Bank- en financiewezen: examen juni 2020 (theorie: deel 1)
Hoofdstuk 1: De bankbalans
- Verschillende posten op bankbalans
Actiefposten
1. Vaste activa
Voor langere tijd aanwezig
Materiële vaste activa: tastbaar
Financiële vaste: vooral deelnemingen in andere ondernemingen
Oprichtingskosten en immateriële vaste activa: know-how en
reputatie
2. Effectenportefeuille
Effect = verhandelbaar instrument uitgegeven door
vennootschappen of overheid, als bewijs van kapitaalinbreng of
lening
Verzameling effecten waarin bank opbrengsten belegt (obligaties
en aandelen)
3. Kredieten
Verlenen van kredieten aan bedrijven, particulieren en overheid
4. Kasgelden
Liquide middelen om aan onmiddellijke terugvraging van
deposito’s te voldoen
Wettelijke bepalingen minimale hoeveelheid kasgelden
5. Interbankvorderingen
Bedragen die bank tegoed heeft van andere financiële
instellingen
Passiefposten
1. Eigen vermogen
Volledig en onvoorwaardelijk ter beschikking van de bank
Buffer om risico’s op te vangen
Wettelijke bepalingen minimale hoeveelheid eigen vermogen
Ratio eigen vermogen/vreemd vermogen van banken veel lager
dan ratio niet-financiële ondernemingen
2. Achtergestelde schulden
Moeten worden terugbetaald na terugbetalingen alle andere
bankschulden, voor terugbetaling van aandelen
3. Deposito’s
Geldbedragen door particulieren, ondernemingen en overheden
bij bank geplaatst: krijgen daarvoor vergoeding
Zichtdeposito’s, termijndeposito’s en spaardeposito’s
4. In schuldbewijzen belichaamde schulden
Door bank uitgegeven effecten
Kasbons en kapitalisatiebons, obligaties en depositobewijzen
5. Interbankschulden
Bedragen die bank verschuldigd is aan andere financiële
instellingen
- Vergelijking bankbalans met balans niet-financiële ondernemingen
Bestedingen (actief)
Bank: voornaamste actiefpost is verlenen van kredieten aan
bedrijven, particulieren en overheid
Gewone ondernemingen: hoofdzakelijk investeringen
Werkmiddelen (passief)
Bank: vooral deposito’s = vreemd vermogen
, Gewone ondernemingen: deels eigen vermogen en deels uit
schulden aan banken, leveranciers en/of beleggers
- Buitenbalansactiviteiten
Traditionele functie bank: fondsen verleend door spaarders omzetten in
kredieten aan ontleners
Activiteiten niet in balans
Verlenen van advies
Effectisering
Beheer beleggingsfondsen…
- Balans van verzekeringsinstellingen
Evolutie van klassieke banken naar instellingen die zowel traditionele
bankdiensten als verzekeringsdiensten verlenen
Hoofdstuk 2: Interestrekening en diverse financiële producten
- Enkelvoudige interest
I =C∗i∗n
Cn=C∗(1+i∗n)
- Samengestelde interest
n
I =C∗( u −1 ) met u=1+i
C n=C∗un
- Verband reële en schijnbare jaarlijkse interestvoet
m
i (m )
1+i=(1+ )
m
- Lineaire interpolatie
¿ X ' −X 1
Y =Y 1 + (Y −Y 1 )
X 2−X 1 2
'
¿ Y −Y 1
X =X + ( X −X 1 )
Y 2−Y 1 2
- Praktijkvoorbeelden van enkelvoudige interestberekening
1. Zichtdeposito’s
Overeenkomst tussen 2 partijen waarbij afgehaalde en gestorte
bedragen op zelfde rekening worden geboekt alleen saldo bij
afsluiten rekening opeisbaar
Gesloten in kader kredietfaciliteit: rekening mag in rood gaan
Rekening-courant voor bedrijven: rente elke 3 maanden berekend en bij
saldo gevoegd
Gewone zichtrekening voor particulieren: jaarlijkse renteberekening
2. Termijnrekening
Geld deponeren dat men gedurende bepaalde periode wil laten
renderen, zonder er gebruik van te maken: geld kan niet voor
vastgestelde termijn worden vastgehouden
Over algemeen termijn korter dan 1 jaar
Bij aanvang termijn: rentevoet voor hele duur vastgelegd
3. Spaardeposito’s
Spaargelden die zonder bepaalde termijn worden geplaatst: mogen
altijd dadelijk worden opgevraagd
Gereglementeerde spaardeposito’s: geen roerende voorheffing op
eerste schijf interesten, wanneer bepaalde voorwaarden vervuld zijn
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gilcoopmans. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.