100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
SAMENVATTING GEMEENTERECHT K1 $7.98   Add to cart

Summary

SAMENVATTING GEMEENTERECHT K1

 33 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

Alle voorgeschreven literatuur van gemeenterecht k1 is samengevat in dit document!

Preview 3 out of 20  pages

  • February 19, 2021
  • 20
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Gemeenterecht samenvatting
Week1
Reader gemeenterecht vergunningen K1 Paragraaf 1.1.1 t/m 1.1.4

H1 Gemeenterecht
1.1 Decentralisatie
Gedecentraliseerde eenheidsstaat= naast het centrale overheidsverband functioneren zelfstandige lichamen,
die wetgevende en bestuurlijke taken vervullen (is NL).
- Verkiezingen voor provinciale staten, gemeenteraden, waterschappen.
- Inrichting van decentrale overheden gestandaardiseerd door Provinciewet, Gemeentewet en
Waterschapswet. Nationale wetgever kan hun bevoegdheden eenzijdig wijzigen.
Decentralisatie, twee vormen:
1. Territoriaal= gemeenten en provincies verzorgen op hun eigen territoir wetgeving en bestuur ter
behartiging van de lokale en provinciale belangen (‘huishouding’ art. 124 Gw).
2. Functioneel= bevoegdheden tot regeling en bestuur worden toegekend aan organen van
publiekrechtelijke lichamen die op het gehele grondgebied van het Rijk op een bepaald terrein
werkzaam zijn (art. 134 Gw).
Federale staat= deelstaten functioneren op gelijke voet met het centrale gezag (is DUI).
- Deelstaten hebben krachtens Gw exclusieve bevoegdheden en zij regelen zelf hun staatsinrichting.

Twee vormen van decentralisatie: autonomie en medebewind
Autonomie= aan de besturen van de lagere rechtsgemeenschappen wordt de bevoegdheid tot regeling en het
bestuur van ‘huishouding’ van provincie en gemeente overgelaten art. 124 lid 1 Gw.
Medebewind= de lagere overheid wordt tot iets verplicht art. 124 lid 2 Gw. Er kunnen feitelijke handelingen
worden gevorderd, maar ook rechtshandelingen.
 In Provincie- en Gemeentewet sprake van > autonomie.
 Andere wetten zoals Wet ruimtelijke ordening sprake van > medebewind.

Het risico bestaat dat de organen van de lagere lichamen allerhande regels uitvaardigen en bestuurlijke
besluiten nemen die hogere regelgeving doorkruisen en belangen van het Rijk frustreren. Om dit te voorkomen
wordt er toezicht gehouden, door organen van hogere lichamen op die van lagere.
Kan op twee manieren:
1. Preventief toezichthouden= de wet eist voor bepaalde daden van lagere lichamen goedkeuring door
een orgaan van een hoger lichaam. Dit kan de zelfstandigheid van lagere lichamen ondermijnen.
2. Repressief toezichthouden= bestaat uit de mogelijkheid van vernietiging van bepaalde besluiten van
lagere lichamen door organen van hogere lichamen wegens strijdigheid van dei besluiten met het
recht of het algemeen belang.

De Awb regelt hoe dit toezicht kan worden gevestigd, en vooral op welke wijze dit moet worden uitgeoefend.
De meeste strikte vorm van toezicht is het eisen van hogere goedkeuring voor bepaalde besluiten van lagere
lichamen. De goedkeuring is dan een voorwaarde voor het in werking treden van het betrokken besluit (art.
10:25 Awb).
art. 132 lid 3 Gw= bepaalt dat besluiten van besturen van provincies en gemeenten alleen aan voorafgaand
toezicht kunnen worden onderworpen in bij of krachtens de wet te bepalen gevallen.
art. 253 Provinciewet= bepaalt dat beslissingen van provinciebesturen slecht aan goedkeuring worden
onderworpen in bij de wet bepaalde gevallen. Vb is art. 158 Provinciewet eist goedkeuring voor besluiten
van gedeputeerde staten tot het oprichten van of deelnemen in bepaalde privaatrechtelijke rechtspersonen
(Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties).
afdeling 10.2.1= regels die het orgaan dat goedkeuring moet verlenen in acht moet nemen.
art. 10:29= goedkeuring kan noch voor bepaalde tijd of onder vw worden verleend, noch worden
ingetrokken.
art. 10:30= motivering van goedkeuringsbesluit verwijst naar hetgeen in het overleg dat aan orde is gekomen
art. 10:31= termijnregeling voor goedkeuringsbesluit.




