Bestuursrecht boek + web- en werkcolleges samenvatting
38 views 1 purchase
Course
Bestuursrecht
Institution
Hogeschool Van Amsterdam (HvA)
Book
Recht in je opleiding - Bestuursrecht
In deze uitgebreide samenvatting vind je alle hoofdstukken die als verplichte literatuur worden opgegeven samengevat (uit het boek Recht in je opleiding ISBN: 978-94-6290-619-8 Vijfde Druk)met de informatie die in de web- en werkcolleges zijn besproken. Ik ben dan ook bij alle werkcolleges aanwezig...
Bestuursrecht is het recht dat de relaties tussen het openbaar bestuur en de burgers
normeert. Het bestuursrecht bevat regels die de overheid nodig heeft om te kunnen en
mogen besturen en de regels die de burger nodig heeft om tegen dit besturen te kunnen
optreden.
Een rechtspersoon/de overheid wordt met een natuurlijk persoon gelijkgesteld ogv a
rt 2:5
BW. Voorbeelden van privaatrechtelijke rechtspersonen zijn een stichting of een bv.
Onderscheid tussen de verschillende rechtsgebieden
-> Privaatrecht Strafrecht
Recht -> Staatsrecht
-> Publiekrecht -> Bestuursrecht -> Algemeen
bestuursrecht en
bijzonder bestuursrecht
De overheid bestaat uit
● Rijksoverheid (rijksniveau)
- DUO: studiefinanciering
- UWV: WW, WIA etc
- Belastingdienst: toeslagen
● Provinciale overheid (provinciaal niveau)
- Toezicht op Gemeenten
Ontstaan algemene wet bestuursrecht (AWB)
Sinds 1983 -> art 107 lid 2 Gw -> ontstaan van de AWB.
De Awb kent een aantal doelen:
Commissie Scheltema
- Bevorderen eenheid
- Systematiseren en vereenvoudigen
- Codificeren jurisprudentie
- Treffen van voorzieningen bepaalde onderwerpen
Under construction betekent dat de wet nog niet af is.
1
,Indeling bestuursrecht - F
ormeel versus materieel
Formeel: de procesrechtelijke regels die de burger nodig heeft om tegen het optreden van de
overheid iets te ondernemen. Bijvoorbeeld een bezwaar maken tegen de afwijzing van een
omgevingsvergunning.
Materieel: rechtsnormen waarin voor burgers en bestuursorganen aanspraken of
verplichtingen zijn opgenomen. Bijvoorbeeld een bepaling in de Wet algemene bepalingen
omgevingsrecht, waarin de voorwaarden staan waaraan een aanvraag voor een
omgevingsvergunning moet worden getoetst.
(blauwe kopjes in de inhoudsopgave Awb).
Voorbeeld materieel bestuursrecht is art 2.1 lid 1 van de Wet algemene bepalingen
omgevingsrecht (WABO).
Indeling bestuursrecht - A lgemeen versus bijzonder
Algemeen: r egels van de procedures die de overheid moet hanteren jegens de burgers
(Awb).
Bijzonder: al het andere recht dat niet in de Awb vermeld staat. D
eze gaat voor op de
algemene.
Ongeschreven recht
Het ongeschreven (bestuurs)recht wordt ook wel g
ewoonterecht genoemd. Het
vertrouwensbeginsel en het rechtszekerheidsbeginsel zijn ongeschreven beginselen waar de
overheid rekening mee moet houden en waarop de burger een beroep kan doen.
Centrale beginselen bestuursrecht
● Wetmatig van bestuur (staatsrechtelijk Legaliteitsbeginsel)
Een van de kenmerken van het bestuursrecht is dat voor overheidsoptreden het
legaliteitsbeginsel van toepassing is. D it legaliteitsbeginsel houdt in dat de bevoegdheid
van de overheid om op te treden in de wet is terug te vinden. De bevoegdheid om als
overheid te handelen mag slechts voor zover de wettelijke regels en rechtsbeginselen dit
toestaan.
- Bestuursorganen moeten een grondslag hebben in de wet.
- Bestuur mag n iet in strijd handelen met de wet.
● Specialiteitsbeginsel
Een ander kenmerk van het bestuursrecht is het specialiteitsbeginsel. De overheid mag bij
het gebruik van een bevoegdheid, alleen het belang behartigen waarvoor die regeling
bedoeld is. H
et specialiteitsbeginsel houdt in dat de bevoegdheid van de overheid alleen kan
worden aangewend voor het specifieke doel waarvoor die wet is bedoeld. Oorzaak art 3:3
Awb. Gevolg hiervan is art 3:3 Awb -> Indien de overheid zijn bevoegdheid voor een ander
doel aanwendt, is sprake van détournement de pouvoir.
Doorzending door bestuursorgaan: A
rt 2:3 lid 1 en 2 Awb -> documenten moeten worden
doorgestuurd naar het bevoegde bestuursorgaan. Is dit niet mogelijk, dan terug naar
afzender.
2
,Communicatie via elektronische weg
Art 2:13 Awb -> elektronische verzending tussen burger en bestuursorgaan.
Art 2:14 lid 1 Awb -> elektronische verzending door bestuursorgaan.
Art 2:14 Awb -> elektronische verzending naar bestuursorgaan.
