Uitgebreide samenvatting van de boeken:
- Blansjaar, B.A., M.M. Beukers & W.F. van Kordelaar (red.), Stoornis en delict. Handboek psychiatrische en psychologische rapportage in strafzaken. ISBN 9 , Utrecht, De Tijdstroom, 2008.
- J.S. Nevid, S.A. Rathus & B. Green, Psychiatrie, een inleiding, 9e...
FP samenvatting
Psychiatrie: een Inleiding
Stoornis en Delict
HC 1: Juridische kaders, een inleiding (SD 1&15)
SD H1
Stoornis (volgens wetboek van Strafrecht):
- Gebrekkige ontwikkeling = Aangeboren afwijkingen of in de jeugd opgelopen
gebreken die psychisch ontwikkeling structureel hebben verstoord.
- Ziekelijke stoornis = Verstoringen die tijdens het leven van een psychisch ‘gezond’
persoon zijn opgetreden.
- Criteria stoornis:
I. Abnormaal: Er is sprake van een ‘abnormaal’ verschijnsel in die zin dat het
afwijkt van een sociale norm met betrekking tot normaal ontwikkeld gedrag.
II. Beperking in functioneren: Het verschijnsel brengt ongemak en beperkingen
met zich mee in het functioneren van de betrokkene als dan niet in relatie tot
zijn sociale omgeving.
III. Kenmerken passen in kader: Het verschijnsel vertoont een aantal kenmerken
die ook bij anderen worden herkend als gebrekkig ontwikkeld en die te
beschrijven en te ordenen zijn binnen het begrippenkader van de
(ontwikklings)psychologie en psychopathologie.
- Breed begrip: Het stoornis begrip wordt zo breed mogelijk beschreven, zodat
veranderende psychopathologische inzichten kunnen worden meegenomen.
Besluitvorming rechter en inschakelen gedragsdeskundige:
- De wettelijke beslisboom = De beslisboom geeft weer langs welke weg de rechter
in de strafzaak gaat om tot zijn beslissing te komen.
1. Waarheidsvinding: is er een bewezenverklaring voor het tenlastegelegde feit? Dit
gaat om de mate waarin er wettig en overtuigende bewijs kan worden geleverd
voor het tenlastegelegde.
2. Strafbaar: Is het bewezen verklaarde een strafbaar feit?
3. Strafbaarheid dader: Wordt de wilsvrijheid/handelingsvrijheid beperkt als
gevolg van een stoornis of als gevolg van omstandigheden? Zo ja, sprake van
ontoerekeningsvatbaarheid of strafuitsluitingsgronden.
Wilsvrijheid = Gaat over realiteitstoetsing, empathie, geweten. Gebrek aan
empathie en geweten worden als pathologisch geduid, maar hoeven niet
perse wilsinperkend te zijn: is men in staat geweest om anders te handelen?
Wanneer iemand in een situatie van bedreiging en mishandeling leeft en geen
reële mogelijkheid heeft om zich hieraan te onttrekken kan dat zodanig van
invloed zijn op iemand zijn psychische toestand dat deze persoon geen
andere mogelijkheid ziet dan het plegen van een strafbaar feit.
Handelingsvrijheid = Impulsen beheersen, frustratie tolerantie.
Psychische kwetsbaarheid = Identiteitszwakte, instabiliteit in stemming,
angsten.
- Onderscheid interne en externe factoren: Het juridische onderscheid tussen de
stoornisgerelateerde factoren enerzijds en de invloed van externe factoren op
psychische toestand is voor gedragsdeskundige moeilijk te hanteren.
- Gedragsdeskundigen en de beslisboom: In iedere fase van besluitvorming staat het
de rechter vrij om een deskundige te beoordelen. In de eerste fase van
, waarheidsbevinding komt vaak een technische deskundige van pas (DNAexpert,
wapendeskundige, etc.). Gedragsdeskundigen worden doorgaans ingeschakeld bij
de beoordeling van de vraag of de dader strafbaar is, en of er mogelijk sprake is van
een psychische stoornis die invloed heeft op de toerekeningsvatbaarheid. Ook
bepaald een gedragsdeskundige vaak de mate van recidiverisico. De rapportage
rond de verdachte is dus gericht op rechterlijke ondersteuning bij de laatste twee
vertakkingen van de beslisboom. Met name bij het bepalen van de tbs-maatregel
komen gedragsdeskundigen aan bod.
- Gedragsdeskundige en begrijpen van stoornis: Om delictgedrag vanuit de stoornis te
kunnen begrijpen, zullen kenmerken of symptomen van de stoornis moeten worden
vertaald naar met die stoornis samenhangende gedragskenmerken, ook wel
disfuncties genoemd. De deskundige adviseert vervolgens over de manier waarop de
disfuncties doorwerkten ten tijde van het delict en bekijkt hiervoor naar:
De verdachte zijn relaas van de feitelijke gebeurtenissen.
