Budendeling van sides + cursus + handboek in 1 document. Doorloop alles rustig en zorg dat je het begrijpt. Geschreven in puntjes MET voorbeelden.
Ik behaalde een 16/20. Jij kan dat ook!
- Wat?
o Studie van taal als algemeen menselijk verschijnsel.
▪ Wat is ‘taal‘ ?
o Expliciteren van grammaticale regels van taal:
▪ Universele regels
▪ Taalspecifieke regels (m.b. Nederlands).
o Grammatica = onbewuste kennis die mensen hebben over taal
▪ Het is kennis van een abstract systeem
▪ Talen hebben een bepaalde structuur = universalia
- Blootleggen van
o Universele grammatica
▪ Principes, eigenschappen die vastliggen voor alle talen
o Taalspecifieke grammatica
▪ Parameters, eigenschappen die per taal kunnen verschillen
1
Linguïstiek
,TAAL en TAALVERMOGEN
2. Soorten taal
Cursus p 20-32
2.1. Menselijke taal
2.1.1. Algemene kenmerken
1) Creatief
- Mensen kunnen (met beperkte set van regels):
o hun woordenschat aanpassen
o steeds nieuwe (mogelijk unieke) zinnen maken
- Veel variatie mogelijk :
o In zinslengte (is theoretisch oneindig)
o In woordgebruik: afhankelijk van onderwerp/situatie, ander jargon
Voorbeeld:
Wetteksten bestaan doorgaans uit zeer lange zinnen die moeilijk te vatten zijn.
2) Interactief
- Taal is het communicatiemiddel bij uitstek!
- Taal is sociaal materiaal waarin we
o Cultuur vormgeven
o Maatschappij organiseren.
- Taal is een sociaal gebeuren:
o Wisselwerking: actie – reactie
▪ Onderzoek: glimlachende moeder als reactie op
baby-gebrabbel
▪ Resultaat: baby leert sneller en beter praten
o Afstemmen taal op gesprekspartner
2
Linguïstiek
, 3) Spontaan
- Geen directe aanleiding of stimulus nodig
- Op elk moment over van alles en nog wat praten
- Onafhankelijk van ‘hier en nu’
- ‘taal’ is ook spontaan ontstaan en niet gemaakt!
4) Willekeurig
- Er is een arbitraire relatie tussen vorm en betekenis
o geen logisch verband tussen vorm en betekenis.
o Verband wordt geleerd: is ‘vis’ (of ‘poisson’ of ‘fish’ of…).
- Deze relatie is conventioneel
o Impliciete afspraak tussen sprekers van dezelfde taal
o Bv: ‘noord’
▪ Klankpatroon geen relatie met betekenis ‘aangeduide
windrichting’
- Uitzondering: onomatopeeën of klanknabootsende woorden
o Bv.: ‘kukeleku’, ‘niezen‘ en ‘tsjilpen’
o Bv.: link met andere talen: 'coockadoodledoo' (Engels)
en 'kukuriku' (Russisch)
- Waar de vorm de betekenis weerspiegelt
- Uitzondering: gebarentaal
o De vorm van een relatief groot aantal woorden is niet arbitrair,
ongeveer 1/3 van de gebaren is iconisch (en 2/3 willekeurig).
- Verscheidene onomatopeeën zijn ook in de volwassentaal in gebruik
Conventioneel
- Taal behoort niet toe tot één individu
- Betekenissen kunnen niet zomaar gewijzigd
‘Wat is vermenigschuldigen?’ dorst Alice te zeggen, ‘daar heb ik nog
nooit van gehoord.’ De Griffioen stak zijn poten in de lucht van
verbazing. ‘Nog nooit gehoord van vermenigschuldigen,’ riep hij uit, ‘je
weet wat menig is en je weet wat schuldig is, denk ik’. ‘Ja’, zei Alice
weifelden, ‘menig is veel en schuldig ben je als je iets gedaan hebt dat
niet mag.’ ‘Nou’, ging de Griffioen verder, ‘als je dan nog niet weet wat
vermeingschuldigen is, dan ben je wel heel dom.’
3
Linguïstiek
, 4 kenmerken → universalia = kenmerk van alle talen
Maken deel uit va de competence van de taalgebruiker
o Competence = taalkennis of taalvermogen → wat iemand weet
▪ Complex in kaart te brengen, want deels onbewust en
uitgebreid → wat is universeel en wat is taalspecifiek?
▪ Impliceert grammatica = set van regels over
• Fonologie
• morfosyntaxis
• semantiek.
▪ Competence → universeel + taalspecifiek
o Performance = taalgebruik in bepaalde situatie → wat we zien
▪ Zichtbaar in
• Versprekingen
• Gekozen registers
• Ellipsen = onvolledige zin = zin waarin of het onderwerp, of de
persoonsvorm, of beide ontbreken en die geen beknopte bijzin,
zin in de gebiedende wijs of een samengetrokken zin is
(1) (Wanneer kun je me dat laten weten?) Morgen.
('morgen kan ik je dat laten weten')
(2) (Wie heeft je daarmee geholpen?) Mijn broer.
('mijn broer heeft me daarmee geholpen')
2.1.2. Gesproken en geschreven taal
Ppt 1 – slide 20/75
Gesproken taal Geschreven taal
Doel Uitwisselen van ideeën
Vorm - klanken - geen letters/tekens
- vaak interactief - verschillende systemen
- vaak individueel
Tijd(sduur) - snel - traag
- vergankelijk - blijvend
Metalinguïstische Idee krijgt impulsief vorm Idee vormgeven vraagt meer
processen - planning
- organisatie
Leerproces - impliciet - expliciet
- spontaan - school
Ontstaan Miljoenen jaren geleden ‘vrij’ recent met spijkerschrift bij
met homosapiens Egyptenaren
4
Linguïstiek
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller studentlogopedie99. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.24. You're not tied to anything after your purchase.