1

,Men heeft de eis van goedkeuring beperkt tot enkele categorieën van besluiten waarvan het belang bijzonder
groot is, maar daarnaast een algemene bevoegdheid van regering opgenomen om besluiten van wetgevende of
bestuurlijke aard te vernietigen wegens strijd met recht of algemeen belang (art. 132 lid 4 Gw).
Vernietigingsrecht ook in Provinciewet 261 ev en Gemeentewet 268 ev.
Ter wille van de spoed bestaat de mogelijkheid een besluit te schorsen (afdeling 10.2.3) voor een bepaalde tijd,
zodat het voorlopig buiten werking is gesteld. Gedurende deze tijd kan regering onderzoeken of er reden is tot
vernietiging van het besluit. Als het onderzoek daar aanleiding toe geeft, kan een vernietiging volgen.

Spontane vernietigingsrecht= regering kan op eigen initiatief uitoefenen om besluiten te schorsen of
vernietigen.
Er kan tegen vernietigingsbesluit beroep in worden gesteld (274a Provinciewet en 281a Gemeentewet)
geen bezwaarschrift.

Voorziening bij taakverwaarlozing
Art. 132 Gw = vorm van toezicht op provincies en gemeenten = voorziening bij taakverwaarlozing door de
besturen van provincies den gemeenten.
- Eerste volzin: in gebreke blijven van provinciale of gemeentelijke organen ten aanzien van
medebewindstaken  in de wet in een lagere regeling dient een voorziening te worden getroffen.
Art. 120-121f Pw + 123-124h Gemw  een ander orgaan staat klaar om taak over te nemen.
- Tweede volzin: 132 lid 5 Gw maakt mogelijk om bij bijzondere, formele wet af te wijken vd normale
bestuursorganisatie van een provincie of gemeente, indien het betrokken bestuur zijn taken
verwaarloost (verwaarlozing van autonome taken, medebewind niet uitgesloten).

Albers (Boek P3), paragraaf 1.2.

Wat doet het openbaar bestuur ter behartiging van het algemeen belang?
- Onderdelen van algemeen belang waar bestuur zich mee bezighoudt
 Het milieu, ruimtelijke ordening, cultuur, welzijn en recreatie.

- Op welke manier behartigt het openbaar bestuur deze belangen?
 Openbaar bestuur reguleert en stuurt met het oog op een bepaald algemeen belang onder meer
activiteiten van burgers. Vb toekennen van subsidie aan sportvereniging, want beoefenen van sport is
gericht op volksgezondheid.
 Het bestuur verricht publieke taken. Vb aanleggen en onderhouden van wegen.
 Feitelijke handeling van het bestuur. Bv brandweer, repareren van de stoep, vegen straat.

Bestuursactiviteiten:
 Gemeentebestuur (decentraal)
- Subsidie verlenen
- Bijstandsuitkering als iemand onvoldoende financiële middelen beschikt
 Provinciebestuur (decentraal)
- Toezicht uitoefenen op gemeenten
- Taken op gebied van ruimtelijke ordening
- Taken op beleidsterreinen, zoals cultuur, verkeer en vervoer
 Landelijk niveau (centraal)
- Toekennen van studiefinanciering, besluiten uitbreiding luchthavens enzv
- Verlenen van uitkeringen ogv bepaalde socialeverzekeringswetten

