100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Strafrechtelijke aansprakelijkheid college + werkcollege aantekeningen $6.93
Add to cart

Class notes

Strafrechtelijke aansprakelijkheid college + werkcollege aantekeningen

 41 views  0 purchase
  • Course
  • Institution
  • Book

Aantekeningen van alle colleges + werkcolleges en alle uitwerkingen van de assignments.

Preview 6 out of 151  pages

  • February 9, 2021
  • 151
  • 2020/2021
  • Class notes
  • Prof. mr. t. kooijmans
  • All classes
avatar-seller
Hoorcollege 1

De 4 vragen van artikel 350 strafrecht:
1. Is de tenlastelegging bewezen?
Is bewezen dat verdachte aan alle bestanddelen die in de tenlastelegging zijn opgenomen
heeft voldaan?
 Subjectieve bestanddelen: Zij zien op de intentie van de dader
 Objectieve bestanddelen: Het valt feitelijk vast te stellen
2. Is het feit kwalificeerbaar?
Er moet een delictsomschrijving zijn die op het strafbare feit ‘’past’’. Je beantwoordt
eigenlijk: welke delictsomschrijving past als stempel op de tenlastelegging?
3. Is er sprake van wederrechtelijkheid? (Is het feit strafbaar)
Wederrechtelijkheid is hier een element. Wederrechtelijkheid wordt veronderstelt aanwezig
te zijn. Een rechtvaardigingsgrond kan de wederrechtelijkheid wegnemen.
4. Is er sprake van schuld? (Is de verdachte strafbaar)
Schuld is hier een element. Schuld wordt veronderstelt aanwezig te zijn. Een
schulduitsluitingsgrond kan de schuld wegnemen.

Culpa versus Schuld
Schuld heeft dezelfde inhoud als Culpa, alleen als het een element is noemen we het schuld
en als het een bestanddeel is (in de delictsomschrijving) noemen we het Culpa.
 Culpa = Bestanddeel
 Schuld = Element

Bij een schulduitsluitingsgrond dat geldt voor schuld (dus als element bij vraag 4) volgt er
ontslag van alle rechtsvervolging oftewel OVAR.
Bij een schulduitsluitingsgrond dat geldt voor Culpa (dus als bestanddeel bij vraag 1) volgt er
vrijspraak.
Let op! Bij Culpa zit zowel wederrechtelijkheid als verwijtbaarheid/schuld.

Artikel 350 Sv
1. Is bewezen dat het ten laste gelegde feit door de verdachte is begaan?
Niet? > vrijspraak, artikel 352 lid 1 Sv
2. Welk strafbaar feit levert het bewezenverklaarde volgens de wet op
(kwalificatie bewezenverklaring) – valt het ergens onder een
delictsomschrijving?
Loopt het hier stuk > ontslag van alle rechtsvervolging, artikel 352 lid 2 Sv
3. Is verdachte strafbaar (hier komen de strafuitsluitingsgronden aan bod)
Indien niet-ideaaltypische delictsomschrijving (schuld/wederrechtelijkheid opgenomen in
delictsomschrijving) dan bestanddeel en moet het bewezen worden. >
strafuitsluitingsgronden komen dan bij de 1ste materiële vraag aan bod.
Indien ideaaltypische delictsomschrijving (dan wordt schuld/wederrechtelijkheid
veronderstelt aanwezig te zijn) > dan wel bij deze vraag:
o Is het bewezen verklaarde wederrechtelijk?
o Is het bewezen verklaarde aan schuld te wijten? Zo niet, dan OVAR, artikel 352 lid 2 Sv
4. Welke sanctie moet worden opgelegd? Strafoplegging, artikel 351 Sv

,Strafrechtelijke aansprakelijkheid
Materieel strafrecht = de strafbaarstelling van gedrag en de formulering van de
bijbehorende straf.
Formeel strafrecht = strafprocesrecht, strafvordering, geeft regels waarmee materieel
strafrecht kan worden verwezenlijkt.

