Combi samenvatting eerste deeltoets ICS (bevat alles!)
ICS WEEK 1 TO 5
ICS WEEK 7-8
All for this textbook (4)
Written for
Universiteit van Amsterdam (UvA)
Communicatiewetenschap
Inleiding Communicatiewetenschap (77511100AY)
All documents for this subject (49)
Seller
Follow
juliabakkerr
Reviews received
Content preview
Samenvatting ICW t/m week 5
Hoorcollege 1
Een theorie bestaat uit een set van specificatie van relaties tussen begrippen, (rekening
houdend met wat al bekend is) ideeën over een verklaring. Toetsbare voorspellingen.
Theorie as nets: we hebben theoriën nodig om de wereld te begrijpen.
Theorie as lenses: theorieën beïnvloeden hoe we bepaalde dingen zien, ze leggen nadruk op
bepaalde aspecten (waardoor andere uit zicht worden gelaten)
Theorie as maps: we hebben theorieën nodig om ons te leiden; laten zien hoe dingen
werken en hoe dingen aan elkaar gerelateerd zijn.
Communicatie is het communicatieproces van het creëren en interpreteren van berichten
dat een reactie bij de ontvanger veroorzaken.
Communicatiemodellen:
Transmissiemodel:
- Communicatie als een proces van het overbrengen van boodschappen. De boodschap
wordt bepaald door de zender, de ontvanger verwerkt deze boodschap zoals bedoeld
is door de zender. Voorbeeld: nieuws
Expressieve model:
- Communicatie als representatie van gedeelde overtuigingen binnen een
maatschappij/groep, nadruk ligt op uitvoering van de boodschap (zender) Nadruk bij
de ontvanger ligt op beleving (gedeelde ervaring) van de boodschap. Voorbeeld:
concert
Publiciteitsmodel:
- Communicatie als middel voor het grijpen en behouden van aandacht, competitie
tussen zenders om aandacht van het publiek te krijgen. Aandacht zelf is belangrijker
dan de kwaliteit van aandacht. Ontvanger is toeschouwer en niet zozeer deelnemer.
Voorbeeld: kranten.
Receptiemodel:
- Communicatie als multi-interpretabel: door (o.a. sociale en culturele) verschillen
tussen ontvanger kan eenzelfde boodschap meerdere betekenissen krijgen. Zender
stuurt een boodschap met een bepaalde bedoeling/betekenis, maar ontvanger kan
deze op een andere manier lezen dan de bedoeling was. Bijvoorbeeld: reclame pepsi
met kendall jenner.
Hoorcollege 2
CNN-effect: televisie speelt een enorm belangrijke rol in de publieke opinie. (Berichtgeving
publieke opinie wordt veranderd druk op de regering).
Pseudo event (media event): een media event dat plaatsvindt om de berichtgeving te
beïnvloeden/publieke aandacht te verkrijgen.
, Kenmerken:
- Dramatisch
- Gepland
- Duidelijk afgebakend qua tijd en plaats. (begrensd)
Medialogica (Brants en Van Praag): de macht om te bepalen wie en wat (politiek) relevant is,
wordt door een groot deel bepaald door de media.
Partisan logic:
- Media identificeren zich met de partij bijvoorbeeld bij de verzuiling.
- Publiek wordt geadresseerd als onderwerp politieke partijen informeren het
electoraat (kiezersvolk). (Top-down wijze van communicatie)
- Rol van de journalistiek is een spreekbuis (nauwe band met politieke partijen).
- Type rapportage is gekleurd, inhoudelijk.
- Journalistieke metafoor is schoothond (journalist volgt de politici).
- Agenda wordt bepaald door de partij.
Public logic:
- Media identificeren zich met het publieke belang. (Burgers moeten op de hoogte zijn
van het nieuws om te kunnen participeren in de politiek).
- Publiek wordt geadresseerd als burger.
- Rol van de journalist is onafhankelijk, respectvol, sceptisch.
- Journalistieke metafoor is waakhond van de media.
- Agenda wordt bepaald door de partij.
Media logic:
- Media identificeren zich met het publiek.
- Publiek wordt geadresseerd als consument. (Wensen en verlangens van het publiek
zijn belangrijker door concurrentie en commercialisering).
- Rol van de journalist is dominant, entertaining, cynisch.
- Type rapportage is interpretatief, minder inhoudelijk (populair dus)
- Journalistieke metafoor is een cerberus (driekoppige hond)
- Agenda wordt bepaald door de media.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller juliabakkerr. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.