deze samenvatting bevat aantekeningen van de hoorcolleges en werkcolleges. Ook zijn de vragen uitgewerkt en zijn de personen en begrippen in een overzichtelijk schema geplaats
− Erfgoed -> kennen, koesteren en delen van een deel van de (nagelaten) cultuur. ‘Erven’ in
‘erfgoed’ -> erven van en: nalaten aan.
− Erfgoed krijgt zijn betekenis vaak na een verandering, een breuk in het heden waardoor we
anders gaan kijken naar het verleden.
− Verschil materieel erfgoed en immaterieel erfgoed:
− materieel erfgoed is tastbaar en immaterieel erfgoed niet.
Historische vorm van erfgoed:
− Collecties ontstaan in de dienst van wetenschap:
− voorwerpen zijn verzameld en bewaard als bron van vakinhoudelijke kennis
− Collecties waren in privébezit:
− vaak rond structuren van macht, rijkdom en religie
− Collecties ontstaan in samenhang met (en reactie op) maatschappelijke ontwikkelingen:
− zoals industrialisatie, technische ontwikkeling, of historische gebeurtenissen en hun
nasleep (bijvoorbeeld oorlog, bezetting, kolonialisme)
Werkcollege 1
− Als Ad de Jong het over musealiseren heeft, gaat het vaak over materiele plekken en fysieke
voorwerpen.
− “A stuffed tiger in a museum is not a stuffed tiger in a museum, and not a tiger” (Kenneth Hudson
1977)
, Hoorcollege 2
Indeling van erfgoed:
− Rond historische processen:
− historische personen of gebeurtenissen
− Bijvoorbeeld het ontstaan van het Zuiderzeemuseum
− (uiterlijke) vorm:
− Materieel en immaterieel erfgoed, soort bij soort
− Bijvoorbeeld monumenten, landschappen, interieurs
− rol of functie in de samenleving:
− Erfgoed heeft een andere rol voor een burger als voor een onderzoeker
− Bijvoorbeeld musealia, archivalia, onderzoekscollecties
− (sociale) reikwijdte:
− Erfgoed is verbonden aan een gemeenschap en/of gebied. Het kan van lokaal belang zijn
voor een kleine groep tot mondiaal belang voor de hele gemeenschap.
− Bijvoorbeeld werelderfgoed zoals de Chinezen Muur of een lokaal museum over de
geschiedenis van het dorp (openluchtmuseum Zuiderzee)
− relaties tussen mensen en erfgoed:
− Het effect van erfgoed om mensen het gevoel te geven ergens bij te horen of juist
uitgesloten te worden
− Bijvoorbeeld het grote beeld van jezus in Rio de Janeiro waar de sloppenwijken achter
staan
− Heritage cube van Peter Howard (2003) -> indelingen van erfgoed zijn statisch
Voorwerpen in de gebruikscontext (primaire context):
− Gebruik, vaak door een enkeling
− Economische / monetaire waarde, 'nut'
− Zichtbaar, maar ook heel vanzelfsprekend
− Nuttig in het 'hier en nu'
− Mogelijk (zeer) mobiel
− Mogelijk (zeer) veranderlijk
Voorwerpen in de erfgoedcontext (museologische context):
− Document, van collectief belang
− Verwijzende, symbolische betekenis
− Geobjectiveerd, tot kijkobject gemaakt
− Betreft heden, verleden en toekomst
− Geïsoleerd, vaak gebonden aan een plaats
− Vaak gedeeld besef van 'stabiele betekenis'
Voorwerpen in de archeologische context (rubbish context):
− Buiten het culturele systeem
− Mogelijke betekenis (betekenispotentieel)
− Onzichtbaar, onkenbaar
− Niet te plaatsen in de tijd
− Niet gelokaliseerd, plaats onbekend
− Betekenisdynamiek onbekend
Erfgoedobject:
− Materiële of immateriële link met het verleden
− Betekenistoekenning in het heden
Werkcollege 2
Twee uitersten visies op erfgoed:
− Erfgoed ontstaat met de (immateriële) identificatie met allerlei cultuurgoederen door groepen in
het heden waarmee die groepen op hun manier hecht en cultureel rijk kunnen zijn.
, − Erfgoed bestaat uit (materiële) voorwerpen die worden beschermd vanwege hun aantoonbare
(essentiële) waarheid uit het verleden die eenduidig overgedragen moet worden aan de
toekomstige samenleving.
− Middenpositie -> Erfgoed als de veranderlijke, betekenisvolle ‘opvoering’ van sporen uit het
verleden door en voor groepen mensen in het heden.
Kenmerken essentialisme:
− Erfgoedinformatie is in het verleden ontstaan door gebeurtenissen en personen
− De erfgoedinformatie zit in het object besloten
− De erfgoedinformatie is onveranderlijk (statisch)
− Er is één verleden en dus één waar verhaal
− Erfgoedprofessionals (historicussen) moeten de informatie zo goed mogelijk onderzoeken en
beschikbaar maken voor de huidige en toekomstige generatie
− Onderzoeken worden uitgevoerd door academisch opgeleide specialisten
Kenmerken constructivisme:
− Erfgoedinformatie ontstaat in het heden door mensen die erfgoedinformatie toekennen aan het
voorwerp
− De erfgoedinformatie wordt gevormd door mensen (mentale constructie)
− Erfgoed is dynamisch doordat mensen voortdurend nieuwe betekenissen toekennen aan
voorwerpen
− Er zijn veel verschillende mensen die betekenissen geven en dus zijn er ook veel verschillende
verhalen
− Specialisten moeten informatie beschikbaar maken voor huidige generatie, omdat de informatie
voor de huidige generatie het meest betekenisvol is
− Gewone mensen geven betekenis aan voorwerpen
− Het onderzoek naar de erfgoedbetekenissen moet de verschillende betekenissen laren zien van
verschillende mensen (erfgoedgemeenschappen)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nikitaberendrecht. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.