Mijn samenvatting van het boek ontwikkelingspsychologie van Lieke Matthijsen, speciaal voor Fontys studenten gemaakt. Deze samenvatting bevat informatie over het begin van het leven tot aan de adolescentie.
Samenvatting ontwikkelingspsychologie deel 1
Hoofdstuk 3 - Het begin van het leven (0-2 jaar)
De prenatale periode bestaat uit drie stadia: het germinale, het embryonale en het foetale stadium.
Germinale stadium (bevruchting tot 2 weken)
Methodische celdeling, Zygote
Embryonale stadium (2 tot 8 weken)
Embryo ontwikkelt 3 lagen: ectoderm, endoderm, mesoderm. Na 8 weken 2,5 cm lang.
Foetale stadium (8 weken tot geboorte)
Foetus, differentiatie belangrijkste organen
Bedreiging voor de ontwikkeling:
Teratogene effect – omgevingsfactor die leidt tot een geboorteafwijking, zoals drugs of een virus.
Moeder: voedingspatroon, prenatale begeleiding, gezondheid, drugs- en medicijngebruik, alcohol en
tabak.
FAS: Foetaal alcoholsyndroom is een cognitieve stoornis die wordt veroorzaakt door alcoholmisbruik
tijdens de zwangerschap (leerstoornis, ADHD of andere stoornissen)
FAE: kinderen die kenmerken vertonen van FAS
Armoede speelt een grote rol
Bij hoge moederleeftijd neemt de kans op vruchtbaarheidsproblemen, vroeggeboorte en andere
geboortecomplicaties toe.
RDS: onvoldoende rijping longblaasjes door premature
Ontwikkeling verloopt vaak trager, leer-gedragsstoornissen en lager IQ dan gemiddeld, fysieke
coördinatie
Uit onderzoek blijkt dat premature kinderen die liefdevoller en beter worden verzorgd en meer
worden gestimuleerd, zich meestal beter ontwikkelen dan kinderen die niet zo goed verzorgd
worden.
Babymassage is erg belangrijk voor vrijkomen van hormonen en het bevordert de groei.
Tienermoeders, moeders die binnen een half jaar weer zwanger zijn, moeders met een slechte
gezondheid en moeders die in armoede hebben een verhoogd risico op premature baby’s.
Hoofdstuk 5 – de fysieke ontwikkeling in de babytijd
, Hoofdstuk 6 – de cognitieve ontwikkeling in de babytijd
De ontwikkelingstheorie van Piaget (1896-1980):
Stadiamodel van geboorte tot adolescentie waarin kinderen in een vaste volgorde vier universele
stadia doorlopen:
- Het sensomotorische stadium (0-2 jaar)
- Het preoperationele stadium (2-7 jaar)
- Het concreet operationele stadium (7 – 12 jaar)
- Het formeel operationele stadium
Mentale structuren (schema’s) zijn volgens Piaget de fundamentele bouwstenen van de manier
waarop wij de wereld zien. Adaptie ligt ten grondslag aan de groei van schema’s en bestaat uit twee
aparte processen: assimilatie en accommodatie. Assimilatie is het proces waarmee mensen hun
ervaringen interpreteren aan de hand van hun huidige cognitieve ontwikkelingsstadium en
denkwijze. We plaatsen iets nieuws binnen wat we al weten en begrijpen van de wereld. Als er op
deze manier geen nieuwe informatie meer kan worden opgedaan vindt er accommodatie plaats. Dit
is het proces waarmee mensen bestaande manieren van denken of doen veranderen als reactie op
ontmoetingen met nieuwe stimuli of gebeurtenissen.
Schema’s worden al snel complexer als baby’s hun motorische vaardigheden verder ontwikkelen –
volgens Piaget een signaal van het potentieel voor verdere cognitieve ontwikkeling.
De sensomotorische periode is de basis van de vroege cognitieve groei. Motorische reacties op
zintuigelijke ervaringen zijn hierin belangrijk. Het sensomotorisch stadium kan onderverdeeld
worden in 6 substadia:
Substadium 1: eenvoudige reflexen (0-1 maand)
In deze periode vormen verschillende aangeboren reflexen de kern van het cognitieve leven van een
baby; ze bepalen de aard van zijn interacties met de wereld. Tegelijkertijd treden in een aantal
reflexen veranderingen op als gevolg van de ervaringen die een baby opdoet met de buitenwereld.
