100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting - Groepsdynamica (Boeken: 'Gedrag in organisaties' en 'Sociale psychologie') $3.23   Add to cart

Summary

Samenvatting - Groepsdynamica (Boeken: 'Gedrag in organisaties' en 'Sociale psychologie')

28 reviews
 1159 views  79 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Volledige samenvatting van de leerstof uit het boek 'Gedrag in organisaties' EN 'Sociale Psychologie' voor het vak 'Groepsdynamica'. Hoofdstuk 3 bevat dus stof uit twee boeken! D.m.v. deze samenvatting een 8.4 behaald voor het tentamen.

Preview 4 out of 17  pages

  • No
  • Hoofdstuk 3, 4.5, 4.8, 6.8, 10.7 t/m 10.11
  • August 25, 2014
  • 17
  • 2013/2014
  • Summary

28  reviews

review-writer-avatar

By: oktai09 • 6 year ago

review-writer-avatar

By: chayil082008 • 6 year ago

review-writer-avatar

By: alanurkursun • 6 year ago

review-writer-avatar

By: Westenburgerweg426 • 7 year ago

Translated by Google

Nice summary

review-writer-avatar

By: imaneana • 7 year ago

review-writer-avatar

By: emilijamiceikaitė • 7 year ago

review-writer-avatar

By: elise98 • 7 year ago

Show more reviews  
avatar-seller

Available practice questions

Flashcards 39 Flashcards
$3.23 2 sales

Some examples from this set of practice questions

1.

Wanneer is een groep een groep

Answer: Interactie tussen 2 of meerdere personen, gezamelijk doel, wederzijdse afhankelijkheid en het gevoel een groep te zijn

2.

Noem de 5 structurele kenmerken

Answer: Inbreng, invloed en status, Groepsrollen, affectieve relaties en groepsnormen

3.

Wat is de evolutionaire en biologische fuctie van een groep?

Answer: Leven in groepen biedt bescherming en mogelijkheden tot voortplanting.

4.

Wat is de psychologische functie van een groep?

Answer: Leven in groepen voldoet aan behoeften van mensen, zoals informatie, sociale steun, status en identiteit

5.

Wat is de cognitieve functie van een groep?

Answer: Leven in groepen maakt het bereiken van collectieve doelen mogelijk

6.

Noem de 5 fase van het 5 fase model

Answer: 1. orientatiefase 2. Conflictfase 3. Stabilisatiefase 4. prestatiefase 5. beindigingsfase

7.

Wat doe je in de orientatiefase? En noem een voorbeeld met een project.

Answer: Kennismaken, aftasten, bekend worden met inhoud, werkwijze en doel van groep. vb Hoe zien de lessen eruit? - Hoe ziet de projectgroep eruit? - Wat wordt er van mij verwacht? - Kan ik aan deze verwachtingen voldoen? - Hoe ga ik het aanpakken?

8.

Hoe ziet de conflictfase eruit en noem een voorbeeld

Answer: Onderlinge tegenstellingen, machtsverdeling en verdeling verantwoordelijkheden. - Welke afspraken?( startdocument) - Wie heeft er macht en invloed? - Waar ligt de controle of sturing van wat we doen?

9.

Hoe ziet de stabilisatiefase eruit en noem een voorbeeld

Answer: Onderlinge, persoonlijke verhoudingen / onderlinge betrokkenheid worden duidelijk Hoe gaan we met elkaar om? - Hoe nemen de besluiten? - Hoe pakken we de zaken aan?

10.

Hoe ziet de prestatiefase eruit en noem een voorbeeld

Answer: Aan de slag met de taak, nog steeds veel aandacht voor onderlinge relaties - Hoe open is deze groep? Hoeveel ruimte is er voor iedereen? - Wat kunnen we als groep; hoe slagvaardig is de groep?

Hogeschool van Amsterdam
Maatschappij en Recht




Samenvatting
Groepsdynamica




Titel Gedrag in organisaties Titel Sociale psychologie
Auteurs Ablas, G. & Wijsman, E. Auteurs Aronson, E., Wilson, T. & Akert, M.
Druk 6e druk (2013) Druk 7e druk (2011)
Uitgever Noordhoff Uitgevers bv Uitgever Pearson Benelux
ISBN 978-90-01-81626-1 ISBN 978-90-430-1984-2

Student Janine Cornelissen
Studie Toegepaste Psychologie VT (2013-2014)
School Hogeschool van Amsterdam

