Toets Thema 7
Burgerschap
Vluchtelingenbeleid
Begrippen:
- Vreemdeling: in Nederland zonder de Nederlandse nationaliteit.
- Asielzoeker: vraagt aan Nederland om erkent te worden als vluchteling zodat degene
onderdak kan vinden.
- Vluchteling: heeft de erkenning als vluchteling van Nederland gekregen.
- Illegaal: niet toegestaan in Nederland, niet toegekend als vluchteling.
Wie bemoeien zich met vluchtelingen?
1. Overheid -> maakt het beleid, wie mag er blijven en wie niet.
2. IND -> immigratie naturalisatie dienst, voert beleid uit, beslist.
3. COA -> centraal opvang asielzoekers, regelt het onderdak.
4. Vluchtelingenwerk -> voornamelijk vrijwilligers.
5. Vreemdelingenpolitie -> afdeling politie die zich bezig houd met vluchtelingen.
Redenen:
- Verdrag van Geneve: vluchten wegens geloof, politiek, nationaliteit, ras, behoren bij een
groep.
Beslissingen:
- Verblijfsvergunning, voor bepaalde tijd.
- Geen vergunning, terug of illegaliteit.
Democratie en strijd
Links en rechts:
Links:
- Solidariteit.
- Opkomen voor kwetsbare mensen.
- Meer regels.
- Dierenrechten.
- Meer belasting (voor kwetsbare).
- Duurder.
12-16 jaar:
- Ouders + kind: ja + ja = ja.
- Ouders + kind: ja + nee = nee.
- Ouders + kind: nee + nee = nee.
- Ouders + kind: nee + ja = nee, tenzij noodzakelijk.
OTS (Onder Toezicht Stelling):
Ondertoezichtstelling is een kinderbeschermingsmaatregel in Nederland die gebruikt kan worden
wanneer kinderen probleemgedrag vertonen. Ook is ondertoezichtstelling toepasbaar als er sprake is
van ontucht, verwaarlozing, mishandeling, pedagogische onmacht van ouders en in vergelijkbare
situaties.
Hulpverlener gecertificeerde instelling raad van de kinderbescherming verzoek
kinderrechter.
Jeugdhulp vs. jeugdzorg:
Jeugdhulp: omgeving van het kind is ziek (Jeugdwet).
Jeugdzorg: kind is ziek (WGBO en Wet GGZ).
Centrum jeugd en gezin:
Consultatie bureau voor jeugdhulp.
Vragen:
1) De minderjarigheid eindigt: bij het bereiken van de 18 jarige leeftijd.
2) De WGBO: onderscheidt drie leeftijdsgroepen van minderjarigen.
3) Ouders kunnen het ouderlijk gezag verliezen in een acute situatie. Hoe wordt dit verlies van het
ouderlijk gezag dan genoemd? voorlopige voogdij.
4) Beoordeel onderstaande uitspraken;
I. Een voogd is altijd een van de ouders van het minderjarige kind.
II. Een voogd heeft het ouderlijk gezag.
- I is onjuist en II is juist.
5) Volgens de WGBO: heeft een kind recht op informatie.
6) De indicatie voor vrijwillige jeugdhulp in het eigen gezin van het kind wordt vastgesteld door: het
sociale wijkteam.
7) Een Gecertificeerde Instelling (GI): voert een kinderbeschermingsmaatregel uit.
8) Wim (14 jaar) wil geen jeugdhulp meer. Zijn oudere vrienden vinden ook dat hij ermee moet
stoppen en stimuleren hem daartoe. De ouders die het ouderlijk gezag bezitten, willen wel doorgaan
met jeugdhulp in het eigen gezin. Wat moeten de ouders nu doen? De GI vragen dat zij een
machtiging tot plaatsing in een gesloten accommodatie verzoeken aan de kinderrechter.
9) De jeugdhulpverlener wil de ouders -die het ouderlijk gezag uitoefenen van een jeugdige van 16
jaar- geen inzage in zijn dossier geven. De jeugdige maakt tegen inzage van zijn ouders bezwaar. Mag
de jeugdhulpverlener de inzage weigeren volgens de Jeugdwet? Ja, de jeugdige is immers 16 jaar of
ouder.
,10) In een gesloten jeugdhulpinstelling moet de jeugdhulpaanbieder volgens de Jeugdwet: sport
aanbieden.
11) Carla uit Den Haag is 2 weken zwanger. Zij wil de zwangerschap beëindigen. Zij gaat naar haar
huisarts. De huisarts biedt haar direct een overtijdbehandeling aan in zijn eigen praktijk. Mag dit
juridisch? Nee, in de huisartspraktijk mag geen overtijdbehandeling plaatsvinden.
12) Lia Fransen (18 jaar) wil een abortus provocatus na 17 weken zwangerschap. Lia heeft een
echtgenoot die het hiermee niet eens is. Zij vraagt aan jou of de abortus in Nederland mag
plaatsvinden. Wat antwoord je? ‘Het opzettelijk beëindigen van je zwangerschap is mogelijk als je
aan een aantal andere voorwaarden (ook) voldoet.’
13) Tea is 16 jaar en wil een abortus provocatus. Is ook toestemming van haar ouders vereist? Nee,
omdat Thea tussen de 16 en 18 jaar oud is.
