
Uitgangshouding: ruglig, benen gestrekt. Als de heupflexoren verkort zijn, waardoor ze
achteroverkantelen van het bekken en de ventraalflexie van de lumbale wervelkolom
bepreken, met er een rol on der de knieën geplaatst worden om de heupen voldoende
passief te buigen zodat de rug afgevlakt wordt.
Fixatie: niet noodzakelijk tijdens het eerste deel van de test
Testbeweging: laat de pt langzaam met ronde rug opkomen door eest het buigen van de
wervelkolom te voltooien. Zonder de beweging te onderbreken moet de pt verder gaan met
de fase van anteversie van de heup (het tot zit komen) om zo een sterke weerstand tegen de
buikspieren op te wekken en daardoor een goede meting van de spierkracht mogelijk te
maken
Weerstand: tijdens het rond maken van de romp wordt weerstand gegeven door het
gewicht van het hoofd, het bovenste deel van de romp en de armen. Die weerstand is echter
niet voldoende om de kracht te testen. De fase van anteversie van de heup zorgt voor sterke
weerstand tegen de buikspieren omdat de heupflexoren het bekken krachtig naar beneden
trekken terwijl de werking van de buikspieren erop gericht is de achterover kanteling van het
bekken vast te houden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller joostmol. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.