100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Abnormal Child and Adolescent Psychology, ISBN: 9781138091016 Psychopathologie Bij Kinderen En Adolescenten (PM) $6.40
Add to cart

Summary

Samenvatting Abnormal Child and Adolescent Psychology, ISBN: 9781138091016 Psychopathologie Bij Kinderen En Adolescenten (PM)

4 reviews
 191 views  13 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Uitgebreide samenvatting van het boek passend bij het vak Psychopathologie bij kinderen en adolescenten.

Preview 4 out of 95  pages

  • No
  • Hoofdstuk 6, 7, 8, 9, 10 en 12
  • February 24, 2021
  • 95
  • 2020/2021
  • Summary

4  reviews

review-writer-avatar

By: ellen-lutz • 3 year ago

Translated by Google

Poor translation, poor ly running sentences and sometimes even mistaken info

review-writer-avatar

By: Lyam • 3 year ago

review-writer-avatar

By: jamie1234 • 3 year ago

review-writer-avatar

By: biancalefevre • 3 year ago

avatar-seller
Samenvatting Abnormal Child
and Adolescent Psychology DSM-
5 Update
Hoofdstuk 6. Angst en angst – gerelateerde stoornissen
De jongeren die in dit hoofdstuk besproken worden ervaren emotionele moeilijkheden die ze op
zichzelf afrekenen. Oftewel hun problemen worden vaak internaliserende stoornissen genoemd.

Een introductie van internaliserende stoornissen
De relatie tussen, of de mogelijkheid om te onderscheiden tussen, de meer specifieke klinische
diagnose categorieën staat vaak ter discussie. Dus, een voorbeeld, er is een vraag of, bij kinderen en
adolescenten, de verschillende angstdiagnoses die beschreven worden in de DSM duidelijk
verschillende stoornissen vertegenwoordigen. Waarom is dit het geval? Dat is een complexe kwestie,
er zijn namelijk een aantal belangrijke punten van zorg. Een voorbeeld hiervan zijn risicofactoren. Het
is bekend dat risicofactoren kunnen bijdragen aan tal van stoornissen. Dat wil zeggen, een bepaalde
risicofactor wordt mogelijk niet geassocieerd met een bepaalde stoornis, maar kan bijdragen aan het
ontwikkelen van verschillende stoornissen. Een andere, gerelateerde zorg is het hoge percentage van
gelijk voorkomen van internaliserende stoornissen. Bewijs geeft aan dat een kind of adolescent vaak
aan criteria voldoen voor meerdere verschillende stoornissen. Er is ook gesuggereerd dat wat soms
als afzonderlijke stoornissen wordt beschouwd, verschillende uitdrukkingen kunnen zijn van een of
meer algemene neigingen ten aanzien van de ontwikkeling van internaliserende stoornissen.
Bepaalde omgevingen of ervaringen vormen deze algemene dispositie tot een bepaald patroon van
symptomen of stoornis. Culturele verschillen kunnen een invloed zijn die op deze manier werkt.

Definiëren en classificeren van angststoornissen
Barlow (2002) suggereert dat:

Angst (anxiety) lijkt het best te worden gekarakteriseerd als een toekomstgerichte emotie,
gekenmerkt door percepties van onbeheersbaarheid en onvoorspelbaarheid over potentieel aversieve
gebeurtenissen en een snelle verschuiving in de aandacht naar de focus van potentieel gevaarlijke
gebeurtenissen of de eigen affectieve reactie op deze gebeurtenissen.

Een onderscheid is vaak gemaakt tussen Fear, is meer een reactie om een onmiddellijke bedreiging
die gekenmerkt wordt door een alarmerende reactie, en anxiety als een toekomstgerichte emotie
die gekenmerkt wordt door een verhoogd niveau van vrees en het gebrek aan controle.

Er zijn 3 soorten reacties op angst. Het driemodel omschrijft gedragsreacties (wegrennen, ogen dicht
doen, overslaande stem, cognitieve reacties (gedachten van bang zijn, zelfspot gedachten, beelden
van lichamelijk letsel) en lichamelijke reacties (veranderingen in harstslag en ademhaling,
spierspanning, buik van streek).




1

,Normale angsten, zorgen en angsten
Algemene prevalentie
Dat kinderen verrassend veel angsten, zorgen en ongerustheid vertonen. Ouders kunnen de
prevalentie van angsten in hun kinderen onderschatten, voornamelijk oudere kinderen die steeds
beter in staat zijn om hun emoties te verbergen.

Geslacht, leeftijd en culturele verschillen
Meisjes vertonen een groter aantal angsten dan jongens. Het verschil is duidelijker bij oudere
kinderen en minder duidelijk bij kinderen die naar de peuterschool – en basisschool gaan. Genderrol
verwachtingen kunnen mogelijk een rol spelen voor de verschillen tussen jongens en meisjes in het
vertonen en het toegeven van angsten.
Bedreigingen voor het welzijn van jongeren zijn dus een prominente zorg over de leeftijd.
Interculturele onderzoeken van gemeenschappelijke angsten suggereren overeenkomsten tussen
culturen. De meest voorkomende angsten waren vergelijkbaar in verschillende landen en culturen en
meisjes bleken hoger te scoren dan jongens.

