Samenvatting
Socialezekerheidsrecht
1. Begrip sociale zekerheid & sociale zekerheidsrecht
- techniek van sociale zekerheid kan op verschillende manieren en daarom zal er vaak verwezen
worden naar Nederland om de redenen van ons stelsel beter te begrijpen
- sociale zekerheid is als een ‘olifant’ = nogal zwaar & algemeen gekend maar iedereen zou het
anders tekenen
- sociale zekerheid wordt gekoppeld aan basisbehoeften & risico’s
- gezondheidszorg: prijs drukken zodat iedereen toegang heeft
- kinderbijslag: in Duitsland wordt dit niet aanvaard
- arbeidsongeschiktheid: in Nederland moet werkgever de eerste 2 jaar loon betalen maar
in België is dit maar 1 maand
- pensioenen: risico = ouderdom, berekend op basis van duur dat je gewerkt hebt (40j)
- zwangerschapsverlof: 15 weken uitkering voor werknemers (proberen nettoloon te
handhaven dit is niet zo bij gewoon ziekte)
- overlijden: langstlevende moet alleen instaan voor het gezin
- armoede: hoeksteen van sociale zekerheid = armoedebestrijding (leefloon)
- werkloosheidsuitkering: (niet werken door de slecht werkende arbeidsmarkt)
- zorg via familiehulp, wit-gele kruis
- regelen via publiekrecht (verplicht wordt ingericht & niet vrijwillig aangeboden uitz. privé
aanbiedingen, uber, platform werkers die vrijwillig kunnen toetreden)
1.1 Definiëring
verscheidenheid van mening: nationaal & internationaal
- Prof. Van Langendonck:
- = het geheel van wettelijke systemen die prestaties leveren op het individueel vlak, hetzij
in geld, hetzij in natura, zonder onderscheid naar de wijze van financiering,
uitvoeringsorganisatie of aard of berekeningswijze van de uitkeringen
- te ruime definitie
- IAO-Conventie nr. 102 (= internationale arbeidsorganisatie):
- = dekking van de 9 sociale risico’s: gezondheidsverzorging, ziekte, moederschap,
invaliditeit, ouderdom, vroegtijdig overlijden, arbeidsongevallen & beroepsziekten,
kinderlast & werkloosheid
- er zijn altijd risico’s die niet in het verdrag zitten (bv. huisvestiging wat wel als risico
wordt gezien in UK, vakantiegeld dat wel erkend wordt in België)
- fundamenteel begrip ‘armoede’ staat er niet in omdat het een oud verdrag is
- definitie uit handboek:
= geheel van wettelijke regeling die op basis van herverdeling/solidariteit prestaties
toekennen (uitkeringen of in natura) aan personen die in nood verkeren of slachtoffer zijn
van een risico
1
,Verschil tussen sociale verzekering en sociale bijstand
- verschillende manieren om uitkeringen te organiseren of toe te kennen
- de meeste risico’s zijn georganiseerd met sociale verzekeringen (bv. pensioen)
- soms is het georganiseerd via de sociale bijstand (bv. pensioen bijstand)
Geen middelentoets
- niet mogelijk omdat achterliggend risico verschillend is (niet naar iemand zijn middelen kijken)
- beleid zou dit wel graag doen
- bv. vrouw die werkloos was geworden maar zij was gehuwd met een notaris en de vraag werd
gesteld of ze nu wel echt nood had aan een werkloosheidsuitkering je mag een vrouw niet
afhankelijk maken van haar man
Behoeftigheid / middelentoets
- persoon in nood heeft te weinig middelen maar bent u wel in nood?