,INHOUDSOPGAVE

Hoofdstuk III: Groepen in organisaties ............................................................................................................................... 3
Paragraaf 3.1: Het begrip groep ............................................................................................................................3
Paragraaf 3.3: Soorten groepen in organisaties .....................................................................................................3
Paragraaf 3.4: Functies van groepen .....................................................................................................................4
Paragraaf 3.5: Sociale beïnvloeding in groepen .....................................................................................................4
Paragraaf 3.6: Fasen in de groepsontwikkeling ......................................................................................................5
Paragraaf 3.7: Structurele kenmerken van groepen ...............................................................................................6
Hoofdstuk IV: Doelmatig samenwerken en overleggen ...................................................................................................... 9
Paragraaf 4.5: Voor- en nadelen van een groepsaanpak ........................................................................................9
Paragraaf 4.8: Verbeteren van het overleg in een groep ........................................................................................9
Hoofdstuk VI: Macht en leiding ........................................................................................................................................ 12
Paragraaf 6.8: Effectief leidinggeven .................................................................................................................... 12
Hoofdstuk X: Stress en conflicten ..................................................................................................................................... 15
Paragraaf 10.7: Conflicten op het werk ................................................................................................................ 15
Paragraaf 10.8: Conflicthantering ........................................................................................................................ 15
Paragraaf 10.9: Condities die van invloed zijn op de vorm van conflicthantering ................................................... 16
Paragraaf 10.10: Escalatie van conflicten ............................................................................................................. 16
Paragraaf 10.11: Conflictmanagement ................................................................................................................. 16

,HOOFDSTUK III: GROEPEN IN ORGANISATIES

PARAGRAAF 3.1: HET BEGRIP GROEP

In de psychologie is een groep meer dan een willekeurige verzameling mensen die in elkaars nabijheid verkeren. Er is pas sprake van
een groep als er wordt voldaan aan de volgende vier voorwaarden:
 Directe interactie: tussen twee of meerdere mensen
 Gemeenschappelijke doelen
 Wederzijdse afhankelijkheid
 Groepsgevoel: in hetzelfde ‘schuitje’ zitten

PARAGRAAF 3.3: SOORTEN GROEPEN IN ORGANISATIES

In organisaties zijn verschillende soorten groepen te onderscheiden, namelijk de volgende twee:
1. Formele groepen
2. Informele groepen

1. Formele groepen
Formele groepen zijn groepen die onderdeel vormen van de structuur van de organisatie. Ook de formele groepen kunnen weer
onderverdeeld worden in drie verschillende vormen van groepen:
 Bestuurlijke groepen: deze groepen richten zich op de doelen, strategieën, inrichting en besturing van de organisatie. Zij
zorgen ook dat de organisatieproblemen worden aangepakt
 Uitvoerende groepen: we spreken van deze groep als er in teamverband uitvoerende werkzaamheden worden verricht. Een
voorbeeld hiervan is een administratie-afdeling. Deze groep is een mengvorm van bestuurlijke- en uitvoerende groepen
 Virtuele groepen: door Het Nieuwe Werken zijn werknemers minder in elkaars buurt en communiceren ze met elkaar via
elektronische wegen. Er wordt dan ook weinig face-to-face gecommuniceerd
 Zelfsturende groepen: deze groepen hebben naast uitvoerende taken ook plannende en controlerende taken. Dit zorgt
ervoor dat teams moeten overleggen.

Door de invoering van deze zelfsturende groepen kan de volgende drie redenen hebben, namelijk:
1. Kwaliteit van arbeid verhogen: door werknemers meer taken en verantwoordelijkheid te geven, wordt de kwaliteit van het
werk verhoogd. Dit hangt samen met het JCM-model
2. Klantgerichter werken: ze kunnen dan beter inspringen op de wensen van klanten
3. Flexibiliteit verhogen: door flexibiliteit te verhogen kan men sneller reageren op veranderingen op wens van de klant

Ondanks de verschillende uitgangspunten om met zelfsturende teams te gaan werken, hebben deze teams een drietal
gemeenschappelijke kenmerken, namelijk:
 Taken zowel uitvoerend als controlerend
 Zo min mogelijk zaken van bovenaf (directie) vastgelegd
 Thuisbasis voor de groepsleden: zodat er sociaal contact mogelijk is. Daarvan is een beperkte groepsgrootte van belang

2. Informele groepen
In een organisatie bestaan ook informele groepen: groepen die zich spontaan ontwikkelen. Te denken valt aan groepen die zich op
grond van vriendschappen of bepaalde gemeenschappelijke activiteiten ontwikkelen.

