Lopende en goede samenvatting van de volgende documenten:
- Radvansky (2017); pagina 123-126
- Baddeley (2003); pagina 829-839
- Jaeggi (2008); pagina
- Harriso (2013); pagina
Aansluitend aan het blok 3.5 Memory zoals gegeven in 2021.
Chapter 4: Sensory and short-term memory (2017)
Door G.A. Radvansky
Retrieval in STM. Als een persoon informatie codeert in de gelimiteerde
STM-capaciteit en decay en interferentie voldoende vermijdt om die
informatie vast te kunnen houden, kan het noodzakelijk zijn om die
informatie ook daadwerkelijk te gebruiken. Informatie moet dan retrieved
worden. Sternberg laat zien dat het erop lijkt dat mensen gebruik maken
van een serial exhaustive search waarbij mensen één voor één door items
in het STM zoeken om vervolgens een respons te produceren (nadat ze
door alle items zijn heengegaan). Sternberg gebruikte een paradigma
waar mensen een lijst van één tot zes cijfers krijgen die zij in hun STM
moeten houden. Aan het einde van de lijst (na een decay van twee
seconden), kregen participanten een memory probe(bijv. 4) waarbij ze
moesten aangeven of hij wel of niet in de lijst stond die zij zojuist gehoord
hadden. Sternberg hield bij hoe lang het duurde voor participanten
antwoordde als functie van hoe veel items er in een set zaten en of de
probewel/niet in die lijst voorkwam. Met dit paradigma testte Sternberg
drie theorieën:
1. Parallel search theory: alle STM-items zijn‘tegelijk’ beschikbaar
en parallel toegankelijk. Als mensen parallel in STM zoeken, zou
de hoeveelheid informatie in de set niet uit moeten maken. De
responsietijden zouden niet variëren met de omvang van de set
en er zou geen verschil zijn tussen ja/nee responsen.
2. Serial self-terminating search: mensen gaan één voor één
door de items. Zodra mensen bij het target item zijn, stopt de
zoektocht. Naarmate de omvang van de set groter wordt, zou de
responstijd ook toe moeten nemen. Er is ook een verschil in
responstijd-slope (helling) voor responsen. Nee-responsenzouden
een relatief steile helling hebben omdat mensen altijd door een
hele set moeten gaan om te verifiëren dat het item er niet bij zit.
Ja-responsen zouden een toenemende helling moeten laten zien
van ongeveer de helft van de nee-respons zijn (omdat mensen
over het algemeen halverwege een set komen en dan het target
item vinden).
3. Serial exhaustive search: mensen gaan één voor één door de
items, maar i.p.v. te stoppen wanneer ze gevonden hebben wat
zoeken, blijven mensen doorgaan tot het einde van de set.
Hierdoor is er een toenemende responstijd-functie doe
, samengaat met set omvang. Er is geen helling-verschil voor
ja/nee responsen.
De data biedt bewijs voor het laatste alternatief, de serial exhaustive
search. Deze uitkomsten is op twee manieren instructief. (1) Het laat zien
hoe STM gezocht wordt. (2) Het geeft informatie over ons vermogen om
onze eigen geheugenprocessen te rapporteren. Als je mensen vraagt welk
van de drie verklaringen zij denken dat juist is, kiezen de meeste echter
voor serial self-terminating search. Deze lijkt kennelijk het meest
aannemelijk.
Seriële vs. parallelle kwesties. Hou er echter wel rekening mee dat
niet iedereen het erover eens is dat er sprake is van een serieel proces. Er
zijn ook andere mogelijkheden die Sternberg niet overwegen heeft. Zo is
er gesuggereerd dat dit datapatroon ook het resultaat kan zijn van een
parallelle verwerking waarbij er beperkte cognitieve bronnen zijn. Als er
meerdere items in het STM vastgehouden worden, worden de beschikbare
bronnen over hen verdeeld. Er zijn dan dus minder cognitieve bronnen
voor elk van de items. De seriële vs. parallelle verwerkingskwestie heeft
een lange geschiedenis. Op dit moment wordt over het algemeen
aangenomen dat er voor elk proces zowel gebruik gemaakt kan worden
van seriële als parallelle processen (voor het produceren van een gegeven
uitkomst). Aangezien het moeilijk is om onderscheid te maken tussen
beide, kiezen onderzoekers meestal degene die meer plausibel/simpeler
lijkt. Waarschijnlijk zijn er voor elk complex geheugenproces zowel
parallelleals seriële componenten, gemixt in een cascading proces.
Working memory: Looking back and looking forward (2013)
Door A. Baddeley
Het werkgeheugen is een systeem dat informatie vasthoudt en opslaat in
het STM (korte termijn geheugen). Op dit moment gelooft men dat het
werkgeheugen bestaat uit een centraal uitvoerend systeem (central
executive) en twee opslagsystemen: de phonological loop en
visuospatial sketchpad (informatie uit abstract).
Inleiding
Het theoretische concept van working memory (werkgeheugen) neemt
aan dat een gelimiteerd capaciteitssysteem (welke informatie tijdelijk
vasthoudt en opslaat) de menselijke denkprocessen ondersteunt, door een
interface tussen perceptie, lange termijn geheugen (long-term memory,
LTM) en actie te bieden.De meeste theorieën omtrent het werkgeheugen
zijn het met elkaar eens dat er een systeem met beperkte
aandachtcapaciteit is, welke bijgestaan wordt door meer perifeer-
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bloempje2017. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.19. You're not tied to anything after your purchase.