Notas de lectura
Aantekeningen alle hoorcolleges Intercultural Management
- Grado
- Institución
Aantekeningen van alle hoorcolleges uit periode 2.4 van opleiding Tourism Management aan Hogeschool Inholland.
[Mostrar más]Vista previa 4 fuera de 31 páginas
Vista previa 4 fuera de 31 páginas
Añadir al carrito
Añadir al carrito
Vendedor
Seguir
Anoniem21
Comentarios recibidos
Vista previa del contenido
Intercultureel Management 2.4Casustekst krijgen we 10 dagen van tevoren. Deze is in het Engels & tentamenvragen zijn
ook in het Engels.
FUSIE (NL) = MERGER (ENG)
Leerdoelen
De student kan:
— De kenmerken van de culturele strategie modellen en van taakstrategieën en
processtrategieën kunnen benoemen en toepassen
— De verschillende culturele invloedsferen (regionaal, Geografisch, Religieus,
Taalkundig en Historisch, maar ook Bedrijfstak, Beroep, Functie en Bedrijf) en hun
complexe interactie benoemen, analyseren en met voorbeelden onderbouwen
— De invloed van cultuur op structuur, processen en de HRM-aspecten identificeren
— Een onderbouwde keuze maken voor een strategie voor het succesvol
samenstellen en managen van een multicultureel team
— Uitleggen welke verschillende strategieën er binnen organisaties worden gebruikt
om met culturele verschillen om te gaan
— De vraag: heeft ethiek in verschillende landen andere waarheidsnuances?
Onderbouwd beantwoorden.
Les 1
Intercultural management: how people function in work surroundings with a different
cultural context.
Nationale cultuur: cultuur die echt tot een land behoord.
Bedrijfscultuur: de manier waarop de dagelijkse gang van zaken er binnen een bedrijf aan
toe gaat. Dit heeft voornamelijk te maken met de normen, waarden, rituelen en
symbolen, zoals bedrijfslogo’s, die binnen een bedrijf zijn weergeven.
Cultuur: de manier waarop een groep waarneemt, denkt, zich gedraagt en zich een
mening vormt die verschilt van een andere groep (normen en waarden).
Het ui-model van Hofstede (1991)
Hoe dieper u in de ui komt, hoe moeilijker het is deze laag te veranderen. Symbolen
vormen de meest oppervlakkige laag en waarden zijn de diepste laag van een
organisatiecultuur. Helden en rituelen zitten daar tussenin.
Symbolen: Dit zijn de meest oppervlakkige kenmerken van een organisatiecultuur. Het
zijn woorden, afbeeldingen, gebaren of voorwerpen met een betekenis die alleen door de
leden van de cultuur begrepen worden. Bijvoorbeeld vakjargon, kleding, vlaggen, fiets,
tulpen, klompen etc.
Helden: Dit zijn personen die over eigenschappen beschikken die
in de cultuur erg belangrijk zijn en daarom fungeren als
gedragsmodel(voorbeeld). Het gaat hierbij niet altijd om levende
personen. Bijvoorbeeld de prestaties van de oprichter blijven
lange tijd leven door de anekdotes die rondgaan. Antihelden
,kunnen ook deze rol vervullen, verhalen over onoplettende collega’s laten zien hoe het
niet moet. Napoleon is een held in Frankrijk, Johan Cruijff in NL. We hebben weinig gelden
want we houden er niet van als 1 persoon veel status/macht heeft.
Rituelen: Dit zijn collectieve activiteiten die overbodig zijn om het gewenste doel te
bereiken, maar die als sociaal essentieel worden beschouwd binnen een cultuur.
Manieren van doen. Voorbeelden van rituelen zijn: groeten, recepties, het zoenritueel,
sinterklaas/kerst vieren, koningsdag, fietsen naar je werk etc. Alles wat wij in Nederland
doen vinden wij zelf heel gewoon, bij ons is het een ritueel geworden. Terwijl andere
culturen het raar/apart vinden wat wij doen, zij doen dingen op een andere manier.
Fietsen wordt bijv. als vervoer gebruikt in Nederland maar in Frankrijk wordt dit alleen als
sport gezien.
Waarden: De waarden vormen de kern van een organisatiecultuur. Deze geven aan welk
gedrag in de organisatie als goed of slecht, als normaal of abnormaal, als rationeel of
irrationeel wordt beschouwd.
Hofstede’s dimensions
1. Power distance
in welke mate iemand het binnen een cultuur acceptabel dat iemand machtig is.
Hoe lager de score, hoe lager de machtsafstand (NL= erg laag).
2. Individualism and collectivism
Individualistisch: mensen definiëren zichzelf voornamelijk als individu. Ze zijn
bezig met zichzelf en eigen ontwikkeling staat voorop.
Collectivistisch: mensen zijn ook individuen, maar men definieert zichzelf op de
eerste plaats als lid van een groep.
3. Uncertainty avoidance
Uncertainty avoidance: the degree to which members of a society are able to cope
with the uncertainty of the future (and present) without… experiencing undue
stress.
Duisland heeft hoge uncertainty avoidance want ze hebben alles tot in de puntjes
geregeld. Denemarken scoort weer laag omdat ze wat vrijer zijn.
4. Masculine/feminine
Career success and quality (competitiveness (masculine) and cooperation
(femininity))
a) Masculinity = career succes, man is de baas etc.
b) Femininity = quality of life, gelijkheid, mannen doe ook ouderschapsverlof, je
bent sucesvol als je gelukkig bent en vrienden hebt etc.
