100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
samenvatting maatschappijleer Seneca hoofdstuk 3 en 6 $5.89
Add to cart

Summary

samenvatting maatschappijleer Seneca hoofdstuk 3 en 6

 42 views  1 purchase
  • Course
  • Level
  • Book

In deze samenvatting worden de hoofdstukken 3 en 6 van Seneca maatschappijleer behandeld.

Preview 2 out of 11  pages

  • No
  • Hoofdstuk 3 en 6
  • February 19, 2021
  • 11
  • 2020/2021
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
Samenvatting maatschappijleer Seneca hoofdstuk 3 en 6


3.1 macht en welzijn

Samenlevingsdilemma = een dilemma over de manier waarop mensen met elkaar samenleven in
een land.

 Hulpmiddel om samenleving te analyseren.
 Om goed samen te kunnen leven moet je keuzes maken over de inrichting van de
samenleving.
 3 waarden: 2 extreem, 1 ertussen in.
 Er zijn 4 samenlevingsdilemma’s.


Machtsdilemma

 ‘Hoeveel mensen hebben er macht?’
Links: inspraak, iedereen mag meebeslissen.

 Basisdemocratie
Midden: kiesrecht, mensen kiezen het bestuur van een samenleving.

 Iedereen mag meebeslissen wie de besluiten nemen.
 Linkse partijen: kiesrecht met veel inspraak.
 Rechtse partijen: kiesrecht met daadkracht.
Rechts: daadkracht, het snel en efficiënt nemen van besluiten.

 Inspraak niet wenselijk, er is verschil tussen mensen.
 Dictatuur bijvoorbeeld.


Welzijnsdilemma

 ‘In hoeverre mag er verschil zijn tussen mensen op het gebied van welzijn en welvaart?’
Links: bestaanszekerheid, de overheid zorgt ervoor dat mensen voldoende middelen hebben om
basisbehoeften te bevredigen. Dit is alleen bij overheid.

 Gelijkheid, overheid moet ervoor zorgen dat er geen verschillen zijn.
Midden: solidariteit, mensen moeten zelf zorgen voor inkomen, maar de overheid helpt als dat nodig
is.

Rechts: eigen verantwoordelijkheid, mensen zijn zelf verantwoordelijk voor hun welvaart en welzijn.

 Nachtwakerstaat, de overheid zorgt alleen voor veiligheid en de rest moeten mensen zelf
regelen.


3.2 cultuur en mensenrechten

Cultuurdilemma

 ‘Hoeveel cultuurverschillen mogen er zijn in een samenleving?’
 ‘moeten mensen zich houden aan de regels die de samenleving stelt of mogen ze er als
individu of groep van afwijken?’
 ‘hoeveel moeten mensen zich aanpassen aan collectieve normen?’

, Links: diversiteit, het naast elkaar leven van verschillende cultuurgroepen.

Midden: pluriformiteit, verschillende cultuurgroepen in een land gaan met elkaar in gesprek over de
verschillen.

Rechts: eenheid, het toestaan van één cultuurgroep in een land.



Mensenrechtendilemma

 ‘Hoeveel vrijheid hebben burgers?’
Veiligheidsutopie = de wens voor optimale individuele vrijheid en optimale collectieve vrijheid.

Links: orde, de overheid stelt strenge regels op en controleert hier scherp op.

Midden: vrijheid, de overheid geeft mensen rechten om in vrijheid te kunnen leven.

Rechts: orde, de overheid stelt strenge regels op en controleert hier scherp op.

- Conservatieve partijen leggen meer de nadruk op repressie= het bestraffen van misdrijven en
overtredingen met als doel vergelding of afschrikking.
- Progressieve partijen leggen meer de nadruk op preventie= het voorkomen van misdrijven en
overtredingen met als doel resocialisatie (heropvoeding).



3.3 geluk in een land

- Samenlevingsdilemma’s spelen een rol bij de inrichting van een land.
- Grofweg kun je zeggen dat wetten, instellingen en instituties de inrichting van een land
bepalen.

- Actoren moeten zich houden aan bepaalde wetten.

Wet = een geschreven gedragsregel door de overheid van een land. (artikel 1: gelijke behandeling
en verbod discriminatie)


- Instituties zorgen ervoor dat mensen weten wat er van hen verwacht wordt en hoe ze zich
moeten gedragen.

Institutie = complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag van mensen en hun
onderlinge relaties reguleren.

 Systeem van regels, zorgt ervoor dat mensen weten hoe ze zich moeten gedragen. (gelijke
behandeling man en vrouw)

- Bij wetten en instituties horen instellingen die de waarde van die wetten en instituties in de
praktijk realiseren.

Instelling = een organisatie die de waarde van wetten en instituties in de praktijk realiseert.
(rechtbank)

 Een instelling heeft een adres, een institutie niet.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller monique32. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53068 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.89  1x  sold
  • (0)
Add to cart
Added