- hier gaat men de middelen wel controleren om te kijken of u wel in nood bent (ook die van uw
partner)
Bijdragen & budget
- bijdragen = geaffecteerde belastingen (belasting die onmiddellijk naar zijn doel gaat en niet eerst
naar de grote belastingspot)
- budget = de algemene pot
Subjectief recht & discretionaire bevoegdheid
- subjectief recht = als u aan de voorwaarden voldoet, kan u aanspraak maken op een uitkering
- discretionaire bevoegdheid = toegang is afhankelijk van de instantie (OCMW)
- dit is nu meer geëvolueerd naar subjectieve rechten (bv. leefloon)
- bij sommige uitkeringen is het wel nog het geval maar dan gaat men moeten uitleggen
waarom je aan die persoon geen uitkering toekent (= legitimeren, ABBB)
Demogranten
- hybride uitkeringen die kenmerken hebben van sociale verzekering & sociale bijstand
- gefinancierd door het budget, subjectief recht & geen middelentoets
- bv. gezindsbijdragen
2
,Bismarck vs. Beveridge
Bismarck
- introductie van eerste sociale zekerheidssysteem in Duitsland (probleem met eisen van
socialisten, sociale strijd, uitbuiting)
- grondlegger van sociaal verzekeringen
- heeft als 1ste het ouderdomspensioen ingevoerd probleem: pensioenleeftijd lag hoger dan de
levensverwachting
- systeem is gebaseerd op werkende bevolking (arbeiders, werknemers & zelfstandigen)
- uitkering is inkomensgerelateerd = hoogte uitkering is gerelateerd aan uw gemiddeld loon (u
moet uw levensstandaard kunnen aanhouden)
- administratie gebeurt door de betrokkenen
- overheid komt enkel tussen als het echt moet
- overheid controleert wel of sociale partners (vakbonden + werkgever) geen gekken doen
(= tripartite)
- financiering wordt gehaald uit bijdrage die alle betrokkenen moet betalen
- continentaal socialezekerheidsbegrip
Beveridge
- later ingevoerd (na WOII) in VK doel: systeem dat zeker niet Duits was
- toepassingsgebied = alle ingezetenen (niet alleen de werkende want iedereen kan ziek worden)
- uitkering is forfaitair / vast bedrag ongeacht inkomen moet voldoende zijn om goed te leven
- sociale partners zijn niet meer nodig in de administratie want het is niet meer werkgerelateerd
dus de overheid staat hier voor in
- financiering wordt uit het budget gehaald
- dit heeft Nederland beïnvloed (bv. daar bent u pensioenverzekerd omdat u daar woont)
Belgisch systeem
- gebaseerd op het Bismarck systeem maar begint meer sporen te hebben van Beveridge systeem
- bv. gezondheidszorg: nu hebben alle ingezetenen toegang tot een ziekteverzekering (het is een
algemeen risico & geen beroepsrisico)
3
, Belgische sociale zekerheid
- verticale as = algemene risico’s
(menswaardig bestaan =
armoede)
- horizontale as = grote groepen
van werkenden (WN =
werknemers, ZEL = zelfstandigen,
AMB = ambtenaren, INGEZ =
ingezetenen)
- X = er is iets (x = er is iets kleins,
vooral bij zelfstandigen omdat ze
minder krijgen dan andere
werkgroepen)
- forfaitair = lage vaste uitkeringen
- werkloosheid:
- vraagteken bij zelfstandigen betekent dat ze geen volwaardige uitkering hebben
(hebben een faillissementsuitkering)
- ambtenaar had vroeger geen recht op uitkering, nu wel
- arbeidsongevallen & beroepsziekten: niet voor zelfstandigen
- NIEUW sinds 2019 = zorg
- universeel (Beveridge) net zoals gezinsbijslagen
- gekoppeld aan wonen & niet aan werk
- is regionaal en niet meer federaal
Koppeling risico’s aan bestaande regeling
- 1 bijkomende variant: pensioen
- niet zo dat er per risico een
regeling is (bv. pensioenregeling
dekt 2 risico’s af)
- gezinsbijdragen in het grijs omdat
ze nog een beetje doorwerken
maar er is een nieuwe regeling
onderaan
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper janaboon. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor $5.82. Je zit daarna nergens aan vast.