De redengeving van de verdachte voor het delict.
Het voelen, denken en handelen van de verdachte ten tijde van het delict.
Een verklaring vinden voor het huidige verhaal met de verklaringen in het
proces-verbaal.
Uitingen van schaamte en spijt van de verdachte.
Strafuitsluitingsgronden:
- Centrale gedachte strafrecht: pleger van een delict verdient slechts straf wanneer hij
verantwoordelijk kan worden gehouden voor wat hij doet (of laat). Dus als de persoon
toerekeningsvatbaar is. Echter is toerekeningsvatbaarheid is een juridisch
uitgangspunt en hoeft dus niet te worden aangetoond.
- Strafuitsluitingsgronden = Grond waardoor de schuld aan een bepaalde feitelijke
handeling ontbreekt.
I. (gedeeltelijke) Ontoerekeningsvatbaarheid =
‘Niet strafbaar is hij die een feit begaat dat hem wegens de gebrekkige
ontwikkeling of ziekelijke stoornis van zijn geestesvermogen niet kan
worden toegerekend’ (Art. 39 Sr.).
Samenhang delict en stoornis: Toerekeningsvatbaarheid is geen
kenmerk van dader of delict, maar gaat om de samenhang tussen
stoornis van de dader en het daarmee samenhangende gedrag tot
uiting komend in een bepaald delict:
a. Stoornisperspectief = Kenmerken/symptomen van de stoornis
vertalen naar met de stoornis samenhangende gedragskenmerken
(VB: agressieve prikkelbaarheid; impulsiviteit; frustratietolerantie;
realiteitstoetsing; vermogen tot empathie, reflectie, anticipatie en
introspectie).
b. Delictperspectief = Manier waarop de disfuncties doorwerken en
ten tijde van het delict tot uiting komen. Beschrijven van de
doorwerking van combinatie van persoon en omstandigheden in
het delict (VB: verslag feitelijke gebeurtenis; redengeving delict;
voelen, denken en handelen tijdens delict; uitingen van schaamte,
spijt).
Significantie verklarend verband stoornis en delict: De vaststelling van
een stoornis op zich is niet voldoende om verminderde
toerekeningsvatbaarheid aan te nemen: de stoornis moet zich
voorgedaan hebben ten tijde van het delict en er moet een verklarend
verband bestaan tussen stoornis en delict (VB: een psychotisch
, persoon steelt een brood, omdat de honger hem daartoe gedreven
heeft. In dit geval houdt het delict geen verband met de psychose en is
diegene dus toerekeningsvatbaar).
Strafrechtsproces: Volledige ontoerekeningsvatbaarheid ontslag
rechtsvervolging, er kan eventueel wel een strafrechtelijke maatregel
opgelegd worden omwille de veiligheid van de maatschappij (VB: TBS,
plaatsing in psychiatrisch ziekenhuis).
II. Overmacht =
‘Niet strafbaar is hij die een feit begaat waartoe hij door overmacht is
gedrongen’.
Strafrechtelijke overtreding als gevolg van conflict tussen plichten;
plicht om de noodtoestand op te heffen en plicht om de wet na te leven
(VB: snelheidslimiet overschrijden omdat iemand met spoed naar het
ziekenhuis gebracht moet worden).
Psychische overmacht = Omstandigheden van dien aard dat het te
rechtvaardigen is dat een ‘normaal mens’ onder zodanige psychische
druk komt te staan dat hij overgaat tot het plegen van een strafbaar
feit.
Strafrechtproces: Overmacht ontslag van rechtsvervolging.
III. Noodweer =
‘Niet strafbaar is hij, die een feit begaat, geboden door de
noodzakelijke verdediging van eigen of eens anders lijf, eerbaarheid of
goed, tegen ogenblikkelijke, wederrechtelijke aanranding’.
noodweerexces.
Er is sprake van noodweer, wanneer het geweld gebruikt door het
slachtoffer proportioneel is aan het geweld gebruikt door de aanvaller
(VB: iemand wordt met een mes bedreigd, diegene kan niet vluchten
dus brengt de aanvaller letsel toe om zichzelf te verdedigen).
Strafrechtsproces: Noodweer ontslag rechtsvervolging
IV. Ontbreken van opzet = Verdachte van een strafbare gedraging heeft geen
enkele schuld aan deze gedraging. Verdachte is bij het plegen van het feit van
elk inzicht in de draagwijdte van zijn gedragingen en de mogelijke gevolgen
daarvan verstoken (VB: veranderd bewustzijn door slaapwandelen en
epileptische schemertoestand).