5. High/low long term orientation(past/present/future)
a) Low score= je leeft in het verleden en in het heden, short term profit, absolute
directive about good and bad, children should be respectful.
Interactie tussen culturen
Mythes: verhaal wat iedereen wel geloofd maar eigenlijk niet klopt.
Myth 1: ‘the world is a Global village, all people are the same, only the behaviour is
different’
Weinigen vinden dit beeld aantrekkelijk eerder afstotend dus aan de oppervlakte lijken
we misschien wel steeds meer hetzelfde (kledingwijze/eten) maar de culturele krachten
gaan diep en zijn niet makkelijk te herkennen. Culture goed deeper than just this
visible/tangible stuff.
Metropolis, meltingpot of cultures?
Geen culturele vervlakking maar zelf culturele delen het lijkt erop alsof elke etnische
,groep, elk ras in Amerika en concurrerende taal en cultuur ontwikkelt (volgens Franse
filosoof Jean baudrillard). Waar het lijkt alsof vele culturen samenkomen, wonen zij
eigenlijk toch ‘gescheiden’, bijv. Adam west vs. Zuid of China Town vs. Little Italy. De
waarden van culturen zullen altijd anders blijven waardoor culturen nooit hetzelfde zullen
zijn.
European meltingpot
met het ontstaan van de EU had men verwacht dar er een Europese smeltkroes zou
komen bijv. allemaal dezelfde soort zakenlui, allemaal hetzelfde gedrag, dit moment
kwam niet.
Mondiale producten, uniforme standaarden en gelijke toegang tot banen of markten is
vooralsnog meer theorie dan werkelijkheid men wil culturele identiteit behouden.
Myth 2: Management is management, wat bij ons thuis werkt functioneert ergens anders
ook.
Management opleidingen stimuleren convergentie, financiering, boekhouding, marketing
overal hetzelfde dat is dus ook een mythe: Franse managers hebben privilegers, duitse
boekhouding is anders in USA.
Harvard business review heeft onder 11678 managers in 25 landen odnerzoekgedaan,
conclusie: het idee van een zakelijke global village waar een gemeenschppelijke
managementcultuur de praktijk van het zakendoen over de hele wereld één maakt is
eerder een droom dan werkelijkheid.
Cultural differences may cause death
Theepauze, half uur in UK, iedereen zijn eigen mok, zelf zetten, eigen smaak. Amerikaans
management: theeautomaat met plastic bekertjes van 0,15 lt. Bekertjes voorgedrukt net
als in USA met opbouwende boodschappen die opriepen tot meer toewijden aan het werk
en trouw aan het bedrijf. Fabriek is failliet gegaan door boycottende arbeiders. In bijv.
Azië wordt de baas als een soort vaderfiguur gezien. Je praat daar over alles met je baas
terwijl dit bijv. in Amerika totaal niet zal werken omdat er daar een sterke hiërarchie
heerst.
Myth 3: Door de global village gedachte ontstaat er een soort standardisatie.
Er is bijv. in elk land wel een Macdonalds te vinden met veel dezelfde producten maar
toch hebben ze in elk land een aantal producten die specifiek voor dat land worden
verkocht. In Duitsland hebben ze bijv. een speciale mayonaise. In Azië verkopen ze ook
noedels etc. In Nederland heb je de McKroket.
Culture:
— Shared patterns of behavior, or shared agreement systems. (gemeenschappelijk
gedragspatroon en dezelfde gedachten hebben over wat belangrijk is)
— With basic principles (time, space, language etc.)
Nitza Hidalgo – the layers/levels of
culture
1. The Concrete:
— Meest zichtbare en tastbare niveau van
cultuur
— Omvat de oppervlakte-niveau dimensies,
zoals kleding, muziek, eten, spelletjes,
enz.
, — Deze aspecten van de cultuur zijn vaak degenen die de focus vormen voor
multiculturele "festivals" of "vieringen.
2. Gedragsmatig niveau:
— Verduidelijkt hoe we onze sociale rollen definiëren, de taal die we spreken, en
onze aanpak van non-verbale communicatie.
— Dit niveau is een weerspiegeling van onze waarden.
— Aspecten in deze categorie zijn onder andere taal, geslacht rollen, familie
structuur, politieke gezindheid, en andere zaken die ons organisatorisch situeren
in de samenleving.
3. Symbolisch niveau:
— Dit niveau omvat ook onze waarden en overtuigingen.
— Meestal de sleutel tot hoe individuen zichzelf definiëren.
— Waarden systemen, spiritualiteit, religie, wereldbeeld, overtuigingen, etc.
Los beneficios de comprar resúmenes en Stuvia estan en línea:
Garantiza la calidad de los comentarios
Compradores de Stuvia evaluaron más de 700.000 resúmenes. Así estas seguro que compras los mejores documentos!
Compra fácil y rápido
Puedes pagar rápidamente y en una vez con iDeal, tarjeta de crédito o con tu crédito de Stuvia. Sin tener que hacerte miembro.
Enfócate en lo más importante
Tus compañeros escriben los resúmenes. Por eso tienes la seguridad que tienes un resumen actual y confiable. Así llegas a la conclusión rapidamente!
Preguntas frecuentes
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
100% de satisfacción garantizada: ¿Cómo funciona?
Nuestra garantía de satisfacción le asegura que siempre encontrará un documento de estudio a tu medida. Tu rellenas un formulario y nuestro equipo de atención al cliente se encarga del resto.
Who am I buying this summary from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Anoniem21. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy this summary for $6.78. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
45,681 summaries were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy summaries for 14 years now