100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Pathologie MOA Hoofdfase 1 Algemene ziekteleer voor tandartsen, ISBN: 9789031387281 Medische Pathologie MOA Hoofdfase 1 $7.47
Add to cart

Summary

Samenvatting Pathologie MOA Hoofdfase 1 Algemene ziekteleer voor tandartsen, ISBN: 9789031387281 Medische Pathologie MOA Hoofdfase 1

 23 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit document is een samenvatting van alle te bestuderen literatuur wat bij het vak Pathologie hoort. Dit is onderdeel van OWE MOA wat in Hoofdfase 1 van Mondzorgkunde wordt gegeven.

Preview 3 out of 30  pages

  • No
  • Hoofdstuk 1,2,4,8,9,11,15,16,18
  • February 8, 2021
  • 30
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Pathologie – Literatuur hoorcollege 1
8.1 Inleiding
Diastole: de hartkamers vullen zich met bloed uit de boezems
Systole: de linkerhartkamer stuwt het bloed in de aorta
- De drukgolf met bloed gaat van het hart naar de kleinste bloedvaten
Windketelfunctie: de wanden van de bloedvaten rekken bij elke drukgolf wat uit waardoor die
stijging van de druk iets meer gedempt wordt: er is dus weerstand.
Systolische bloeddruk: hoogste druk in een hartcyclus – 120-130 mmHg. Hoe ouder, hoe hoger.
- Hoogte wordt bepaald door het slagvolume van het hart en de elasticiteit van de aorta en
grote arteriën
Diastolische bloeddruk: laagste druk – 70-80 mmHg. Stijgt tot het 50 e jaar en daalt daarna weer wat.
- Hoogte wordt bepaald door weerstand van de bloedvaten
Polsdruk: het verschil tussen systolische en diastolische bloeddruk.
De hoogte van de bloeddruk wordt bepaald door:
1. Bloedvolume wat per tijdseenheid uit het hart wordt gepompt = HMV
2. Elasticiteit van aorta en grote arteriën
3. Perifere weerstand van bloedvaten

8.2 Regulatie van de bloeddruk
Het lichaam heeft mechanismen waarmee de bloeddruk aangepast kan worden:
8.2.1 neuronale factoren
Als er minder vullingsdruk is van het hart, wordt dit waargenomen door baroreceptoren. Die zitten in
de vaatwand van de halsslagader, aortaboog, hart en longen. informatie gaat naar afferente
zenuwvezels van de baroreflexboog naar kerngebieden in het verlengde merg. Hier wordt de
informatie verwerkt waardoor er veranderingen komen in het orthosympatische en parasympatische
zenuwstelsel.
- Parasympatisch: sinusknoop in het hart activeren door de n.vagus sinusbradycardie, een
vertraagde hartfrequentie
- Orthosympatisch door:
1. hogere frequentie van de sinusknoop, dus versnelde hartactie
2. hartspierweefsel gaat meer samentrekken
3. vasoconstrictie
8.2.2 hormonale factoren
Als het bloedvolume daalt, komen er vasoconstrictieve hormonen vrij. noradrenaline komt vrij en
er treedt vasoconstrictie op. ADH neemt ook toe waardoor er minder water in de urine komt. Zodat
het lichaam vocht vast houdt om het volumeverlies aan bloed te compenseren. En dan in combinatie
met die vasoconstrictie wordt de bloeddruk verder op peil gebracht.

Renine wordt afgegeven door het RAAS-systeem en zorgt dat de bloeddruk daalt. Angiotensine zorgt
voor vasoconstrictie en stimuleert de afgifte van Aldosteron door de bijnieren. natrium en vocht
wordt in het lichaam gehouden. Hierdoor neemt het vloeistofvolume toe en dat compenseert de
daling van het bloedvolume.
8.2.3 lokale factoren
Endotheelcellen van het bloedvat produceren endotheline I zorgt voor vasoconstrictie maar ook
vasodilitatie. Bradykinine en prostacycline spelen een rol bij die perifere vaatweerstand en daardoor
de bloeddruk.
Baroreceptormechanisme dempt de schommelingen op korte termijn en het RAAS-systeem op lange
termijn. Bij langdurige ontregeling speelt de nier de belangrijkste rol (door zout en water uitscheiding
aan te passen).

,8.3 Meting van de arteriële bloeddruk
Intra-arteriële / bloedige meting: De directe meting die als gouden standaard geldt voor het meten.
- De arterie wordt aangeprikt, katheter wordt in de arterie gebracht.
Indirecte methode: opblaasbare manchet om bovenarm. Deze moet je geleidelijk aan ontluchten
zodat er steeds minder weerstand komt en zo voel je de vaatwandbewegingen.
Bloeddrukverhogende factoren zijn: roken, praten, koffiedrinken, kou, pijn, volle blaas en angst.
De bovenarm moet zich ter hoogte van het hart bevinden , halverwege het borstbeen.
Oscillometrie: de trillingen van de vaatwand worden tijdens het leeglopen van de manchet
elektronisch gedetecteerd. Dit kan de stethoscoopmethode gaan vervangen.

8.4 Factoren die de bloeddruk beïnvloeden
De bloeddruk is tijdens lichamelijke inspanning en stress hoog, en laag in rustfase. Direct na het
opstaan stijgt de bloeddruk snel en rond 10 uur sochtends het hoogste punt. Daarna blijft de
bloeddruk gemiddeld op dezelfde hoogte. In de avond daalt het en bij slapen op het laagst.
Hier moet je mee uitkijken als je de diagnose hypertensie vast wil stellen: je mag pas over
hypertensie spreken wanneer er bij minstens 3 afzonderlijke metingen op verschillende dagen een
verhoogde bloeddruk is gemeten. (!)