Gestoorde wil = Iemand die aan een psychische stoornis lijdt ten tijde
van het delict pleegt deze opzettelijk onder een ‘gestoorde wil’.
Strafrechtsproces: Ontbreken van opzet ontslag rechtsvervolging.
Gevaarsprognose:
- Doel strafrecht: Strafrecht is vergelend maar heeft ook een preventieve doelstelling.
Een straf kan gebaseerd zijn op de gevaarsprognose (= kans op recidive).
Hieronder vallen 2 gevaarsprognoses:
I. Juridische gevaarsprognose = Strafrechtelijk gezien biedt de wet de
mogelijkheid het gedrag van de justitiabele te sturen, als de verwachting is dat
deze opnieuw tot delictgedrag komt.
II. Gedragsdeskundige gevaarsprognose = Gedragskundige technieken
maken het mogelijk om uitspraak te doen over de recidivekans.
- Strafrechtelijke kaders:
I. Strafrechtelijke maatregel = Doel van strafrechtelijke maatregelen is
beveiliging van de samenleving. Wettelijk gevaarscriterium = Verwachting
dat betrokkene in de toekomst wederom een gevaar oplevert voor anderen of
, voor de algemene veiligheid van personen. Het gevaar criterium is van invloed
op de maatregel die wordt opgelegd aan de verdachte. Er zijn vier mogelijke
maatregelen waarbij rekening wordt gehouden met een verhoogde kans op
recidive:
a. TBS: maatschappelijke beveiliging staat centraal. Het is van belang dat
ten tijde van het plegen van het strafbare feit sprake was van een
psychische stoornis. Oplegging is slechts mogelijk wanneer er een
causaal verband bestaat tussen stoornis en gevaar voor herhaling van het
delict. Er hoeft geen causaal verband te zijn tussen stoornis en delict en
TBS kan ook opgelegd worden wanneer verdachte gedeeltelijk
toerekeningsvatbaar is.
b. PPZ = Dit is een psychiatrisch ziekenhuis. Zorg voor betrokkene staat
centraal. Kan ook worden opgelegd wanneer betrokkene een gevaar voor
zichzelf vormt. Het is van belang dat ten tijde van het plegen van het
strafbare feit sprake was van een psychische stoornis. Hierbij is het
gevaar voor zichzelf grondslagcriterium. Oplegging is slechts mogelijk
wanneer:
1. Causaal verband tussen stoornis en delict.
2. Causaal verband tussen stoornis en gevaar voor herhaling delict.
3. Feit wegens gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van het
geestesvermogen van betrokkene niet kan worden toegerekend.
c. PIJ (inrichting jeugden) en isd-maatregel = Aanwezigheid van stoornis
is geen vereiste voor oplegging van deze maatregelen. Oplegging van de
PIJ moet in het belang zijn van een zo gunstig mogelijke verdere
ontwikkeling van betrokkene en wanneer een jongere een gevaar voor
zichzelf is of voor de algemene veiligheid voor personen of goederen. Een
isd-maatregel mag alleen opgelegd worden als de betrokkene in de
afgelopen vijf jaar ten minste driemaal is veroordeeld tot een
vrijheidsbenemende straf. Dit is een inrichting voor stelselmatige daders.
Hierbij moet ook sprake zijn voor gevaar voor algemene veiligheid voor
personen of goederen.
II. Voorwaardelijk kader = Straffen en maatregelen kunnen voorwaardelijk
worden opgelegd, wat inhoudt dat niet-naleving van de voorwaarden de
onderliggende straf of maatregel doen herleven.
Voorwaarden: In ieder geval geldt het niet plegen van strafbare feiten
als voorwaarde, daarnaast kunnen voorwaarden betrekking hebben op
schadevergoeding, contactverbod en behandeling etc. De te stellen
voorwaarden mogen geen beperking opleveren voor de vrijheid van
godsdienst, levensovertuiging of staatskundige vrijheid van
betrokkene. De voorwaarden dienen ‘strafrechtelijk relevant’ te zijn: de
maatregelen moeten de kans op recidive verminderen.
Vooorwaarden en stoornis: Aanwezigheid van psychische stoornis is
geen criterium voor het stellen van voorwaarden.
SD H15: Simulatie
Simulatie = Het opzettelijk produceren van onware of sterk overdreven lichamelijke of
psychische verschijnselen, waarbij externe motieven de aanleiding vormen, zoals het
ontlopen van militaire dienst, vermijden van werk, verkrijgen van financiële tegemoetkoming,
ontlopen van gerechtelijke vervolging of het verkrijgen van drugs.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller teun1105. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.70. You're not tied to anything after your purchase.