Geschiedenis van het Publiek recht, jaar 1 of Jaar 3 Rechten Verkort
All documents for this subject (6)
Seller
Follow
Laurita
Reviews received
Content preview
GESCHIEDENIS VAN HET PUBLIEK RECHT THEMA DEEL 09-10-2013
THEMA SCHELDENKWESTIE (A)
Belangrijk Nederlands-Vlaams twistpunt.
Achter het thema schuilt een veel meer fundamenteel debat: de actoren van de internationale
gemeenschap.
Historisch gezien is de internationale gemeenschap een evolutief concept.
- Middeleeuwen/ Begin Nieuwe Tijd = diversiteit van actoren in de internationale betrekking en
de verschillende vormen van volkenrechten subjecten op verschillende politieke niveaus
parallel met concurrerende soevereiniteit. Dat heeft gevolgen intern en extern: door
concurrerende soevereiniteit op intern niveau is er een dergelijke diversiteit van actoren op
internationaal niveau.
- Nieuw tijd / 20ste eeuw: monopolie v/d staat als actoren de volkssoevereiniteit
- 2e helft 20e eeuw: het monopolie is opnieuw doorbroken: naast de staat zijn er supra-nationale
entiteiten, ultra-nationale entiteiten, NGO etc.
Scheldenkwestie = de case studie van de opkomst v/h monopolie v/d staat als actor en de teruggang
v/d staat de laatste decennia in het internationaal recht.
De indeling:
1. Middeleeuwen: middeleeuwse regionale actoren
2. Nieuwe tijd, keteloorlog 18e eeuw: crisis moment, droit public de l’ europe
3. Nieuwste tijd, 19e eeuw: soevereine nationale staten
4. 20ste eeuw: Europese/internationale samenwerking
Late Middeleeuwen:
Waarom ontstaat de scheldenkwestie als internationaal probleem? Het was de enige schelde die
bestond tot ong. het midden v/d 15e eeuw die bevaarbaar was voor de zeeschepen. De scheldemonding
komt uit in een aantal internationale rivieren en is dus belangrijk op handelsniveau.
Tegelijkertijd is er een economische verschuiving: het belangrijkste handelscentrum verplaatst zich
van Brugge (Vlaanderen) naar Antwerpen ook verschuiving financiële operaties. Antwerpen lag in
een ander vorstendom, Brabant.
Rond de scheldenmonding zijn er drie regionale politieke actoren: graafschap Vlaanderen, graafschap
Zeeland en hertogdom Brabant. In die periode zijn die drie aparte vorstendommen samen met heel wat
andere vorstendommen onder het bewind gekomen van eenzelfde vorst: hertogen van bourgondie. Zij
kunnen de kleine rijke vorstendommen makkelijk verwerven. Ze worden het echter niet zomaar
opgeslokt: systeem van de personele unie: alle vorstendommen behouden hun eigen zelfstandigheid
maar hebben ze dezelfde vorst aan het hoofd. Ze hebben eigenlijk dus nog steeds een zelfstandigheid.
Personele unie: de hertog van bourgondie heeft verschillende vorstendommen onder zich die ieder op
zich weer door een instellingen bestuurd worden met een zekere zelfstandigheid. Daardoor wordt in
die tijd de hertog van bourgandie een v/d machtigste vorsten in West-Europa. Een zekere graat van
integratie is natuurlijk vereist. Dat betekent dat er bovenop de eigen instellen een aantal supra-
regionale instellingen komen:
a. Op politiek niveau een hertogelijke raad voor een integreert beleid (soort bovenwestelijke
regeringsraad)
b. Een gemeenschappelijk hof van justitie dat boven de regionale hoven wordt geplaatst.
Eind 15e eeuw komt er abrupt een einde aan deze Bourgondische unie instelling met het Habsburgers
bewind jarenlange burgeroorlogen. Aan ’t einde v/d 15e eeuw komt er weer stabiliteit en wordt door
de habsburgers het systeem van de personele unie voortgezet.
De monding ligt precies op de grens tussen Brabant, zeeland en Vlaanderen . De habsburgers wilden
een politiek van economische integratie bevorderen. Maar omdat ieder vorstendom zijn eigen
zelfstandigheid bewaart dus zijn eigen economische en politiek belang vooropstelt,.
Voor het eerst in de gewestelijke conflicten moeten deze nu vreedzaam opgelost worden.
- Op politiek niveau de raad
- Op gerechtelijk niveau : het gerechtshof de grote raad.\
1
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Laurita. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.47. You're not tied to anything after your purchase.