Materiaal strafrecht Formeel strafrecht
Inhoud, werkelijkheid Vorm, procedure
Strafbaarstelling van gedrag + straf Verwezenlijking materiele strafrecht

Wat is strafrechtelijke aansprakelijkheid?
- O.a.: voorwaarden voor strafbaarheid:
o Menselijke gedraging
o Die valt binnen de grenzen van een wettelijke delictsomschrijving
o Die wederrechtelijk is
o En aan schuld te wijten

Strafrechtelijke aansprakelijkheid is veelal ruimer
- Bijvoorbeeld:
o (Zware) mishandeling; SO dood in ambulance. Causaal verband?
 Causaliteit is een belangrijk leerstuk
o Zware mishandeling: vrijspraak. Nieuwe vervolging wegens mishandeling
mogelijk?
 Ne bis in idem (art. 68 Sr)
o Moeder pleegt kindermoord (art. 291 Sr); OvJ legt art. 289 Sr ten laste.
Kwalificatie?
 Art. 55 Sr komt hier in beeld

Legaliteitsbeginsel
- Art. 1 lid 1 Sr: ‘Geen feit is strafbaar dan uit kracht van een daaraan voorafgaande
wettelijke strafbepaling’
- Breed (internationaal) erkend beginsel:
o Art. 7 EVRM (vgl. EHRM NJ 1997/1)
o Art. 15 IVBPR
o Art. 16 Grondwet: wettelijke weergave legaliteitsbeginsel.
o Art. 11 lid 2 Universele verklaring van de rechten van de mens
o Art. 49 Handvest van de grondrechten van de EU
- ‘Wettelijk’: wet in formele zin en wet in materiële zin
- Elementen van legaliteit:
o Aansprakelijkheid op grond van een wettelijke bepaling
 Nulllum crimen sine lege (incl. lex certa-vereiste): geen strafbaarfeit
zonder wet en moet zo duidelijk en precies mogelijk zijn beschreven
 Nulla poena sine lege: geen straf zonder wet
o Geen terugwerkende kracht (moet strafbaar zijn op moment van plegen)
 Nulla poena sine lege praevia: geen terugwerkende kracht

, o Verbod van te extensieve interpretatie en analogieverbod
- Legaliteitsbeginsel is instrumenteel en rechtsbeschermend; het legitimeert en
limiteert de mogelijkheid van strafrechtelijk optreden
- Fundamenten van legaliteit:
o Schuld en preventie:
 Inzicht in de strafwaardigheid van gedrag
 Vermijdbaarheid en verwijtbaarheid
o Rechtsstaat
 Binding van de overheid aan de democratisch gelegitimeerde wet
o Rechtszekerheid
 Als overkoepelend fundament
- Lex certa dient kenbaarheid van het recht en daarmee rechtszekerheid (duidelijke
precieze wetgeving. Het moet zo duidelijk mogelijk zijn)

Legaliteitsbeginsel
- Hoofdregel art. 1 lid 1 Sr: in wet ten tijde van handelen
- Verbod van terugwerkende kracht betreft zowel de strafbaarheid als de straf
o Verbod dient de kenbaarheid van het recht; rechtszekerheid
- Nuancering op hoofdregel van art. 1 lid 1 Sr: bij wetswijziging ten gunste van de
verdachte moet de nieuwe wet worden toegepast (art. 1 lid 2 Sr)
o Ookal is wetswijziging na plegen van misdaad
o Wanneer is er dan sprake van verandering van wetgeving?
o Wat is dan eigenlijk een voor de verdachte gunstigste bepaling?
o Incest arrest en lex mitior arrest goed bestuderen!!

