Samenvatting voor de studie voeding en diëtetiek over blok 3 Leefstijl. Deze samenvatting gaat onder andere over: Diabetes type 1 en 2, cognitieve ontwikkeling van Piaget, morele ontwikkeling Kohlberg, sportvoeding en supplementen, etikettering en claims. En nog veel meer deze samenvatting staat a...
De oorzaak van diabetes mellitus (DM) ligt in een absoluut of relatief tekort aan het hormoon
insuline. Insuline wordt geproduceerd in de bètacellen van de pancreas en is het enige hormoon dat
normaliter in staat is het bloedglucosegehalte te verlagen.
,Pathofysiologie
Bij DM1 valt het immuunsysteem de bètacellen in de alvleesklier aan en vernietigt deze. Hierdoor kan
het lichaam geen insuline meer produceren. Insuline is nodig om glucose vanuit het bloed naar de
cellen van het lichaam te transporteren voor energie. Je hebt een absoluut insuline tekort.
Diabetes mellitus type 1: (auto-immuunziekte) => 10% voor bij alle mensen met diabetes, begint
meestal voor 20ste levensjaar.
Bij diabetes mellitus type 1 worden de insuline producerende bètacellen van de eilandjes van
Langerhans vernietigt, waardoor een absoluut tekort aan insuline en hyperglykemie ontstaat, het
ontwikkelt zich in korte tijd, wordt meestal bij kinderen en jongvolwassenen gediagnosticeerd. Begint
vrij plotseling.
Risicofactoren diabetes type 1 (fout in afweersysteem, cellen die insuline produceren worden kapot
gemaakt)
- Genetisch > niet beïnvloedbaar
- Gluten in eerste levensjaren> beïnvloedbaar door dieet (door moeder)
- Borstvoeding > niet beïnvloedbaar (deels door moeder)
- Vitamine D tekort tijdens eerste levensjaren > niet beïnvloedbaar (deels door moeder)
- Virussen > niet beïnvloedbaar
- Darmflora > niet beïnvloedbaar
- Etniciteit> mensen uit Europa maar risico
,Complicaties Diabetes mellitus type 1
Korte termijn:
- Hyperglykemie (dieet en insuline afstemmen)
- Hypoglykemie (dieet en insuline afstemmen)
- Afvallen (dieet)= begin val je veel af, deels vocht verlies, deels omdat veel glucose ongebruikt
uit geplast wordt en er dan een andere energiebron vetweefsel wordt afgebroken.
- Polydipsie > veel drinken= normaal zit er geen glucose in je urine, maar als glucose in bloed te
veel wordt dan gaan je nieren dat uitscheiden. Glucose in urine trekt extra water mee uit het
lichaam. Je gaat uitdrogen en daardoor meer drinken.
- Polyurie > veel plassen
- Glucosurie > glucose in urine
- Polyfagie > meer hongergevoel
- Vermoeidheid= te veel glucose in bloed maar te weinig insuline kunnen cellen geen glucose
opnemen
- Ketoacidose (verzuring van je bloed)= dit ontstaat wanneer er te weinig insuline is om glucose
om te zetten in brandstof. Lichaam gaat dan andere energiebronnen gebruiken -> vetten. Bij de
verbranding van vetten komen ketonen vrij. Ketonen verzuren het bloed.
- Wazig zien= door vochtverschuiving in het lichaam.
- Hypoglycemische dehydratie= ernstige uitdroging
Lange termijn:
- Hart en vaatziekten= Verhoogde bloedsuikerspiegels kunnen leiden tot beschadiging van de
bloedvaten en het cardiovasculaire systeem. Dit vergroot het risico op hartaanvallen, beroertes
en andere hart- en vaatziekten.
- Atherosclerose= meer suiker zorgt voor schade endotheel, DM1 patiënt verstoorde cholesterol
profiel.
- Blindheid (retinopathie)= Verhoogde bloedsuikerspiegels kunnen schade aan de bloedvaten in
het netvlies van het oog veroorzaken, wat leidt tot verminderd gezichtsvermogen en zelfs
blindheid.
