gCommunicatiewetenschappen 1
OP EEN EXAMEN NOOIT EEN DATUM WEL DE EEUWEN
Les 1: Inleiding
Opzet en uitgangspunten
Communicatie wetenschappen = Mickey Mouse wetenschappen
Ze zeggen dat het geen echte wetenschap is, iedereen communiceert toch?, effemeren=
kortstondig/ dingen aan de marche, container discipline. Moral panics; waan van de dag: je
focust op de media kortstondig.
Tabel 2013: Slapen en rusten stond toen op 1 en media op 2 maar bij de nieuwe cijfers (2022)
gaat media op 1 staan. Media gebruik en vaak in sfeer van onstpanning sws super hoog.
Al die kritieken zijn belachelijk want mediasering = in alle lagen van de bevolking wordt media
belangrijker en belangrijker. Bv. sexting van BV’s (Sean, Stan..) interessant voor ons om te
bekijken. Heeft te maken met psychologie en maatschappelijke vraagstukken en zo veel meer.
Materieel aspect= kan je vast nemen. bv. Media bedrijven, usb stick,.. <-> idieeële component
= media boodschappen, kan je niet vast nemen. Deze twee verhouden zich op een zeer
complexe manier.
Mickey mouse en het bedrijf er rond, wat kan je daar rond bestuderen?
- De invloed die Mickey Mouse heeft op kinderen van 6-12 jarigen? , Hoe bepaalde normen en
waarden via die cartoons worden overgebracht?
- De woordenschat die kinderen bijleren door de cartoons
- Historisch estetisch onderzoek: waarom is die cartoon zo geëovuleerd?, er zijn hier bv
onderzoeken gedaan over winni de phooh was een britse creatie ma dan opgekocht door
amerikaans bedrijf is de cartoon fel veranderd veel meer algemener gemaakt om zo meer
mensen aan te trekken.
- Hoe vroeger deze cartoons werden gebruikt voor politieke propaganda, hoe populaire
cultuur wordt ingezet in politieke processen?
- Meer inzoomen op de walt disney company, kan zich op mondiaal niveau blijven handhaven
en zo kijken wat dat te weeg maakt in ons media ecologisch systeem.
- Representatie: hoe worden de cartoons afgebeeld? Bv. jommeke wordt beschuldigd van
conservatief te zijn
- Tekening mickey mouse en mcdonlads hand in hand met een vietnamees meisje: hier licht
een onderliggende boodschap. Ze drukken uit dat in die Vietnam oorlog de amerikanen
waren om de vietnamezen te helpen.
- De culturel study’s
Conlusie: Communicatiewetenschappen is een diverse wetenschappen die ten dele
gefragmenteerd is. Verschillende deeldomeinen die soms wat minder met elkaar
communiceren. Vaak ook nog in samenwerking met andere disciplines (interdisciplinair) en ook
nog een erg jonge wetenschappen. Het is ook heel dynamisch en gezien de mediadisering van
de maatschappij een groeiende wetenschappen.
, Les 2: Rode draden
1. Kennis in vogelvlucht
Tour d’horizon-> we bekijken alles in vogelvlucht. Focus ligt op massacommunicatie.
2. Klemtoon op mediacommunicatie
a. Communicatie via een technologisch medium
i. Massacommunicatie
ii. Gemedieerde communicatie: : tussenkomst van een medium. Wilt niet zeggen
dat we geloven dat technologie overal moet aanwezig zijn
b. In het licht van mediatisering van de maatschappij
c. Niet de interpersonele face-to-face communicatie
d. Let op voor technologisch determinisme: geloof dat techonologie onafhaneklijk
opereerd van het individu en ook niet zo zeer beïnvloed door politiek enz. Die technologie
heft een eigen wil en worden ook ervaren als de motor van sociale verandering. Het
internet veranderd alles.
3. Multi- en interdisciplinariteit
Inzichten uit andere richtingen (zie vorige les)
4. Belang van maatschappelijke en historische context
Context zegt vaak iets over dat denken van die tijd. Heeft te maken met dat achterliggend
mens en maatschappijbeeld. De frankfurther Schule: auteurs zijn joden die in Frankfurt
onderzoek deden in de Jaren 30: geen gunstige periode voor joden dan daar, propaganda,
nazi.. Ze emigreren dan naar de VS in de Jaren 50: opkomst van reclame, manipuleren. Hun
ervaring met media is dus zeer pessimistisch.