Witte-jas hypertensie: personen hebben buiten het ziekenhuis een normale bloeddruk maar in het
ziekenhuis een verhoogde. Dit kan ontdekt worden door anderen dan de arts de bloeddruk te laten
meten of om de bloeddruk buiten het ziekenhuis te laten registreren.

Prehypertensie: persisterende licht verhoogde of hoog normale bloeddruk
De kans op nierschade is bij prehypertensie niet verhoogd zolang de BMI minder dan 30 is. Hierdoor
moet je leefstijl goed zijn, want bij afvallen gaat je bloeddruk ook dalen.

8.5 Hypertensie
Het is moeilijk om precies aan te geven wat een normale bloeddruk is (normotensie) en wat
verhoogde is.
Hypertensie: bloeddruk hoger dan 140 mmHg systolisch en hoger dan 90 mmHg diastolisch.
De laatste jaren is de systolische druk beste voorspeller van hart- en vaatschade: bij het ouder
worden neemt de waarde van de systolische druk sterker toe dan die van de diastolische druk.




Bij hypertensie is zowel de systolische als diastolische druk verhoogd. Bij het ouder worden zie je
vooral een verhoogde systolische druk.
Geïsoleerde systolische hypertensie: als alléén de systolische druk hoger is.
De prevalentie van hypertensie is gebonden aan de leeftijd (ouder dan 60 jaar, veel meer)

8.5.1 oorzaken van hypertensie
Alcoholisme, overgewicht, diabetes mellitus. De precieze oorzaak is niet bekend maar het autonome
zenuwstelsel en hormonen spelen een rol.
Gebruik van de pil kan ervoor zorgen dat water en zout vastgehouden wordt, dus bloeddruk stijgt.
Drop remt omzetting van cortisol naar cortison dus bijnier scheidt minder natrium en kalium uit.
Een korte periode van stress heeft al een sterk bloeddrukverhogende werking.
Secundair verhoogde bloeddruk: ziekteproces ergens anders in het lichaam zorgt voor hypertensie.
Deze kans neemt toe als de verhoogde bloeddruk ernstiger is en moeilijk te behandelen is.

, Bij jonge kinderen is er meestal een lichamelijke oorzaak voor hypertensie.




Nierarteriestenose: vernauwing in de nierslagader en dat komt door aderverkalking. de nier gaat
door de belemmerende bloedstroom stoffen uitscheiden die de bloeddruk verhogen. In de bijnieren
worden hormonen geproduceerd die invloed hebben op de bloeddruk: cortison, aldosteron en
stresshormonen. In dat weefsel kan dan een goedaardig gezwel ontstaan dat overmaat van die
hormonen gaat produceren. (hoge hormoonspiegels? Nietfaal is oorzaak van hypertensie)

Essentiële / primaire / idiopathische hypertensie: Bij 90-95% is de oorzaak van hypertensie
onbekend. Erfelijkheid speelt een rol, er zijn verschillende genen bij betrokken.
8.5.2 klinische verschijnselen en complicaties
Hypertensie geeft nauwelijks klachten, totdat er schade komt aan hersenen, hart en nieren.
Algemene klachten: onrust, gejaagdheid, hartkloppingen.
In korte tijd hogere bloeddruk: klachten aan het gezichtsvermogen, hoofdpijn.

Bij hypertensie treedt er versneld atherosclerose op. Gevolgen hiervan zijn:
- Kleine arteriën van de nier slibben dicht en de nierfunctie verslechterd.
- Claudicatio intermittens: etalagebenen , ischemie in benen doordat de bloedstroom in benen
belemmerd wordt
- Angina pectoris: door plaquevorming in kransslagaders van het hart is er meer kans hierop.
- Decompensatio cordis: oedeem hoopt op in de benen dus bij geringe inspanning al
kortademigheid.
- Herseninfarct, hersenbloeding of dementie omdat bloedvaten in hersenen worden
beschadigd.
Personen met hypertensie hebben:
- 2x zo vaak claudicatio intermittens
- 3x zo vaak ischemische hartziekten
- 5x zo vaak decompensatio cordis
- 8x zo vaak CVA incidenten
De andere risicofactoren zoals: roken, hoog cholesterol, diabetes versterken elkaar in combinatie
met hypertensie.

8.5.3 behandeling van hypertensie
Preventieparadox: Bij patiënten met lichte hypertensie heeft behandeling op korte termijn geen
direct voordeel. Het nut van de behandeling moet worden afgewogen tegen de kans op bijwerkingen
van bloeddrukverlagende geneesmiddelen en kosten. goed kijken naar andere risicofactoren die
hart- en vaatziekten kunnen veroorzaken. Kijk dan naar: rookgedrag, diabetes, hoog cholesterol en
mnl of vrwl geslacht.
- Lichte hypertensie zonder bijkomende aandoeningen: behandelen met medicatie bij
bloeddruk hoger dan 140/90 mmHg.
- Hart- en vaatschade aanwezig, dan waarden hoger dan 140/90 mmHg altijd behandeld met
medicatie als de leefregels alleen onvoldoende effect sorteren.
- Aanpassing van dieet en leefgewoonten kan de bloeddruk aanpassen. Ook reductie van
zoutgebruik.
- Alcoholgebruik minderen tot maximaal 2 eenheden per dag.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mdmzk. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.47. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.47
  • (0)
Add to cart
Added