100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Biologie voor Jou 5VWO H4 Planten $5.51   Add to cart

Summary

Samenvatting Biologie voor Jou 5VWO H4 Planten

 24 views  0 purchase
  • Course
  • Level

Dit document is een samenvatting over Biologie voor Jou 5VWO vijfde editie H4 Planten.

Preview 2 out of 7  pages

  • February 8, 2021
  • 7
  • 2019/2020
  • Summary
  • Secondary school
  • 5
avatar-seller
Thema 4: Planten
Basisstof 2: Bouw, groei en ontwikkeling van
planten
Elk orgaan van een plant wordt aan de buitenkant omgeven door epidermis
(opperhuid) of kurk. Beide weefsels beschermen de plant tegen waterverlies en
infecties. In de wortels groeien de epidermiscellen uit tot wortelharen. In elk orgaan
komen ook transportvaten voor die bestaan uit houtvaten en bastvaten. Ze
transporteren water met daarin opgeloste stoffen.

Het weefsel dat tussen epidermis en transportvaten zit, wordt vulweefsel (schors en
merg) genoemd. Dit is betrokken bij fotosynthese, opslag en stevigheid.

Groei en ontwikkeling van planten
Tijdens de groei vinden er allerlei veranderingen plaats. Cellen kunnen zich
specialiseren, organen kunnen veranderen of er kunnen nieuwe ontstaan. Dit
noemen we ontwikkeling.

Bij planten vinden delingen plaats in meristemen (deelweefsels). Ze bevinden zich in
de toppen van wortels en stengels, in knoppen en in jonge bladeren. De toppen van
stengels en wortels worden groeipunten genoemd en zorgen voor lengtegroei. In de
stengels komt ook meristeem voor. Dit zorgt voor diktegroei en heet cambium.

In de meristemen komen stamcellen voor. Een stamcel is een cel die nog niet
gedifferentieerd is. Hierdoor kunnen planten hun hele leven lang groeien.

Bij de celdeling ontstaan twee dochtercellen. 1 hiervan blijft in een meristeemcel en
zal zich opnieuw delen. De andere ondergaat celstrekking. Daarbij kan de cel van
vorm veranderen (celdifferentiatie) en een speciale functie krijgen (celspecialisatie).

Diktegroei bij bomen en struiken
Lengtegroei vindt plaats in de jongste delen. Diktegroei vindt plaats in een
ringvormig meristeem dat cambium heet. Doordat cellen in het cambium gaan delen
groeit de houtachtige plant. Na elke deling blijft 1 van de dochtercellen in het
cambium en de ander gaat naar buiten. Naar binnen toe vormt het cambium
houtcellen en naar buiten toe bastcellen. Houtcellen kunnen houtvaten vormen en
bastcellen bastvaten.

Houtvaten ontstaan uit boven elkaar gelegen houtcellen. De houtcellen zetten tegen
de verticale primaire celwanden dikke secundaire celwanden af van cellulose en
houtstof (lignine). De dwarswanden tussen boven elkaar liggende houtcellen
verdwijnen onder invloed van enzymen en uiteindelijk verdwijnen ook de houtcellen.

Bij bastvaten verdwijnen de dwarswanden tussen de cellen naar, maar er komen
openingen (zeefplaat). De cellen verdwijnen niet, wel de celkernen. Daardoor leven
bastvatcellen betrekkelijk kort. Dode bastvaten worden dichtgedrukt.

Uit het cambium ontstaan meer houtcellen dan bastcellen. Ieder jaar ontstaat er zo
een laag hout en een laagje bast. Al het hout van 1 jaar noem je een jaarring. Deze
ontstaan doordat in het voorjaar er veel water is en dus zijn er wijde houtvaten en
het heeft een lichte kleur. Dit heet voorjaarshout. In de zomer is er minder water en

, dus zijn er nauwere houtvaten en heeft een donkere kleur. Dit heet zomerhout.
Doordat in de herfst en winter er geen delingen in het cambium plaatsvinden, is er
een scherpe overgang tussen het lichte en donkere hout: jaargrens.




Basisstof 3: Transport in planten
Het transport in zaadplanten vindt vooral plaats in houtvaten en bastvaten. De
houtvaten vervoeren water en zouten van de wortels naar de bladeren. De bastvaten
vervoeren water en assimilatieproducten van de bladeren naar alle delen van de
plant (organische sapstroom).

Opname van water en mineralen
Het grootste deel van het opgenomen water en mineralen gaat via de
worteluiteinden, waar epidermiscellen zijn uitgegroeid tot wortelharen. Deze zorgen
voor fijne vertakkingen waardoor het worteloppervlak wordt vergroot.

Houtvaten en bastvaten liggen in de centrale cilinder. De buitenste laag hiervan heet
de endodermis en zorgt voor selectieve opname van mineralen. Vanaf wortelharen
tot centrale cilinder vindt de transport plaats via celwanden. In de celwanden bevindt
zich een netwerk van kleine poriën die met elkaar in verbinding staan.

Door capillaire werking van deze poriën stroom er water vanaf de bodem de wortels
in. Dit is mogelijk omdat de poriën nauw zijn. De cohesiekrachten waardoor
watermoleculen bij elkaar blijven en de adhesiekrachten waarmee de
watermoleculen aan de wand worden vastgehouden, zijn samen groter dan de
zwaartekracht. Bij dit transport speelt diffusie een grote rol.

De endodermiscellen van de centrale cilinder zijn verbonden door een kruklaagje die
ondoordringbaar is. Het celmembraan van de endodermiscellen zorgt voor een actief
transport van mineralen van de schors naar de centrale cilinder. Daardoor wordt de
osmotische waarde in de centrale cilinder groter dan die in de schors. De
kurkbandjes verhinderen dat water van de centrale cilinder terugstroomt naar de
schors. Het water met opgeloste mineralen stijgt hierdoor in de houtvaten. Dit wordt
worteldruk genoemd. Wanneer door worteldruk meer water het blad binnenkomt dan
er verdampt, veroorzaakt dit druppelen.

Waterpotentiaal
In een cel met een lage osmotische waarde verplaatst water zich naar een cel met
een hogere osmotische waarde. Waterverplaatsing hangt ook af van de druk in de cel
(turgor). Om de verplaatsing van water in planten en dieren te verklaren en te
bepalen, wordt het begrip waterpotentiaal gebruikt. Deze is onder andere afhankelijk
van de osmotische druk en de turgordruk. De volgende formule hoort hierbij:

ψ w =ψ s+ ψ p

 ψ w = waterpotentiaal MPa
 ψ s = osmotisch potentiaal
 ψ p= drukpotentiaal (turgordruk)

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller YentevdStel. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.51. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

73091 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.51
  • (0)
  Add to cart