Autonomie art. 124 lid 1 Gw
Medebewind art. 124 lid 2 Gw




2

, Week2
Reader gemeenterecht vergunningen K1 Paragraaf 1.1.5, 1.2.1 en 1.2.5

1.1.5
Co-existentie van wetten en verordeningen
De goedkeuring van besluiten wordt slechts in uitzonderinggevallen voorgeschreven. Men moet er dus
rekening mee houden dat verordeningen van lagere organen een onderwerp regelen, dat ook in een avv van
een hoger orgaan behandeld is. Er zijn hiervoor algemene regels. Deze conflictenregels treft men aan in alle
decentralisatiewetten. Nu Gemw en Provinciewet:
1. Posterieure verordening= een lagere verordening wil een bepaald onderwerp regelen dat reeds in een
bestaande hogere regeling geregeld is.
2. Anterieure verordening= een hogere regeling regelt een onderwerp dat reeds in een lagere
verordening was voorzien.
Regeling art. 118 Provinciewet & art. 121 Gemeentewet: de bevoegdheid tot het maken van provinciale
verordeningen ten aanzien van een onderwerp, waarin door een wet of algemene maatregel van bestuur is
voorzien, blijft gehandhaafd, voor zover die verordeningen daarmee niet in strijd zijn.
 Wanneer heeft een verordening hetzelfde ow als een hogere regelgeving? Wanneer daarmee in strijd?

1.2.1
Gemeenteraad bevoegdheden
Art. 125 lid 1 Gw gemeenteraad staat aan het hoofd van de gemeente  dus de gemeenteraad moet de
belangrijkste beslissingen in de gemeente nemen (art. 127 Gw).
Uitzondering art. 176 Gemw noodverordening, die door burgemeester wordt vastgesteld.
Art. 156 Gemw raad kan besluiten om zijn verordenende bevoegdheid te delegeren, wel een
delegatieverbod voor strafbepalingen!

Bestuursbevoegdheden die niet tot de eigen ‘huishouding’ vd gemeente behoren, maar waarvan de
uitoefening door andere wetten dan de Gemeentewet wordt opgelegd, komen in beginsel niet toe aan de
gemeenteraad (art. 147 lid 3 Gemw). =medebewind. Er zijn uitzonderingen:
- Zwaardere of politiek gevoelige bestuursbeslissingen: bijv besluitvorming vestiging casino’s of
vaststelling vd grenzen van de bebouwde kom.
Belangrijke bevoegdheden gemeenteraad:
- Besluiten over bouw van een groot multifunctioneel sportcentrum
- Begroting en jaarrekening vaststellen
- Gemeentelijke belastingen invoeren/wijzigen/afschaffen.

1.2.5
Verordenende bevoegdheid
Overtreding van verordeningen 150 Pw en 154 Gemw

 De omvang van de autonome verordenende bevoegdheid
Over welke onderwerpen strekt de autonome verordenende bevoegdheid zich uit?
 Art. 145 Pw: provinciale staten maken verordeningen die zij in het belang vd provincie nodig oordelen.
 Art. 149 Gemw: verordeningen die de raad in het belang van de gemeente nodig oordeelt.
Bij beide bepalingen moet gekeken worden naar: art. 105 lid 1 Pw en 108 lid 1 Gemw: de autonome
verordenende bevoegdheid strekt zich met andere woorden uit over de provinciale respectievelijk
gemeentelijke ‘huishouding’. Provinciale staten en raad zijn niet bevoegd zich in te laten met aangelegenheden
die het provinciaal respectievelijk gemeentelijk belang niet kunnen raken. De grens (ondergrens) is
overschreden wanneer en voor zover geen enkel gemeentelijk belang in het geding kan zijn en louter de privé-
sfeer wordt getroffen.
Toetsing aan art. 145 Pw en 149 Gemw kunnen er vier vormen aan de orde komen:
1. De verdachte beroept zich erop dat de bepaling ter zake waarvan hij terechtstaat onbevoegd is
gegeven; wordt zijn beroep gehonoreerd, dan wordt de gewraakte bepaling buiten toepassing gelaten
(onverbindend verklaard) en vervalt dus de strafbaarheid, zodat verdachte van alle rechtsvervolging
wordt ontslagen.



3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Pienjanssenn. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.98. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

66579 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.98  1x  sold
  • (0)
  Add to cart