- Nierfalen (nefropathie)= Hoge bloedsuikerspiegels kunnen de kleine bloedvaten in de nieren
beschadigen, wat kan leiden tot nierfalen of de noodzaak van nierdialyse. Normaal glucose niet
uitplassen maat nu overscheid het de drempel. zodat glucose in de urine terechtkomt, met als
gevolg een zeer grote urineproductie en uiteindelijk een onlesbare dorst.
- (Poly)neuropathie > schade aan de zenuwen> spierziekte benen en armen > Diabetische voet
- Vertraagde wondgenezing
Bloed wordt dikker waardoor hart en vaat ziekten kan veroorzaken. Er komt meer druk op hierdoor
gaan ze minder goed functioneren. Kleine haarvaten worden beschadigd hierdoor krijgen organen
geen o2 meer.
, Behandeling
Er is bij type 1 diabetes een tekort aan insuline. En dus bestaat de behandeling uit het toedienen van
insuline. Insuline is van levensbelang. Het is gevaarlijk om insuline niet te gebruiken als diabetes 1
patiënt.
Insuline is niet een gewoon medicijn. Er zijn een paar dingen die het gebruik van insuline wat
ingewikkelder maken. Zijn geen pillen net als bij DB1, je kan alleen spuiten.
Hoeveelheid insuline spuiten hangt af van: wat er gegeten wordt, van hoeveel lichamelijke activiteit
er is en van nog een aantal andere dingen in het dagelijkse leven.
En verder: er zijn meerdere soorten insuline. Langwerkende insuline en kortwerkende insuline. Kort
werkende insuline wordt bij de maaltijden gespoten en is bedoeld om de koolhydraten uit de maaltijd
in het lichaam te kunnen verwerken. Langwerkende insuline wordt éénmaal daags gespoten, meestal
voor het slapen gaan. De langwerkende insuline werkt ongeveer 24 uur en geeft als het ware een
bodem aan insuline. Het lichaam heeft 24 uur per dag insuline nodig, dus ook buiten de maaltijden
om, zoals ’s nachts.
Voedingsadvies
Medicatie
Diabetes mellitus type 2: (welvaartziekte), begint meestal na 40ste levensjaar
Bij diabetes mellitus type 2 is er een insulineresistentie en bètaceldisfunctie (disfunctionerende
bètacellen en verminderd aantal bètacellen), waardoor er een relatief tekort aan insuline is en
hyperglykemie optreedt. De ziekte kan lange tijd ongemerkt verlopen, aangezien mild verhoogde
bloedglucosewaarden in het algemeen geen klachten veroorzaken. Lichaam maakt en te weinig
insuline aan en cellen reageren minder goed op het insuline. De cellen negeren de signalen van de
insuline receptoren reageren niet goed. Cellen worden insuline resistent. Hierdoor gaat de pancreas
nog meer insuline produceren.
Als je eet krijg je glucose binnen, de alvleesklier maakt dan insuline aan. Die insuline bind aan de
glucose. Dit komt in de bloedbaan en wordt opgeslagen in spieren lever of in vet. Hierin zit de glucose
opgeslagen soort van hotel met kamers waarin de glucose wordt opgeslagen. Alleen ze zitten op slot
er is insuline nodig om dit te openen (sleuteltjes).
De glucose waarden is bloed lopen op bij insulineresistensitie. Hierdoor ontstaat er een
hyperglykemie: dit is toxisch voor de bètacellen kan de insluinegevoelighied ook negatief
beïnvloeden.
Ongezonde situatie is het proces gestoord. (bv te weinig beweging en voeding). Geen balans dit zorgt
er voor dat alle kamers vol zitten. Glucose wordt naar de vet cellen gestuurd. Slotjes van de kamer
verliezen hun functie waardoor de sleutels (insuline niet meer past).
Diagnose wordt vastgesteld door bepaling van bloedglucosewaarden en het HbA1c.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lisaberkelaar. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for £5.50. You're not tied to anything after your purchase.