Bijvoorbeeld: zuigreflex – een baby kan op verschillende manieren gaan zuigen afhankelijk van het
aanbod
Substadium 2: eerste gewoonten en primaire circulaire reacties (1-4 maanden)
In dit substadium beginnen baby’s eerdere afzonderlijke acties tot geïntegreerde activiteiten te
coördineren. Bijvoorbeeld: het vastpakken en zuigen aan eenzelfde object.
Activiteiten die de interesse van een baby hebben gewekt zullen vaker worden herhaald, omdat het
simpelweg een fijne ervaring is voor de baby. Deze herhalingen zetten het proces van circulaire
reactie in gang. Volgens Piaget zijn dit de activiteiten die de ontwikkeling van cognitieve schema’s
mogelijk maakt, dankzij de herhaling van een willekeurige motorische handeling.
Bijvoorbeeld: als een baby de eerste keer zijn duim in zijn mond steekt is dit puur toeval. Het wordt
een primaire (gericht op lichaam) circulaire reactie die hij herhaalt omdat de sensatie van het zuigen
plezierig is.
, Substadium 3: secundaire circulaire reacties (4-8 maanden)
In dit substadium proberen ze prettige toevallige gebeurtenissen in hun omgeving te herhalen.
Secundaire circulaire reacties zijn schema’s die betrekking hebben op herhaalde acties die een
gewenst resultaat opleveren, gericht op de buitenwereld.
Bijvoorbeeld: het op verschillende manieren schudden van een rammelaar.
Ook vocalisatie wordt een secundaire circulaire reactie, medebepalend voor het ontwikkelen van
taal en sociale relaties. Baby’s gaan steeds meer hun stem gebruiken, waardoor ze merken dat er
interactie ontstaat met andere mensen.
Substadium 4: Coördinatie van secundaire circulaire reacties (8-12 maanden)
In dit substadium gaan baby’s gebeurtenissen op een meer gecoördineerde manier opwekken. Ze
geven blijk van intentioneel gedrag, waarbij verschillende schema’s gecombineerd en gecoördineerd
worden tot één enkele actie om een probleem op te lossen. Ook anticiperen ze zich aan
gebeurtenissen.
Bijvoorbeeld: een speeltje wegduwen om bij het speeltje dat zichtbaar achter het andere speeltje ligt
te kunnen pakken.
Hun vermogen om bepaalde middelen te gebruiken om bepaalde doelen te bereiken en hun
vermogen om op toekomstige omstandigheden te anticiperen zijn deels het resultaat van de
ontwikkeling van objectpermanentie. Dit is het besef dat objecten en mensen blijven bestaan, ook al
zijn ze niet fysiek aanwezig/onzichtbaar.
Substadium 5: tertiaire circulaire reacties (12-18 maanden)
In dit substadium herhalen baby’s niet alleen maar prettige activiteiten (secundaire reacties), maar
lijken mini-experimenten uit te voeren om te zien wat de consequenties zijn. Deze doelbewuste
variatie van acties die tot gewenste resultaten leiden worden door Piaget ook wel tertiaire circulaire
reacties genoemd. De wereld is hun ‘laboratorium’. Onverwachte gebeurtenissen lijken erg
belangrijk te zijn in dit stadium. Het onverwachte is niet alleen interessant, maar moet daarnaast ook
verklaard en uitgelegd worden. Dit kan leiden tot nieuwe vaardigheden, waarvan sommige een
bepaalde chaos kunnen veroorzaken.
Bijvoorbeeld: rotzooi van speelgoed door de hele kamer
Substadium 6: het begin van denken (18-24 maanden)
De belangrijkste verworvenheid in dit substadium is het vermogen tot mentale representatie of
denken. Een mentale representatie is een innerlijke voorstelling van een gebeurtenis of object.
Baby’s zijn in staat onzichtbare trajecten van objecten te volgen. Hierdoor kunnen ze oorzaak-gevolg
relaties beter begrijpen.
Bijvoorbeeld: een bal die onder de bank rolt.
Deze mentale representaties maken de ontwikkeling van indirecte imitatie mogelijk; het imiteren
van mensen en scènes die niet (meer) aanwezig zijn. Voor Piaget was indirecte imitatie het bewijs dat
kinderen in staat zijn tot het vormen van innerlijke mentale representaties.
De leeftijd waarop baby’s een bepaald stadium bereiken kan per individu behoorlijk verschillen. De
exacte timing van een baby hangt af van het niveau van de fysieke rijping en de aard van de sociale
omgeving. Er vindt nooit een abrupte overgang plaats van het ene naar het andere cognitieve
ontwikkelingsstadium, er is altijd sprake van een overgangsperiode.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mmklein1994. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.74. You're not tied to anything after your purchase.