Verandering van wetgeving
- Wanneer is er sprake van verandering van wetgeving (art. 1 lid 2 Sr)?
1) Wijzigingen die verband houden met delictsomschrijving:
o Veranderd inzicht van de wetgever omtrent de strafwaardigheid van de
onderwerpelijke (=gepleegde) gedraging
 Beperkt materiële leer
o Materieel: niet alleen wetswijziging aangaande de strafbepaling maar ook
andere relevante wetswijzigingen die doorwerken in de strafrechtelijke
normstelling (vgl. Incest-arrest: in loop van strafrechtelijke procedure vond
wetswijziging plaats in BW ten gunste van verdachte)
o Beperkt: slechts veranderingen die voortvloeien uit veranderd inzicht
omtrent strafwaardigheid (vgl. wetgeving met tijdelijk karakter: bv.
jachtverbod buiten jachtseizoen, mondkapjesplicht als coronacrisis voorbij is.
Je kan niet bij de rechter aankomen als mondkapjesplicht voorbij is dat je de
regels niet verbroken hebt toen mondkapjesplicht wel nog gold)
2) Wijzigingen in regels van sanctierecht (specifieke sanctienormen en algemene regels
van het sanctiestelsel)
o ‘een sedert het plegen van het delict opgetreden verandering [moet] door de
rechter met onmiddellijke ingang - en dus zonder toetsing aan de maatstaf
van het gewijzigd inzicht van de strafwetgever omtrent de strafwaardigheid
van de vóór de wetswijziging begane strafbare feiten - worden toegepast,

, indien en voor zover die verandering in de voorliggende zaak ten gunste van
de verdachte werkt’
o Achtergrond: EHRM Scoppola: gebod om gunstigste bepalingen met
terugwerkende kracht toe te passen, ligt in 7 EVRM besloten 
proportionaliteit van straftoemeting
o Art. 14a en verder.

Incest arrest
Wetswijziging meerderjarigheid van 21 naar 18 jaar.
Relevant voor ontucht met een minderjarig kind, over een langdurige periode. Van 16 tm 19
jaar. In de procedure, vond die wetswijziging plaats. Ten aanzien van de periode na de 18
jaar voor deze persoon, werd nu een ‘gunstigere’ omstandigheid voor de verdachte. Want
ontucht met een meerderjarige is niet meer strafbaar.
Veranderd inzicht van de wetgever. Niet altijd sprake van een gewijzigd inzicht! In de wet
zelf gelegen beperking van de werkingssfeer. Bij de wet een tijdelijke aard. Inzicht is nog
steeds hetzelfde.

Lex mitior arrest
In lex Mitior, overweegt de Hoge Raad dat die verandering door de rechter met
onmiddellijke ingang moet worden toegepast, als en voor zover die ten gunste van de
verdachte werkt.
Hoge Raad volgt Knigge.
Scoppola: EHRM overwoog artikel 7 strengere wetten niet met terugwerkende kracht
mochten worden toegepast, maar gunstigere wetgeving wel. Benadering is wel anders dan
de Hoge Raad.
EHRM steekt namelijk in het proportionaliteit.

Consequenties
Stel dat artikel 310 wijzigt, en je krijgt nog maar 2 jaar voor de diefstal. De rechter mag jou
dan ook echt maar max. 2 jaar geven omdat dat voor jou gunstiger is.
Maar dit kan ook moeilijker.
Regel voor voorwaardelijke veroordelingen: gevangenisstraffen langer voorwaardelijk
kunnen worden opgelegd. Stel dat het zometeen ook straffen van maximaal 6 jaar
voorwaardelijk worden opgelegd. Deels kan dit gunstig zijn, je hoeft niet echt de gevangenis
in voor die 6 jaar, anders moest dit wel. Maaaar, als de rechter de oude regel toepast, hij
een deel van max 4 jaar voorwaardelijk kan opleggen. Als de gevangene de regels
overtreedt, zit ie maximaal 4 jaar vastzitten. Wat weegt zwaarder?


Rechtsmacht (jurisdictie)
- Uitgangspunt: territorialiteit
- Art. 2 Sr: ‘’De Nederlandse strafwet is toepasselijk op ieder die zich in Nederland aan
enig strafbaar feit schuldig maakt.’’
- ‘’In Nederland’’  aanknopingspunten:
o Materiële gedraging: waar heeft het plaatsgevonden?
o Werking van het ‘instrument’: vond dat plaats in NL?

