De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Samenvattingen
Op Stuvia vind je het grootste aanbod aan samenvattingen en collegeaantekeningen. De
documenten zijn geschreven door jouw medestudenten, specifiek voor jouw opleiding!
www.stuvia.com
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
, Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Samenvattingen
Hoofdstuk 1: gerontologie versus ontwikkeling
1.1: wat is gerontologie
Gerontologie: de wetenschap die de veroudering van mensen, dieren en planten onderzoekt.
Biologisch gerontologie: richt zich op de ontwikkeling van cellen door de jaren heen
Medische gerontologie: richt zich op de pathologische ziekte leer door de jaren heen
Sociaal gerontologie: richt zich op het gebied van cultuur en godsdienst
Psychogerontologie: houd zich bezig met de mentale mogelijkheden van ouderen.
Waarom kan je leeftijd niet als indicator voor ouderdom gebruiken?
Vroeger werden mensen minder oud. Toen was je al oud bij dertig
Er zijn ook agerasia: dit zijn ouderen die nog heel fit zijn en niet aan de standaard kenmerken
van ouderen voldoet
Er moet ook gekeken worden naar de sociale leeftijd: na mate mensen ouder worden kan
hun sociale status veranderen.
Drempelleeftijd: chronologische leeftijd momenten waarop duidelijke fysieke en psychologische
veranderingen zichtbaar of hoorbaar zullen worden.
Jongere ouderen: 65-69
Middelbare ouderen: 70-79
Oude ouderen: 80-89
Zeer oude ouderen: 90-100
Soorten veroudering
1. Primaire / universele veroudering: lichamelijke veranderingen door het ouder worden
2. Secundaire / probabilistische veroudering: veranderingen die vaker voorkomen bij ouderen
dan bij jongeren.
3. Tertiaire veroudering: een snelle fysieke achteruitgang vlak voor het sterven
4. Distale veroudering: een verouderingseffect die een oorzaak in het verre verleden heeft
5. Proximale veroudering: een verouderingseffect die een oorzaak heeft in iets wat recentelijk
gebeurt is.
Manieren om veroudering te beschouwen
Intra-individueel: het verloop van de individu zelf
Inter-individueel: toenemende verschillen tussen individuen van gelijke leeftijd
Inter-generationeel: de toenemende verschillen tussen verschillende generaties.
Flourishing: richtinggevend voor de wijze waarop mensen zich optimaal kunnen ontwikkelen.
Languishing: stagnatie of blijven steken in de psychosociale ontwikkeling.
Het is voor ouderen belangrijk dat ze door blijven ontwikkelen ondanks dat er stagnatie kan
ontstaan. Het vertellen van hun levensverhalen kan de ouderen hierin steunen.
Ontwikkelingsregulatie: het bijstellen van doelen om zichzelf en het leven te beoordelen en daarbij
het instant houden van je zelfwaardering selectief optimalisatie: proces waarbij iemand zo veel
mogelijk gebruikt maakt van zijn mogelijkheden waardoor het zo min mogelijk last heeft van zijn
biologische beperkingen.
Accommodatie: denkschema’s aanpassen aan de nieuwe werkelijkheid ( hier hebben ouderen
moeite mee, denk maar aan het niet om kunnen gaan met mobieltjes)
Assimilatie: betekenis geven aan de accommodatie, en de gedragingen aanpassen (dit is nog wel
goed intact, alleen komt dat niet tot uiting omdat accommoderen niet meer zo goed gaat.
1.2: visie op veroudering
De visie op ouderen is deels positief en deels negatief. Het positieve is dat ouderen vaak als wijs
worden gezien (componenten voor wijsheid: zelfreflectie, zelfkritiek, andermans perspectief
accepteren, oriëntatie op het goede, emotioneel stabiel, humor en besluitvaardigheid in onzekere
situaties). Echter worden ouderen te veel gezien als een stereotype. Dit terwijl iedereen zijn eigen
levensloop heeft gehad. Om iets meer diversiteit te krijgen zijn er persoonlijkheidstypen van
tachtigplussers onderscheiden door Neugarten
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
, Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Samenvattingen
1. Het gedesorganiseerde type: de persoon is wanhopig, ziet niet de
ontwikkelingsmogelijkheden en richt zich vooral op de achteruitgang
2. Het passief- afhankelijke type: dit type is bang voor de toekomst en ziektes en durft weinig
risico te nemen. Dit staat de verdere ontwikkeling in de weg.
3. Het afwerende type: dit type past bij het verschijnsel healthy ageing. Deze personen zijn nog
actief, maar ze ontkennen dat ze ouder worden
4. Het geïntegreerde type: dit type accepteert dat het ouder wordt, toch behoud het zijn
eigenwaarde en blijft het die dingen doen die het kan.
Denkmodellen rond om het ouder worden.
1. Het deficietmodel: ouder worden is stelselmatig alles verliezen en uiteindelijk ook je eigen
leven
2. Het rust-roestmodel: je moet vooral actief blijven en niet toegeven aan verlieservaringen
3. Het competentiemodel: je moet wel je verlieservaringen verwerken maar je moet ook actief
blijven.
Ouderen hebben ook uitdagingen nodig. Flow: subjectieve toestand waarbij iemand alles om zich
heen vergeet, inclusief de tijd en gevoelens van vermoeidheid. Flow ontstaat wanneer een taak wel
uitdagend is maar niet te moeilijk.
1.3 cultuur- en tijd specifieke elementen.
Hoe wij over ouderen denken is erg afhankelijk van de tijd waarin we wonen en ook de cultuur waar
in we ons bevinden. Zo kregen ouderen vroeger meer respect dan nu. En in Aziatische landen worden
ouderen gezien als wijze mensen en deze mensen hebben daar ook nog een functie in de
maatschappij. Ook is het afhankelijk van de levensverwachtingen, mensen worden steeds ouder en
er zijn dus ook steeds meer ouderen. Reden waardoor de levensverwachting stijgt:
Telomeertherapie: door deze therapie zouden cellen zich ook nog op hogere leeftijd kunnen
delen.
Het uitvoeren van levensverlengende operaties.
Verschillende definities van rechtvaardigheid
De maximalisatie van utiliteit of welzijn, van het grootste geluk voor het grootste aantal
mensen
Het hebben van respect voor de keuzevrijheid van een individu
Het cultiveren van deugdzaamheid en het redeneren over het algemeen belang.
1.4 product- en procesmodellen: DSM versus ICF
Verschillen tussen de DSM en ICF
DSM ICF
Diagnostic anf Statistical manual of mental International classification of functioning
Disorders
Werd ontworpen zodat er duidelijke regels Referentieclassificatie van WHO world health
kwamen over het geven van diagnoses. organization
Het is een vorm van productdenken Het is een vorm van denken van uit
ontwikkeling
Behandeld psychische stoornissen als een ziekte Richt zich op zowel gezonde als ongezonde
mensen. Er wordt omschreven hoe mensen
omgaan met hun gezondheidstoestand. Van uit:
1.lichamelijk
2. individueel
3. maatschappelijk
Dichotomie: het is het een of het ander Continuüm: wat niet goed is in de ene situatie
kan in de andere wel goed zijn
Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller FleurterBeek. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.