5. Wetenschappelijke en kritische benadering
BEGIN ECHTE LEERSTOF
Paradigmatische strijd en theoretische diversiteit
WAP: Wat is dit in termen van wat je ziet: Lied over vrouwelijke seksualtieit, whet ass pussy,
uitdagend dansje met seksuele bewegingen (vrij expleciet).
Wat denk je als je dit ziet: leidt tot negatieve zelfbeeld, neigt al naar porno, Inhoudsloos.
Feminisme, mannen kunnen dit wel doen en vrouwen ineens een drama, Haalt ook bepaalde
zaken uit de taboe sfeer. Die controverse is goed voor het kapitalisme.
Zeer verschillende apreciatie kaders om naar dingen te kijken. Brengt ons dichterbij
het begrip van paradigma
Foto: Jonge vrouw of zie je heks: Zo zie je dat mensen naar hetzelfde kijken maar andere
dingen belichten. Soms bestuderen we zelfde dingen maar vanuit andere denkkaders/
perspectieven.
Brengt ons bij begrip paradigma
Paradigma
Thomas S. Kuhn: the structure of scientific revolutions (1962) is verbonden met de term
paradigma. Kuhn focuste zich vooral de exacte wetenschappen.
Paradigma= +/- universeel gedeeld model van wat onderzocht is, welke vragen
essentieel zijn, hoe deze aan te pakken en te interpreteren. Gedeelde
wereldbeschouwing.
!!Kennis door middel van breuken (meer die exacte wetenschappen)
, Normale wetenschap Puzzle-solving Paradigma Anomalie Crisis
Revolutie ‘nieuw’ paradigma / normale wetenschap / puzzle solving …
Bv. Gemeenschap van onderzoekers gaan aan puzzle solving doen, draagt bij aan de inhoud
van dat paradigma. Maar volgens Kuhn komen er ineens anomalieën (problemen, gaten) de
verwachtingen die er heersen worden tegengesproken. Dan komt er een crisis en gebeurt er
een revolutie tot een ‘nieuw’ paradigma en zo beginnen we opnieuw.
Wetenschappelijke revoluties volgens Kuhn – wordt paradigm shift genoemd.
Volgens kuhn gaat wetenschap, in tegenstelling tot wat vaak gedacht wordt, niet stap voor
stap worden opgebouwd maar ontwikkelt zich op vlak van breuken. We hebben perioden
waarin een bepaald paradigma centraal staat, in de fysica vb. Dat is de periode van de
normale wetenschap. Daar heerst een bepaald paradigma, vanuit die wereldbeschouwing
gaat men fysicaproblemen aanpakken en aan puzzle solving doen. Verschillende fysici
lanceren onderzoeken volgens die heersende theoretische kaders en die heersende
methode die courant is in de discipline fysica.
Kuhn zegt dat dit decennia kan bestrijken. Op een bepaald moment gaat dat proces een
aantal eigenaardigheden met zich meebrengen. We hebben verwachtingen die niet worden
ingelost. Er treden anomalieën op, gaten die met het huidige theoretische kader niet
opgelost raken. Die anomalieën stapelen zich op wat betekent dat het heersende paradigma
in een crisis verzeilt. De manier waarop fysici de dingen deden, de methodes die ze
gebruikten of de theoretische kaders die ze hanteerden om hun onderzoek mee vorm te
geven gaat niet tot antwoorden leiden. Er is iets mis met het paradigma. Dat biedt volgens
kuhn de opening voor andere paradigma’s, wereldbeschouwingen en modellen om het
heersende paradigma aan te gaan vechten.
Er gaan onderzoeken naar boven komen die dingen op een heel andere manier doen. Er
komt een soort van strijd tussen paradigma’s. Als het ene paradigma erin slaagt het ene
paradigma te weerleggen spreken we van een paradigmashift. Wetenschappelijke revolutie
= paradigm shift. Na die revolutie zal dat nieuwe paradigma dominant worden en spreken
we van een normale wetenschap. Tot er weer een shift komt en er weer een nieuwe
paradigma dominant wordt.
