100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting BUS2 kostengericht, facility management $3.21
Add to cart

Summary

Samenvatting BUS2 kostengericht, facility management

 28 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van het vak BUS2 over het gedeelte kostengericht. Wordt gegeven in het eerste jaar van facility management. Bevat de hoofdstukken 11 t/m 13.

Preview 2 out of 7  pages

  • No
  • Hoofdstuk 11 t/m 13
  • February 4, 2021
  • 7
  • 2017/2018
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting business kostengericht
Hoofdstuk 11
Een bedrijf maakt kosten om producten of diensten te leveren aan klanten. Kosten worden
veroorzaakt door het gebruik van productiemiddelen. Kosten is de geldwaarde van de
opgeofferde productiekosten of arbeidsuren. De kosten van verschillende
productiemiddelen veranderen iet allemaal op dezelfde wijze. We kunnen kosten indelen in
2 hoofdgroepen;
- Vaste kosten/constante kosten  veranderen niet als de productie toeneemt of afneemt.
Zijn onafhankelijk van het aantal geproduceerde producten. Ze kunnen wel veranderen,
maar niet door een eventueel veranderende productiehoeveelheid.
- Variabele kosten  veranderen als de productie varieert.
Kosten van intrest zijn kosten van een vreemd vermogen en is dus rente. Rentekosten is
meestal over het bedrag van de hoogte van de lening.
Variabele kosten
Proportionele variabele kosten 
per eenheid product blijven de
variabele kosten gelijk. Per eenheid
product worden dezelfde kosten
gemaakt. Dit komt vaak voor.
Degressieve variabele kosten  de
kosten nemen in verhouding
minder sterk toe dan de productie.
Heeft tot gevolg dat de kosten per
eenheid product dalen. Komt meestal voor bij een laag niveau van productie.
Progressieve variabele kosten  komen meestal voor bij een hoge productieomvang. De
totale variabele kosten stijgen relatief sneller dan de geproduceerde hoeveelheid, waardoor
de kosten per eenheid zullen toenemen. Dit kan heffingen en boetes tot gevolg hebben.
Trapsgewijs variabele kosten  als de productiemiddelen slechts beperkt deelbaar zijn,
maar op korte termijn in de benodigde hoeveelheid kan worden ingezet.
Afschrijvingskosten kunnen zowel variabel zijn als vast. Als de slijtage van het
productiemiddel vooral bepaald wordt door het gebruik dat ervan wordt gemaakt en niet
zozeer door tijdsverloop, is het een variabele kosten.
Vasten/constante kosten
Vaste kosten zijn kosten die in de betreffende periode niet veranderen als de
productiehoeveelheid een wijziging ondergaat. De kosten worden veroorzaakt door de
aanwezige productiecapaciteit die op korte termijn niet kan worden uitgebreid of
ingekrompen. Omdat de omvang van de capaciteit bepalend is voor het niveau van de vaste
kosten, worden ze ook wel capaciteitskosten genoemd. Bij een daling van de productie kan
de capaciteit niet onmiddellijk aan de behoefte worden aangepast, waardoor de kosten op
hetzelfde niveau blijven.
Als er wordt gesproken wordt over een langere periode, zijn de vaste kosten wel

, beïnvloedbaar; omdat op lange termijn de capaciteit kan worden aangepast.
Kosten zijn alleen echt vast, als we ervan uitgaan dat het productieniveau zich bevindt
binnen de op de korte termijn geldende capaciteitsgrenzen van de orderneming  relevant
production range.
Afschrijvingen zijn de vaste kosten als er slijtage van het duurzame productiemiddel ontstaat
door tijdsverloop.
Totale kosten
Om een kostenstructuur zo volledig mogelijk te analyseren moet van alle kosten worden
nagegaan in welke mate de kosten vast of variabel zijn. Vaste kosten zijn bijvoorbeeld;
overhead, rente, afschrijving van een gebouw en vaste lonen. Variabele kosten zijn
bijvoorbeeld; grondstoffen, uitzendkrachten en inkoopkosten van goederen die
doorverkocht worden. Sommige kostensoorten kunnen beide elementen bevatten,
waardoor ze gedeeltelijk vast en gedeeltelijk variabel zijn. Zoals bijvoorbeeld energiekosten.
Bij productiebedrijven bestaan de totale kosten voor een belangrijk deel uit variabele
kosten, bij een dienstverlenend bedrijf bestaan de totale kosten merendeel uit vaste kosten.
Break-even punt
Het break-even punt, is het punt waarbij de onderneming quitte speelt. De totale
opbrengsten zijn dan precies gelijk aan de totale kosten, waardoor er geen winst en geen
verlies wordt gemaakt. Het onderzoek naar de relatie van omzet, totale kosten en winst met
de productieomvang/afzet en het bepalen van het break-even punt heet break-evenanalyse.
Bij de break-evenanalyse is het onderscheid tussen variabele en vaste kosten essentieel.
Elke eenheid die wordt geproduceerd en verkocht verkleint het verlies met het verschil
tussen de verkoopprijs en de variabele kosten per eenheid. Dit verschil heet de
dekkingsbijdrage. Het break-even punt is de afzet waarbij de totale dekkingsbijdrage precies
groot genoeg is om de totale vaste kosten te kunnen dekken.
Dekkingsbijdrage = de verkoopprijs – de variabele kosten per product. Het verschil wat
overblijft is genoeg om de constante kosten te dekken.
Voor de break- even afzet geldt;
Totale opbrengst = totale kosten
Afzet x Verkoopprijs = vaste kosten + afzet x variabele kosten per eenheid
Afzet x Verkoopprijs – afzet x variabele kosten per eenheid = vaste kosten
Afzet x (Verkoopprijs – variabele kosten per eenheid) = vaste kosten
Afzet = vaste kosten : verkoopprijs – variabele kosten per eenheid
Omzet = vaste kosten : provisieopbrengst
Break-evenafzet zijn het aantal stuks dat je moet maken/verkopen om quitte te spelen.
Break-evenomzet is de omzet die je moet behalen om quitte te spelen.
Uitgangspunten voor het uitvoeren van een break-evenanalyse
1 Lineariteit van kosten en opbrengsten
Bij een break-evenanalyse wordt verondersteld dat omzet en kosten

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller romeemeijdam1. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.21
  • (0)
Add to cart
Added