H1 Inleiding in het recht
1.1 Kennismaking met het recht
Belangentegenstelling is vaak basis van al dan niet grote juridische problemen. Ieder mens
heeft belangen en deze probeert hij ook na te streven -> botsing.
Eigenrichting= In een geschil je gelijk halen door zelf geweld te gebruiken. Hier geldt het
‘recht van de sterkste’. Verboden, aangezien anders complete chaos.
- Overheid heeft monopolie op rechtshandhaving m.b.v. dwangmiddelen. Alleen zij
mogen m.b.v. geweld handhaven.
- Uitzondering: De wet geeft uitdrukkelijk in een specifieke situatie de bevoegdheid tot
eigenrichting aan de burger. Bijvoorbeeld als takken die over de schutting hangen
afknippen van buren, als zij zelf geen aanstalte maken.
Zittende magistratuur= Lage en hoge rechters. Zo genoemd omdat ze in de rechtszaal
blijven zitten als ze praten.
Organisatie rechterlijke macht: Hoge Raad, Gerechtshoven en Rechtbanken
- Rechtbank:
- ‘Eerste gerecht’
- Als eerst een juridisch probleem besproken.
- 1 rechtsprekende rechter in enkelvoudige kamer, 3 in meervoudige kamer.
- Bestaan 11 rechtbanken in NL.
- ‘Vonnis’ uitgesproken
- Gerechtshof= Hier gaan mensen heen als ze het niet eens zijn met het vonnis van de
rechtbank.
- Raadsheren= Zo noemen we de rechters van het gerechtshof.
- Hoger beroep= Raadsheer kijkt nog een keer of de rechter in de rechtbank
alle feiten goed heeft beoordeeld, of er voldoende bewijs is en of het recht
juist is toegepast.
- 1 raadsheer bij eenvoudige zaken, 3 in een meervoudige kamer.
- Bestaan 4 gerechtshoven.
- ‘Arrest’ uitgesproken.
- Hoge Raad= Hier ga je heen als je het niet eens bent met de arrest. Je moet wel aan
bepaalde voorwaarden voldoen.
- Je ‘gaat in cassatie’= Raadsheer kijkt of de lagere rechter het recht juist heeft
toegepast.
- 5 raadsheren
- Indien oordeel niet klopte, wordt het teruggestuurd naar de lagere rechter die
dan opnieuw uitspraak doet.
Recht heeft als doel de samenleving rechtvaardig, vreedzaam en efficiënt ordenen.
- Sanctie= Middel om naleving van bv. een voorschrift af te dwingen, of is een straf
voor een overtreding.
- Last onder dwangsom= College van burgemeester en wethouders stelt dat de
overtreder bijvoorbeeld elke dag dat hij de overtreding niet ongedaan maakt, een
geldbedrag moet betalen.
, 1.2 Indeling van het objectieve recht
Objectieve recht= Rechtsregels die door de overheid zijn vastgesteld of erkend met het doel
de samenleving te ordenen, en die gehandhaafd kunnen worden. (positief/geldend recht)
Privaatrecht -vs- publiekrecht
- Privaatrecht= Gedeelte van het objectieve recht dat zich bezighoudt met de
rechtsverhouding tussen personen onderling.
- Personen: Natuurlijke personen (mensen) en rechtspersonen (stichting,
vereniging, NV en BV)
- Publiekrecht= Houdt zich bezig met de rechtsverhouding tussen overheid en burgers.
- Alleen van toepassing als de overheid een specifieke overheidshandeling
verricht.
- Staats-, bestuursrecht, strafrecht en recht van de Europese Unie.
- Bestuursrecht: Overheid moet wetten uitvoeren op diverse gebieden, zoals
milieu, bouwen, belastingen. Bij deze uitvoering nemen bestuursorganen
besluiten. Bij deze bestuursrechtelijke besluiten moeten ze regels naleven.
- Strafrecht= Persoon is verdacht voor het plegen van een strafbaar feit.
- Zaak tussen verdachte en samenleving. Samenleving
vertegenwoordigd door een officier van justitie.
- Onderscheid:
- Wijze van rechtshandhaving
- Algemeen belang
Materieel recht -vs- formeel recht
- Materieel recht= Regels die rechten verlenen en verplichtingen opleggen tussen
burgers onderling en tussen burgers en overheid, maar ook tussen overheden
onderling. Dat deel van het recht waarin de rechten en verplichtingen zijn geregeld.
- Formeel/proces recht= Regels omtrent de wijze waarop het materieel recht kan
worden afgedwongen.
Wetboek van Strafvordering= Regels voor manier waarop de regels van het materiële
strafrecht gehandhaafd kunnen worden.
1.3 Wat wordt verstaan onder recht
Objectief recht= Geschreven en ongeschreven(normen) regels.
- Recht= Geheel van rechtsregels dat in NL op dit moment van kracht is.
Subjectief recht= Een bevoegdheid die door het objectieve recht aan een rechtssubject
wordt verleend.
- Recht= Bevoegdheid van een persoon tegenover een ander. Het recht hebben op…
Objectief recht verleent subjectieve rechten.
Rechtssubject= Persoon die een bepaald subjectieve recht heeft.
- Natuurlijk persoon= Gewoon mensen die het subjectieve recht dragen.
- Rechtspersoon= Organisatievorm die vaak handelingen net als natuurlijke personen
doen. Of in ieder geval mogen doen.
- Rechtsobject (meestal stoffelijke)= Het voorwerp/dier van recht.
Wet is een onderdeel van recht(sregel). Wet is een geschreven rechtsregel. Geen synoniem!
Dwingend recht= Voorschriften waarvan burgers niet mogen afwijken.
- ‘Nietigheid’= Als niet nagevolgd dan zonder rechtsgevolg. Juridisch gezien is de
afspraak niet gemaakt.
- Juridische fictie= Bij niet nakoming van afspraak, maakt niet uit. Persoon niet
gebonden aan de afspraak.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ilsezelf. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.