De tweewegenleer
De leer dat, indien een publiekrechtelijke bevoegdheid bestaat, ook gebruik mag worden van
een privaatrechtelijke bevoegdheid, noem je de tweewegenleer.
Hoofdstuk 2 - Bevoegdheidsverkrijging
Bestuursbevoegdheid
Bevoegdheid centraal begrip in het bestuursrecht. Een bestuursorgaan moet een tot de wet
te herleiden bevoegdheid hebben om te besluiten te kunnen nemen ( wetmatigheid van
bestuur).
Een bestuursorgaan kan op drie manieren een bevoegdheid verkrijgen. Dit kan op basis van
attributie, delegatie en mandaat.
Hoe komt een bestuursorgaan aan bestuursbevoegdheid?
Via attributie - a
rt 10:22 Awb Via d
elegatie - art 10:13 Awb
Attributie is het toekennen (het scheppen) van een nieuwe bevoegdheid aan het
bestuursorgaan (wettelijk voorschrift).
Bij delegatie is er sprake van het o
verdragen van een al bestaande bevoegdheid van het ene
bestuursorgaan aan het andere. Er wordt niks gecreëerd, maar er wordt als het ware iets
doorgegeven.
Delegatie is slechts toegestaan indien dit bij wettelijk voorschrift mogelijk is gemaakt. Er
moet een wettelijk voorschrift (bijvoorbeeld een provinciale of gemeentelijke verordening)
zijn dat delegatie mogelijk maakt (art 10:15 Awb).
Degene die de bevoegdheid overdraagt, noem je d elegans. D
egene die de bevoegdheid
verkrijgt, noem je delegataris.
De delegataris g
aat de bevoegdheid op eigen naam en onder eigen verantwoordelijkheid
uitoefenen.
Door delegatie raakt het bestuursorgaan dat delegeert zijn bevoegdheid kwijt (art 10:17
Awb). Het is nog wel mogelijk om de bevoegdheid terug te krijgen. Dit kan door het
delegatiebesluit in te trekken (art 10:18 Awb).
Mandaat - art 10:1 Awb en verder
Mandaat is noch attributie noch delegatie. Het verschil met d
elegatie is dat er bij m
andaat
geen bevoegdheden worden overgedragen.
Bij mandaat wordt een ondergeschikte g
emachtigd om namens het bestuursorgaan binnen
de door het bestuursorgaan gegeven instructies besluiten in zijn naam te nemen (art 10:2
Awb). ( Je werkt in naam van).
De mandaatgever blijft overigens bevoegd de gemandateerde bevoegdheid uit te oefenen
(10:7 Awb).
3
, Degene die namens de ander de bevoegdheden uitoefent, noem je de m andataris. De
mandans i s degene die m
andaat geeft. Het bestuursorgaan blijft bevoegd en
verantwoordelijk! Voorbeeld: een ambtenaar handelt namens het bevoegde bestuursorgaan.
Week 2 - Besluiten I en de begrippen aanvraag, belanghebbende en voorzieningen
Hoofdstuk 3 - Belanghebbende
Belanghebbende
Onder b elanghebbende wordt verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is
betrokken op grond van art 1:2 Awb.
Als een bestuursorgaan een besluit neemt dat j uridische consequenties heeft voor degene
tot wie het besluit is gericht, is die persoon b
elanghebbende. Je verkrijgt een plicht (boete
betalen) of een recht (verlening vergunning).
❖ De hoofdregel: art 1:2 lid 1 Awb -> het besluit is direct aan jou gericht. Je bent de
normadressant.
❖ Als je niet de aanvrager bent en ook niet degene tot wie de beslissing direct is
gericht, maar wel tegen een bepaald besluit bezwaar wilt maken, dan ben je derde
belanghebbende.
Eisen derde-belanghebbende: c riteria cumulatief: (OPERA)
- Objectief (het moet meetbaar zijn dat je bijvoorbeeld ergens last van hebt)
- Persoonlijk (jij kan je onderscheiden van andere)
- Eigen (je komt voor jezelf op en niet voor een ander, tenzij je gemachtigd bent)
- Rechtstreeks (het besluit raakt je direct en niet indirect)
- Actueel (het moet in het nu zijn. Niet al in de toekomst denken)
Belang van rechtspersonen
❖ Rechtspersonen kunnen belanghebbende zijn met betrekking tot hun eigen belangen
ogv art 1:2 l id 2 Awb. E
en bv is een rechtspersoon. Hier gelden dezelfde criteria als
die voor een natuurlijk persoon (lid 1) als derde belanghebbende -> O PERA criterium.
Art 1:2 lid 3 Awb m
aakt het mogelijk voor rechtspersonen om ook als
belanghebbende te worden aangemerkt als het gaat om het behartigen van
algemene en collectieve belangen.
Voorbeelden van a lgemene belangen zijn belangen die te maken hebben met het
milieubelang, cultuur- en kunst belangen en het belang van de volksgezondheid.
(Stichtingen).
Voorbeelden van c ollectieve belangen zijn de belangen van vakbonden,
ondernemersorganisaties en buurtverenigingen.
Belang van bestuursorganen
Een bestuursorgaan kan belanghebbende zijn, bijvoorbeeld wanneer het bestuursorgaan
tegen een besluit van een ander bestuursorgaan wil opkomen.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DanaR. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.20. You're not tied to anything after your purchase.