14) In Nederland mag een zogenaamde ‘late zwangerschapsafbreking’ (na 24 weken zwangerschap):
Plaatsvinden onder strengere voorwaarden dan bij een zwangerschapsafbreking met een kortere
zwangerschapsduur.
15) Wat is een zogenaamde ‘categorie 1-zwangerschapsafbreking’?: late zwangerschapsafbreking
waarbij het embryo niet levensvatbaar is.
Wetten ongeboren leven:
- Wet van strafrecht: (niet moorden).
- Wet afbreking zwangerschap: (abortuswet) (het doden van de vrucht is mogelijk).
- Embryo wet
- WAZ: 1981 (liberale wet) (tot 24 weken).
- Na 24 weken: wetboek van strafrecht.
Late zwangerschapsafbreking:
- Categorie 1: niet met het leven verenigbaar (hier zitten voorwaarden aan vast, is hieraan
voldaan dan is het niet strafbaar).
- Categorie 2: wel met het leven verenigbaar maar het kind zal een kort en zwaar leven
hebben. Juridisch gezien is dit strafbaar.
Conceptie vs geboorte
Vanaf de innesteling tot en met de 24 weken grens geldt de WAZ+WGBO (WAZ= Wet afbreking
zwangerschap)
- Vanaf 24 weken tot geboorte late zwangerschaps afbreking.
- Vanaf geboorte tot 1 jaar actieve levensbeëindiging pasgeborene.
- Vanaf 12 jaar euthanasiewet.
Zwangerschapsafbreking:
- Vrouw beslist, man word geïnformeerd.
- Dokter moet het eens zijn.
- Feitelijk is het 22 weken oude vrucht voor abortus, dit omdat de vrucht ouder of jonger kan
zijn.
- 20 weken SEO.
- Abortus heeft een bedenktijd.
Late zwangerschapsafbreking:
- Categorie 1: niet levensvatbaar toetsing nadien.
- Categorie 2: Kind krijgt lijdensweg tegemoet (ernstige lichamelijk afwijkingen) Toetsing
achteraf.
- Toetsing is het bekijken of de zwangerschapsafbreking juist is gedaan, de juiste keuze
geweest.
- Oordeel door jurist, ethicus en arts.
, WMO:
- Burgers kunnen functioneren in de samenleving.
- Vrouw word bedreigd door echtgenoot/vriend vrouw gaat naar vrouwenopvang.
- Huishoudelijke zorg.
- Mantelzorgers ondersteunen.
- Verslaafden.
WMO:
- Algemene voorzieningen: inloopspreekuur, koffiemiddag in buurthuis.
- Maatwerkvoorzieningen: aanmelden bij bureau keukentafelgesprekken, in eigen
woonomgeving beoordelen.
Voedingsleer
Verpleegkundige begeleiding bij borstvoeding: in verschillende zorgsetting.
1. Wat is het beste moment om de neonaat (nieuw geborene) voor het eerst aan de borst
te leggen? Zo snel mogelijk.
2. Wat is de toeschietreflex en waarom is die zo belangrijk? Dat is het mechanisme waarbij
de melkklieren gaan werken en het kind kan drinken. Dit gebeurd al wanneer het kind
huilt of wanneer de moeder aan het kind denkt. Dit is belangrijk om de melkproductie op
gang te houden.
3. Wat is colostrum? Is het eerste melk wat uit de borst komt, dit kan erg dik zijn zoals
appelmoes en geel van kleur. Dit ‘kan’ een week of 3 duren. Maar kan ook na 2 dagen
weg zijn. Hier zitten erg veel antistoffen in wat een goede bescherming is voor het kind.
4. Wat is voor melk? Dit is heel erg waterig en zitten veel mineralen in. Dit kan lichtblauw
van kleur zijn.
5. Wat is midden melk? Dit is de gewone melk (en voeding) zoals we die allemaal kennen.
6. Wat is achter melk? Dit is puur vet. Hier zit een schuimlaag op (een soort crème laag). Dit
is ontzettend gezond. Hierdoor zijn baby’s veel langer verzadigd.
7. Hoeveel voedingen krijgt een pasgeborene minimaal? Minimaal 6 keer per dag.
Meconium:
Dit is de eerste ontlasting die de baby in de buik heeft gevormd door het drinken van het vruchtwater
waar vlokken in zitten. Het word een soort bal, harde massa. Dit is stopverf van kleur.
Waarom moet je vaak wisselen met borstvoeding geven?
Ter preventie. Als je niet vaak genoeg wisselt is de kans groot dat je kloven krijgt of andere
vervelende dingen. Je kan het kind liggend, zittend of in rugby houding voeden. Baby’s zuigen niet
maar melken. Ze rollen met hun tong als het ware onder/langs de tepel waardoor de melk los komt.
Hierdoor word iedere keer een ander stukje van de borst goed leeggedronken. Waar de kin van het
kind ligt, daar wordt het deel van de borst volledig leeg gedronken.
Baby aanleggen:
- Hoofd niet gedraaid
- Neus vrij
- Buik tegen buik
- Hele tepel goed in de mond (geen puntje)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Stanja. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.86. You're not tied to anything after your purchase.