Op grond vh vertrouwensbeginsel
COLLEGE 1 – ALGEME WET BESTUURSRECHT dienen gewekte verwachtingen
van de overheid te worden
Wet met de basisregels (besluiten en beleidsregels) voor het bestuur(recht): gehonoreerd, indien er aan strikte
1. Regels voor de voorbereiding van besluiten door bestuursorganen (H3) voorwaarden wordt voldaan.
2. Regels voor handhaving (H5)
3. Regels over de rechtsbescherming (H6, 7 en 8) Algemene beginselen behoorlijk
bestuur (abbb) gedragsregels
Het bestuursrecht heeft een gelaagde structuur: voor de overheid:
- Algemene regels (Awb) Formele (organisatorisch)
- Bijzondere regels/wetten (zoals Wro, Wonw, Wabo etc.) Materiële (inhoudelijk aan
bevoegdheidsuitoefening)
1. BESLUITEN
Twee soorten publiekrechtelijke besluiten:
- BESCHIKKINGEN (+- 80% van de gevallen): een
besluit dat concreet/individueel/specifiek is op:
Persoon; of
Object/zaak.
- BESLUITEN VAN ALGEMENE STREKKING (BAS): je
kunt niet naar de rechter om het besluit aan te
- alg. verbindende voorschriften
vechten. Naar BUITEN GERICHT, open groep.
- beleidsregels
a. Algemene verbindende voorschriften (AVV): regels die voor iedereen
gelden, kan strafbepalingen of sancties bevatten. Bijv.: - Bindt de burger
Bestemmingsplan - Mag niet van worden afgeweken
AMvB: wordt gemaakt door de regering, besluit bij een wet - Wettelijke grondslag
Verordeningen: meestal op gemeentelijk niveau
b. Beleidsregels: richtlijnen gemaakt door het bestuursorgaan welke - Bindt het bestuur
duidelijkheid scheppen naar de burger, INTERN GERICHT. Bijv.: - Soms kan/moet er wel worden
Structuurvisie = beleid afgeweken van de beleidsregel
- Geen wettelijke grondslag
VERSCHILLEN PUBLIEKE PARTIJEN EN PRIVATE PARTIJEN
Publiekrecht Privaatrecht
Behartigen algemeen belang Contractsvrijheid
Eenzijdige besluitvorming Besloten besluitvorming
Handelen conform wet + abbb Redelijkheid en billijkheid
Openbare besluitvorming en openbaarheid van gegevens
Algemene beginselen van behoorlijk bestuur (abbb) geschreven:
- Rechtszekerheidsbeginsel: de overheid moet altijd zekerheid en duidelijkheid geven en mogen niet
zomaar afwijken van wetten en regels
- Vertrouwensbeginsel: toezeggingen moeten worden nagekomen. Gewekte verwachtingen van
bestuursorganen dienen te worden gehonoreerd, indien er aan strikte voorwaarden wordt voldaan
- Gelijkheidsbeginsel: Gelijke gevallen - gelijke situatie - gelijk behandeld
- ! Zorgvuldigheidsbeginsel: zorgvuldig voorbereiden voordat er een besluit genomen mag worden
- Verbod op détournement de pouvoir: verbod op machtsverdraaiing
- Verbod op willekeur: belangenafweging moet plaatsvinden
- Evenredigheidsbeginsel: nadelige gevolgen moeten evenredig zijn met het doel
- ! Motiveringsbeginsel: onderbouwing verplicht
Abbb’s hebben betrekking op zowel de
inhoud als de procedure van 1
totstandkoming van besluiten, maar ook
andere handelingen van bestuursorganen
,2. HANDHAVING
Twee mogelijkheden om te handhaven: Staat zowel in de algemene wet
(dat er een sanctie is) als in de
Herstel:
bijzondere wet (WAT de regels zijn)
- Bestuursdwang (art. 5:21): je wilt dat iemand iets wel doet
- Dwangsom (art. 5:31d): je wilt dat iemand iets niet doet
Straf:
- Bestuurlijke boete (art. 5:40 Awb): je hebt de regels overtreden, niet gericht op herstel/terugdraaien
van de fout
3. RECHTSBESCHERMING
Alleen tegen besluiten
Afkomstig van bestuursorganen
Alleen voor belanghebbenden
AWB-PROCEDURE (normale procedure)
Twee soorten beroep*: 1. ADMINISTRATIEVE RECHTSPRAAK 2. ADMINISTRATIEF BEROEP
Stap 1 BEZWAAR Wordt ingediend bij een
VOORPROCEDURE
Wordt ingediend bij bestuursorgaan dat ander (vaak hoger)
(HEROVERWEGING)
het besluit heeft genomen art. 6:4 bestuursorgaan;
Stap 2 BEROEP
Bij bestuursrechter (art. 8:1) van de rechtbank (art. 8:6)
RECHTSZAAK Bij Mulderfeiten ga je in beroep bij de kantonrechter
AANGAAN Stap 3 HOGER BEROEP
Bij Raad van State; afdeling bestuursrechtspraak (Den Haag)
art. 8:105
*3e optie = bijzondere beroepsprocedure in geval dat een bijzondere wet dat regelt bijv. art. 8:2 Wro
Bezwaar en beroep hebben geen schorsende werking (art. 6:16 Awb) Mogelijkheid = voorlopige
voorziening/kort geding (art. 8:81): tijdelijke regeling (door voorzieningenrechter) die geldt tot dat er
uitspraak is in de bodemprocedure. Twee eisen:
- Beroep of bezwaar is ingesteld (bodemprocedure gestart)
- Onverwijlde spoed
Stap 1. BEZWAARSCHRIFTPROCEDURE (H6 en 7) heeft vijf voorwaarden:
1. Noodzaak: beroep kan alleen mits administratief beroep/zienswijze/bezwaar is ingediend (art. 6:13)
2. Vooronderzoek 5 onderzoeksvragen: tenzij… (art. 7:1)
Juiste bestuursorgaan
Op tijd ingediend (art. 6:7 en 6:8) 6 weken na besluit
Besluit VERSCHIL BEZWAAR EN ZIENSWIJZE
Belanghebbende Bezwaarschrift: richt zich tegen een
Formele eisen inhoud bezwaarschrift (art. 6:4 en 6:5) reeds genomen besluit (beschikking)
3. Hoorzitting (art. 7:2 en 7:3) niet verplicht om bij te wonen Zienswijze: het indienen hiervan
heeft betrekking op een nog niet
4. Beslistermijn (art. 7:10) 6, 12 of 18 weken
genomen besluit (procedures).