De verschillende groepen die er in een organisatie te onderscheiden zijn staan in de onderstaande tabel:

Formele groepen Informele groepen
Bestuurlijke groepen Spontane groepen
Uitvoerende groepen Belangengroepen
Virtuele groepen
Zelfsturende groepen

, PARAGRAAF 3.4: FUNCTIES VAN GROEPEN

Mensen brengen een groot deel van hun leven in groepsverband door, omdat groepen voor hen drie verschillende functies hebben:
1. Evolutionaire en biologische functie: groepen bieden het individu bescherming in gevaarlijke situaties en bieden de
mogelijkheid tot voortplanting
2. Psychologische functie: mensen hebben behoefte aan contact met andere mensen om het gevoel te krijgen ergens bij te
horen en als lid van de groep of samenleving gewaardeerd te worden
3. Cognitieve functie: mensen kunnen met elkaar meer presteren dan afzonderlijk

1. Evolutionaire en biologische functie
Door in groepsverband te leven, kon men zich beter weren tegen de bedreigingen en daardoor ook beter zorgen voor de overleving
van de eigen soort. Volgende de evolutietheorie van Darwin is er bij levende organismen sprake van een natuurlijke selectie: levende
organismen die over eigenschappen beschikken die hun voortbestaan beter waarborgen, geven die eigenschappen door aan hun
volgende generaties. Op die manier heeft het ook een biologische functie.

2. Psychologische functie
Mensen leven in groepen omdat daardoor een aantal psychologische behoeften bevredigd kunnen worden. Het gaat hierbij aan drie
soorten behoeften, namelijk de volgende:
 Sociale steun: deze bestaat uit emotionele steun (meegevoel en zorgen voor de ander), advies en hulp (raad en bijstand) en
positieve feedback (waardering voor gedrag en kwaliteiten van een ander). Mensen die op hun werk sociale steun ontvangen
van collega’s, zullen minder snel gestrest zijn
 Identiteit en status: het lidmaatschap van een groep kan iemand identiteit en status verschaffen, als iemand vraagt wie
iemand is dan kan hij antwoorden met ‘ik behoor tot de klas 106’. Het gedeelte die iemand aan zijn sociale omgeving
ontleent, wordt ook wel sociale identiteit genoemd
 Informatie: gebeurtenissen in een organisatie zijn voor meerdere uitleg vatbaar. De groep is daarom ook een belangrijke
bron van informatie. Daarbij kan een groep ook de kijk bepalen op een organisatie. Een aantal opvattingen heeft ook direct
consequenties voor het gedrag van de werknemers

3. Cognitieve functie
Mensen hebben anderen nodig om doelen te bereiken die ze moeilijk in hun eentje kunnen bereiken. Als de behoefte om eenzelfde
doel te bereiken bij meer mensen aanwezig is, is er sprake van een collectieve behoefte. Diverse collectieve behoeften kunnen aan
groepsvorming ten grondslag liggen.

Men bepaalt of hij in een groep blijft of niet door te kijken naar onder andere de sfeer, plezier aan activiteiten en succes. Mensen
kunnen dus diverse cognitieve overwegingen hebben om lid van een groep te worden of juist lid van een groep te blijven (of niet).

PARAGRAAF 3.5: SOCIALE BEÏNVLOEDING IN GROEPEN

Groepsleden beïnvloeden elkaars opvattingen en gedragingen, er is dan sprake van sociale beïnvloeding. Om lid van een groep te
blijven, moet iemand zich soms conformeren aan de groep. Dat wordt duidelijk als de groep wordt geconfronteerd met iemand met
afwijkend gedrag (ofwel deviantie).

Actieve en passieve beïnvloeding
Zoals net al verteld beïnvloeden groepsleden elkaars opvattingen en gedragingen. Er vindt dan sociale beïnvloeding plaats, waardoor
na een tijdje een bepaalde mate van overeenstemming wordt bereikt over bijvoorbeeld doelen van de groep, de opvattingen die
binnen een groep gelden en de manier waarop de leden zich moeten gedragen in de groep.

Sociale beïnvloeding kan op twee manieren voorkomen, namelijk:
 Actieve beïnvloeding: dit is een vorm van bewust invloed uitoefenen op iets of iemand. Voorbeeld: iemand wil de groep
overtuigen van een bepaalde mening
 Passieve beïnvloeding: er vindt beïnvloeding plaats, zonder dat dit de bedoeling is van de groepsleden. Het is onbewuste
beïnvloeding

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller xJaninnn. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling

Recently viewed by you


$3.23  79x  sold
  • (28)
  Add to cart