Classificatie van angststoornissen
DSM benadering
De DSM angststoornissen hoofdstuk bevat: Separatie angststoornis, Specifieke fobie, Sociale
angststoornis (Sociale fobie), Selectieve mutisme, Paniekstoornis, Angorafobie en Gegeneraliseerde
angststoornis. Gerelateerde stoornissen zijn: Obsessief compulsieve stoornis, Posttraumatische
Stressstoornis, Acute stressstoornis, Reactieve hechtingsstoornis en disruptieve
stemmingsdisregulatiestoornis.

De empirische benadering
Zo beschrijft Achenbach binnen de brede categorie internaliserende stoornissen een angstig/
depressief syndroom (tabel 6.1). Er is echter geen afzonderlijk angstsyndroom of andere nauwere
syndromen die overeenkomen met de specifieke angststoornissen en aanverwante aandoeningen
van de DSM. Dit suggereert dat bij jongeren verschillende angst- en depressiesymptomen vaak
samen voorkomen.

Tabel 6.1

Gedragsproblemen die deel uitmaken van het
angstige/ depressieve syndroom
Veel huilen Nerveus, gespannen
Angsten Angstig
Vreest school Schuldig voelen
Angst om het slecht te doen Zelfbewust
Moet perfect zijn Voelt zich gekwetst bij kritiek
Voelt waardeloos Denkt of praat over suïcide
Zorgen Bang om fouten te maken
Voelt ongeliefd Verlangend om te behagen


Epidemiologie van angststoornissen
Angststoornissen behoren tot de meest voorkomende aandoeningen bij kinderen en adolescenten,
Jongere mensen zullen eerder aan de criteria voldoen van één of meerdere angststoornissen. Er zijn
ook aanwijzingen dat een aanzienlijk deel van de angstige jongeren waarschijnlijk zal blijven voldoen
aan de criteria voor een of meer angststoornissen vanaf de kindertijd tot de adolescentie en tot en

2

,met de jonge volwassenheid. Deze jongeren zullen waarschijnlijk ook andere problemen krijgen.
Onderzoek suggereert dat meisjes iets meer kans hebben op een angststoornis dan jongens.

Specifieke fobieën
Fobieën zijn, in tegenstelling tot voor de ontwikkeling geschikte angsten, van belang omdat ze
buitensporig zijn, niet kunnen worden weggeredeneerd, niet vrijwillig onder controle kunnen worden
gehouden, tot vermijding leiden en het functioneren verstoren.

Diagnostische criteria
Het essentiële kenmerk van de diagnose van specifieke fobie is een duidelijke angst voor of
bezorgdheid over een specifiek object of specifieke situatie. Bovendien vereist de diagnose het
volgende:

1. Een onmiddellijke angstrespons treedt bijna elke keer op dat de persoon wordt blootgesteld
aan de fobische stimulus.
2. De persoon moet de angstsituatie (en) vermijden of elke blootstelling met angst of leed
ondergaan.
3. De angst voor angst staat niet in verhouding tot het werkelijke risico.
4. De angst voor angst is aanhoudend (zes of meer maanden).

De angst moet aanzienlijk leed veroorzaken of moet op significante wijze interfereren met de
normale routine, het academische functioneren of de sociale relaties van de jongere.

Omschrijving
Gedragsmatig proberen jongeren met specifieke fobieën de situatie of het object waar ze bang voor
zijn, te vermijden. De fobie van de jongere beperkt dus niet alleen zijn of haar eigen activiteiten,
maar zal waarschijnlijk ook de levensstijl en activiteiten van het gezin als geheel veranderen.

Epidemiologie
Specifieke fobieën behoren tot de meest voorkomende angst bij kinderen en adolescenten.
Specifieke fobieën komen vaak vaker voor bij meisjes dan bij jongens. Jongeren met specifieke
fobieën hebben meestal meer dan één fobie en voldoen waarschijnlijk aan de criteria voor andere
aandoeningen. Bijkomende diagnoses omvatten andere angststoornissen, depressie en
stemmingsstoornissen, en externaliserende stoornissen zoals oppositionele opstandige stoornis.

Verloop van ontwikkeling
Aangenomen wordt dat een groot aantal specifieke fobieën begint in de vroege tot middelbare
kindertijd. Algemeen wordt aangenomen dat deze fobieën relatief goedaardig zijn, en na verloop van
tijd wordt verbetering verwacht, met of zonder behandeling. Bevindingen van een steekproef van
Essau en collega's (2000) van Duitse adolescenten suggereren bijvoorbeeld dat fobische symptomen
bij sommige jongeren in de loop van de tijd aanhouden en verband houden met een verminderd
functioneren. Een redelijke suggestie is daarom dat specifieke fobieën waarschijnlijk tijdens de
kindertijd beginnen en dat ze voor tenminste sommige individuen in de loop van de tijd kunnen
aanhouden.