Paradigm shift
Vb. Copernicaanse revolutie: geloof dat het centrum de aarde is en dan gaan we naar de zon
als centrum van de aarde.
Incommensurabiliteit van paradigma’s : In exacte wetenschappen kunnen paradigma’s
niet naast elkaar staan in de sociale wetenschappen ligt dat wat anders. Wel vaak dominante
paradigma’s/ bepaalde wereldbeschouwing maar andere paradigma’s waar andere vragen
gesteld worden kunnen tegelijkertijd bestaan. Deze komen vaak in conflict met elkaar. Er is
dus geen incommensurabiliteit in de sociale wetenschappen. Sociale wetenschappen:
paradigma’s kunnen naast elkaar bestaan! Niet-lineaire ontwikkelingen binnen sociale
wetenschappen.
Mainstream paradigma in de communicatiewetenschappen
Komt op na WO II en heeft een Noord-Amerikaanse hegemonie/ dominantie. En dat is ook
begrijpelijk omdat ons startpunt voor sociaal wetenschappelijk onderzoek staan heel sterk in
de VS. Massamedia staat zeer sterk in de VS. De grote persagentschappen zijn Amerikaans,
Radio zeer sterk in de VS, Film ook -> Hollywood. En ook op vlak van Sociaal -
, wetenschappelijk onderzoek staat VS zeer sterk in. Er wordt gigantisch veel geïnvesteerd in
de VS naar Sociaal-wetenschappelijk onderzoek. Maar dan komt er een groeiende bipolaire
globale context; Het Westen en heel veel andere landen die
Perspectief:
Wat is het achterliggende perspectief om media in de samenleving? Men gaat er van uit dat
media en zeker de massamedia erg machtig en krachtig zijn. We zien bijvoorbeeld
propaganda en zijn kracht (kijk maar naar hitler). Men gelooft heel sterk dat als mensen
kijken naar propagandafilms ze daar sterk door beïnvloed zullen worden. Mensen worden
sterk beïnvloed door propaganda in films of op de radio maar ook als een politieker een
speech geeft zal het publiek sterk beïnvloed worden. De idee van machtige massamedia.
Tweede element die dat die wereldbeschouwing ook de wetenschappelijke
wereldbeschouwing mee zal voeden is het normatief mens en maatschappijbeeld dat
dominant is in de vs. Dit is een pluraal liberalistisch maatschappijbeeld. Waar staan wij voor
als vs? Hoe wordt de samenleving het best georganiseerd? Op basis van principes als
democratie, liberalisme en pluralisme. Wat is het centrale idee? De wetgevende macht,
uitvoerende macht, rechterlijke macht en eventueel de media als vierde macht. Een soort
waakhond op de drie andere machten. Het centrale idee van een liberale constatatie = dat er
een parlement bestaat waar verschillende groepen in zitten met verschillende visies die
hierover tegen elkaar debatteren. Een consensus-benadering. We spreken en debatteren en
maken zo een bijdrage aan de verdere ontwikkeling van de samenleving.
Heel anders dan het communisme waar er een kleine elite, een politbureau al het
beslissingsrecht heeft en stalin zowat alles heeft te zeggen over de economie en het runnen
van de samenleving. In vergelijking vinden vele daardoor het model dat de vs volgt het
ideale model om te volgen, zeker in ontwikkelingslanden.
Inspiratiebronnen:
Functionalisme (sociologie): Gaat ervan uit dat de SL een soort systeem is waar er
subsystemen in bestaan (economie, politiek,…). Die subsystemen werken op elkaar in en
werken bij tot robuustheid en de vooruitgang van het totale systeem/ van de SL. De rol van
de media hierbinnen is om onpartijdige informatie te verspreiden. Het beeld van de SL als
een ordelijk en goed georganiseerd en geïntegreerd model. Stap voor stap wordt
bijgedragen aan verdere bloei van dergelijk systeem.
Informatietheorie (Shannon & Waever) : Meer wiskunidg model. Een model om
telefonieprocsessen in kaart te brengen en dat wordt ook gebruikt voor
communicatieprocessen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller camillemarchal. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.20. You're not tied to anything after your purchase.