Voor studenten die de opleiding tot operatieassistent volgen. De bijbehorende leerdoelen zijn beantwoord en dit komt o.a. aan bod:
De enterale en parenterale toedieningswegen.
1. De farmacodynamiek en farmacokinetiek.
2. Wat houdt de geneesmiddelenwet in.
3. Wat zijn chemische namen, stofna...
Leerdoelen
De student kan
1. De termen verklaren:
a. chemische naam
b. stofnaam (generische naam)
c. merknaam (handelsnaam)
2. Het verschil aangeven tussen de termen farmacologie en farmacie,
3. Uitleggen wat registratie van geneesmiddelen inhoudt en door welke instantie dat wordt gedaan.
4. In het kort de inhoud van de Geneesmiddelenwet weergeven.
5. Kort uitleggen wat de Opiumwet inhoudt.
6. de volgende termen uitleggen: indicatie en contra-indicatie; bijwerkingen, interactie en
overdosering
7. het antibioticabeleid uitleggen
8. De termen farmacokinetiek en farmacodynamie verklaren.
9. Het proces van verwerken van een geneesmiddel uitleggen in de fasen:
d. absorbtie
e. distributie
f. metabolisering
g. eliminatie
10. Geneesmiddelen categoriseren volgens de wijze die in het Farmacotherapeutisch kompas wordt
aangehouden
11. Geneesmiddelen opnoemen die algemeen gebruikt worden en in de juiste categorie plaatsen
12. De termen agonist en antagonist verklaren
13. Uitleggen wat onder bijwerkingen wordt verstaan
14. Uitleggen wat acute, subacute en chronische toxische reacties op geneesmiddelen zijn
15. Uitleggen waarom bij sommige geneesmiddelen een waarschuwing voor de rijvaardigheid wordt
gegeven
16. Oorzaken en gevolgen van gewenning en verslaving uitleggen
1. A: de chemische naam van een geneesmiddel is een nauwkeurige beschrijving van de
chemische samenstelling van het geneesmiddel en een beschrijving van de rangschikking van
de atomen in het middel. Het is dan ook een hele lastige, lange naam.
B: Een stofnaam (generieke naam) is de naam die aan een middel wordt gegeven als het
voor het eerst wordt ontwikkeld. Deze naam identificeert het middel als uniek ten opzichte van
alle andere. De stofnaam is een internationaal geaccepteerde naam die is afgeleid van de
chemische naam. Bv chloordiazepoxide.
C: De merknaam is de eigen naam die door elke fabrikant aan het middel wordt toegekend.
Tenzij door de letters VV aangegeven wordt dat het genoemde middel vrij verkrijgbaar is, is
het alleen op recept te verkrijgen. Een merknaam begint met een hoofdletter en heeft een
beschermd merkteken ®. Bv Librium
Locopreparaten: zijn vervangede preparaten die door de farmaceutische industrie zijn
nagebootst. Deze zijn veel goedkoper dan de officiële merkgeneesmiddelen.
2. Farmacologie; gaat over de wetenschap van geneesmiddelen en hoe deze in het lichaam
van de mens werken. Het is de leer de van de geschiedenis en oorsprong, eigenschappen,
bereiding, effecten, werkingsmechanismen en verschillende toepassingsmogelijkheden van
geneesmiddelen(farmaca). Dus; het is de leer van de geneesmiddelen.
Farmacie: is de leer van de geneesmiddelenbereiding. Je hebt kennis van de natuurkundige
en scheikundige eigenschappen en de bereiding van geneesmiddelen. Vooral het terrein van
de apotheker; hij gaat na wat een geneesmiddel precies in het lichaam doet.
3. Als het geneesmiddel is goedgekeurd, wordt het ingeschreven in de CBG
Geneesmiddeleninformatiebank en krijgt het een registratienummer. Na registratie kun je een
handelsvergunning krijgen. Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG)
beoordeelt geneesmiddelen.
4. 1963; wet op de geneesmiddelenvoorziening; zijn verschillende artikelen opgenomen die
ervoor zorgen dat geneesmiddelen niet zo maar door iedereen op de markt gebracht kunnen
worden. Nu heet het de geneesmiddelenwet(2007). In de Geneesmiddelenwet staat hoe een
medicijn mag worden geproduceerd en verhandeld. Hiervoor is een vergunning nodig. De
volgende personen mogen medicijnen op recept aan patiënten geven: apothekers, huisartsen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller laurabuirs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.