5. Mogelijke uitspraken en gevolgen:
Onbevoegdheid van de bestuursrechter
Niet ontvankelijk; niet in behandeling genomen (onderzoeksvraag 2 t/m 5 is negatief)
Bezwaar is niet gegrond (geen gelijk)
Bezwaar is gegrond (wel gelijk, besluit wordt vernietigd en opnieuw besloten)
2
, Stap 2. BEROEPSPROCEDURE (H6 en 8): je gaat in tegen de beslissing op bezwaar, zes voorwaarden:
1. Formele eisen: zie bezwaar
2. Indieningstermijn: zie bezwaar Kan pas als er een zienswijze,
3. Vooronderzoek 6 onderzoeksvragen: bezwaar of administratief beroep
is ingediend (art. 6:13 Awb)
Zelfde 5 als bezwaar + …
Griffierecht betaald? (‘Win’ je de rechtszaak, krijg je dit geld terug)
4. (Te)rechtzitting (art. 8:54, 56 en 57) mag je van afzien
5. Uitspraak (art. 8:66, 67, 69 en 70) 4 mogelijke uitspraken in art. 8:70
6. Gevolgen:
art. 8:72 Rechter vernietigd het besluit (is de enige die een besluit van de overheid kan
aantasten)
art. 8:74 Griffierecht wordt vergoed
art. 8:75 Verliezende partij wordt veroordeeld in de kosten
Stap 3. HOGER BEROEP
Manier van toetsing bij bezwaar:
- Rechtmatigheidstoetsing: is het in overeenstemming met het geldende recht (de wet en abbb)? kan
zowel door rechter als bestuursorgaan
- Doelmatigheidstoetsing: is het beleidsmatig in orde? door bestuursorgaan, doet de rechter niet!!
Dus rechter toetst niet inhoudelijk, bemoeit zich niet met bijv. de locatiekeuze voor een woonwijk
KLASSIEK GRONDRECHT, ook wel vrijheidsrecht: een afweerrecht; de overheid mag zich er niet mee
bemoeien. Bijv. vrijheid van godsdienst en meningsuiting, kiesrecht, discriminatieverbod, recht op
privacy etc. (art. 1 t/m 17 GRONDWET). Beschermt de burger tegen de macht van de overheid: als de
overheid een klassiek grondrecht schendt, kan de burger naar de rechter stappen.
SOCIAAL GRONDRECHT: oproep aan de overheid. Bijv. zorg voor werkgelegenheid, sociale zekerheid,
onderwijs, volksgezondheid, recht op rechtsbijstand etc. Zijn meestal niet afdwingbaar bij rechter.
Bescherming door de overheid
Autonomie: vrijheid van een entiteit (bijv. een individu, organisatie of natie) om zelfstandig beslissingen te
nemen; zelfredzaamheid.
Medebewind: plicht van lagere overheden om medewerking te geven aan de uitvoering van regelingen van
de hogere overheid. Bijv. gemeenteraad die een BP vaststelt, zij hebben de verantwoordelijkheid gekregen.
College van Beroep voor het Bedrijfsleven:
- Hogere beroepsinstantie voor uitspraken over een aantal economische wetten
- Publiekrechtelijke organisatie van het bedrijfsleven
- Bestuursrechtelijk college dat oordeelt over geschillen op terrein van sociaaleconomisch bestuursrecht
- Er kan door zowel natuurlijke als rechtspersonen beroep worden ingesteld
- Geen hoger beroep mogelijk tegen beslissingen van CBB
Tweewegenleer, ook wel doorkruisingsleer: de overheid heeft de keus tussen het privaatrecht en
publiekrecht. Tenzij voor de behartiging van het overheidsbelang een uitdrukkelijke publiekrechtelijke
regeling bestaat.
Delegatie: overdragen van bestaande bevoegdheid / subdelegatie: overdragen gedelegeerde bevoegdheid
Attributie: toekennen van nieuwe bevoegdheid
Mandaat: gebruik maken van de bevoegdheid van een ander orgaan (handelen in de naam van een ander
zonder de daarbij behorende verantwoordelijkheid). Zijn regels én een wettelijke grondslag aan verbonden.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Br99L. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.37. You're not tied to anything after your purchase.