, o Intreden van het gevolg: ook plaats waar delict gevolg heeft (Singapore
arrest: gevolg vindt in NL plaats, dus NL plaats delict)
o Uitvoeringshandelingen: art. 2 Sr: als naast NL ook op andere plaatsen een
strafbaar feit heeft plaatsgevonden, heeft NL ook rechtsmacht daar. Niet
alleen fysiek (denk aan witwassen geld via rekeningen) NB: Nederlands
(lucht)vaartuig (art. 3 Sr, vlagbeginsel): aan boord van Nederlands vaartuig.
Vaart onder Nederlandse vlag.
- Extraterritoriale rechtsmacht: een ander land kan claimen
o Nationaliteit/status verdachte (o.a. art. 7 en 8 Sr): Nederlander buiten
Nederlandse grens. Actief nationaliteitsbeginsel.
o Nationaliteit/status slachtoffer (o.a. art. 5 Sr): passief nationaliteitsbeginsel.
o Aard delict (o.a. art. 4, 6 Sr)

, Werkcollege 1

Deel 0: opfrissing strafrecht
Strafrechtelijke aansprakelijkheid
1. Menselijke gedraging
2. Passend binnen de grenzen van een wettelijke d.o.
3. Wederrechtelijkheid
4. Verwijtbaarheid (verdachte had hier wat aan kunnen doen)
1 en 2: bijzondere voorwaarden voor strafbaarheid (bestanddelen van een
delictomschrijving)
3 en 4: algemene voorwaarden voor strafbaarheid

Artikel 287 sr: van het leven beroven. (opzet maakt geen onderdeel uit van die gedraging)
Het gevolg staat centraal in dit delict. Materieel omschreven delict. (=heel veel
uitvoeringsruimte, kan lang duren voordat iemand dood is) Algemene voorwaarde van
strafbaarheid.

Artikel 310 sr: het wegnemen. Formeel omschreven delict. (=ruimte tussen uitvoeren en
voltooien van delict is veel kleiner). Bijzondere voorwaarde voor strafbaarheid.

Is het wederrechtelijk als iemand een kogel door iemand hoofd heeft geschoten? Nee, had
ook met een bijl kunnen gebeuren.
Wederrechtelijkheid en verwijtbaarheid staan niet in het delict. Dat zijn dus elementen.
Bestanddelen moet je altijd kunnen bewijzen. Als het een element is ga je ervan uit dat het
zo is.

Deel 2: toelichting tutorial slides
Overgangsrecht (art. I lid 2 Sr): kom je niet veel tegen in de praktijk.
Rechtsmacht (art. 2 t/m 8 Sr)

Overgangsrecht (art. 1 lid 2 Sr)
- Art. 1 lid Sr hoofdregel: verbod op terugwerkende kracht van strafbepalingen
(rechtszekerheid)
- Art. 1 lid 2 Sr uitzondering: nieuwe gewijzigde strafbepaling mag terugwerken indien
en voor zover deze gunstiger is voor de verdachte dan de oude strafbepaling
(overgangsrecht)
Twee denkbeeldige situaties (met verschil in benadering)
- Situatie 1: veranderingen in delictsomschrijving (d.o.), resp. vervallen gehele
strafbaarstelling (=is er bijvoorbeeld een strafbepaling uitgehaald)
(delictsomschrijving Art. 287 Sr = hij die iemand opzettelijk van het leven berooft)
- Situatie 2: enkel veranderingen in sanctionering (sanctie Art. 287 Sr =
gevangenisstraf of geldboete)

Art. 242 Sr vóór 1991
Hij die door geweld of bedreiging met geweld een vrouw dwingt met hem buiten echt
vleselijke gemeenschap te hebben.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller demineven. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.93. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.93
  • (0)
Add to cart
Added