Sociale angststoornis (Sociale fobie)
Diagnostische criteria
Het essentiële kenmerk van sociale angststoornis (sociale fobie) is dus een duidelijke of aanhoudende
angst om gênant of vernederend te handelen in sociale situaties of prestatiesituaties. De criteria
erkennen ontwikkelingsverschillen door op te merken dat kinderen angst anders kunnen uiten dan
volwassenen. Bovendien, om sociale angststoornis te onderscheiden van andere aspecten van sociale

3

, ontwikkeling, zouden kinderen die de diagnose krijgen, sociale angst ervaren bij leeftijdsgenoten en
niet alleen bij volwassenen. De sociale angst moet significant afleiden met de normale routine, het
academische functioneren of de sociale relaties van de jongeren of moet duidelijk leed veroorzaken.
Ook moet de angst/ fobie een duur hebben van minimaal 6 maanden.

Omschrijving
De gedragscomponent van deze sociale angst komt meestal tot uiting in het vermijden van situaties
waarin sociale interacties of evaluatie betrokken zijn. Op cognitief gebied maken deze jongeren zich
vaak zorgen over verlegenheid of negatieve evaluatie. Somatische symptomen zoals rusteloosheid,
blozen en zweten en ziekteklachten en buikpijn zijn veel voorkomende fysiologische symptomen die
worden gemeld bij jongeren met sociale angststoornis. Jongeren met een sociale angststoornis
rapporteren vaak gevoelens van minder eigenwaarde, evenals van verdriet en eenzaamheid. Na
verloop van tijd kunnen ze ook minder educatieve prestaties behalen.

Selectieve mutisme en sociale angst
Jongeren met selectief mutisme praten niet in specifieke situaties. Mutisme komt voor ondanks het
feit dat de jeugd in andere situaties spreekt. De gerapporteerde gemiddelde aanvangsleeftijd ligt
tussen de 2,5 en 4 jaar, maar kan pas worden herkend als het kind op ongeveer 5-jarige leeftijd naar
school gaat. Deze jongeren worden doorgaans omschreven als verlegen, teruggetrokken, angstig en
aanhankelijk. Sommigen vertonen ook taalproblemen en koppig, ongehoorzaam en oppositioneel
gedrag. Aangenomen wordt dat selectief mutisme zich ontwikkelt als een functie van een complex
samenspel van omgevings- en genetische invloeden. Er zijn aanwijzingen dat selectief mutisme kan
worden opgevat als een extreme vorm van sociale angst. Er is ook enige steun voor het idee dat
kinderen met selectief mutisme sociaal angstiger zijn dan kinderen met een sociale angststoornis die
niet selectief ‘’mute’’ zijn.

Epidemiologie
Sociale angststoornis komt naar schatting voor bij ongeveer 1 tot 2% van de kinderen en bij ongeveer
3 tot 4% van de adolescenten, met een geschatte prevalentie van ongeveer 9% bij adolescenten. De
prevalentie neemt waarschijnlijk toe met de leeftijd en de stoornis wordt mogelijk onvoldoende
erkend, vooral bij adolescenten. Een reden waarom het probleem mogelijk niet wordt erkend, is dat
jongeren met een sociale angststoornis hun problemen kunnen minimaliseren om zich op een
gewenste manier te presenteren. De meeste jongeren met een sociale angststoornis voldoen ook
aan de criteria voor een of meer andere aandoeningen. Voorbeelden zijn Gegeneraliseerde
angststoornis (73%), Verlatingsangst stoornis (51%) en Specifieke fobie (36%).

Verloop van ontwikkeling
Bij jonge kinderen tussen de 6 maanden en 3 jaar komen angstangst en scheidingsangst vaak voor.
Het zelfbewustzijn dat een essentieel onderdeel is van wat we bedoelen met sociale angststoornis,
ontwikkelt zich echter pas later. Het vermogen om zichzelf als een sociaal object te zien en om
verlegenheid te voelen, kan opduiken op ongeveer 4 of 5 jaar oud. Het perspectief van andere
mensen inbeelden en vervolgens bezorgdheid ervaren over hun mogelijke negatieve evaluatie, komt
waarschijnlijk pas op de leeftijd van ongeveer 8 jaar. In de late kinderjaren of vroege adolescentie zijn
deze cognitieve ontwikkelingsvoorwaarden en het besef dat iemands uiterlijk en gedrag de basis
kunnen vormen voor andermans evaluaties aanwezig. De angst voor sociale evaluatie en prestatie-
evaluatie nam toe met de leeftijd, en deze leeftijd gerelateerde veranderingen in angsten waren
geassocieerd met het niveau van sociaal-cognitieve volwassenheid. In de late kinderjaren of vroege
adolescentie moeten jongeren regelmatig taken uitvoeren met een sociaal-evaluatieve component.
De combinatie van deze sociale eisen en de ontwikkeling van zelfbewustzijn kan de weg vrijmaken


4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Linniej2021. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.40. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

56326 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.40  13x  sold
  • (4)
Add to cart
Added