Samenvatting Praktische Economie VWO 4/5/6 - Module 7 - Economische groei. In deze overzichtelijke samenvatting worden alle hoofdstukken en paragrafen duidelijk beschreven. Met deze samenvatting is een voldoende halen een eitje!
Hoofdstuk 1 - Macro-economische kengetallen
§1.1 Het binnenlands product
Een belangrijk macro-economisch kengetal is het bruto binnenlands product (bbp).
Dit is de waarde van alle in een land geproduceerde goederen en diensten in een
jaar. Er zijn verschillende methoden om het bbp te berekenen. Als eerst de
objectieve methode, hierbij kijk je naar de totale waarde die in een land door
productie wordt toegevoegd. Per enkel bedrijf is de bruto toegevoegde waarde = TO
- kosten ingekochte goederen en diensten. De toegevoegde waarde van de overheid
zit ook in het bbp. Het totale bruto binnenlands product is dus als volgt te definiëren.
Bruto binnenlands product = optelsom alle bruto toegevoegde waarden + alle
ambtenarensalarissen. Productie voegt niet alleen waarde toe, maar veroorzaakt
ook waardevermindering in de vorm van afschrijvingen. De netto toegevoegde
waarde = bruto toegevoegde waarde - afschrijvingen. Hieruit is af te leiden dat het
nbp = bbp - afschrijvingen
§1.2 Het binnenlands inkomen
Een andere manier om het bbp te berekenen is de subjectieve manier. Deze manier
verloopt via de primaire inkomens: de inkomens die verdiend worden met het ter
beschikking stellen van productiefactoren. Het totaal aan primaire inkomen is het
netto binnenlands inkomen (nbi) en ook hiervoor worden de afschrijvingen van het
bbi afgehaald. Dus: nbi = bbi - afschrijvingen. Het primair inkomen bestaat uit loon,
winst, huur en rente en pacht. De netto toegevoegde waarde wordt in zijn geheel
gebruikt om de productiefactoren te belonen: het primaire inkomen. Hierdoor kunnen
we stellen dat het nbi = nbp. Hieruit valt het volgende af te leiden: bbp = nbp +
afschrijvingen = nbi + afschrijvingen.
Het bruto binnenlands product en inkomen kijkt alleen wat er in een land is
voortgebracht. Als je wilt kijken wat de ingezetenen van een land voortbrengen kijk je
naar het nationaal inkomen: de optelsom van alle primaire inkomens die door de
ingezetenen van een land gedurende een jaar wordt verdiend. Om dit bepalen het
saldo worden bepaald: saldo primaire inkomens = saldo primaire inkomens uit het
buitenland - primaire inkomens naar het buitenland. Het bruto nationaal inkomen is
vervolgens: bni = bbp + saldo primaire inkomens. Voor het netto nationaal inkomen
moet weer rekening worden gehouden met de afschrijvingen: nni = bni -
afschrijvingen.
, Hoofdstuk 2 - Van micro naar macro
§2.1 De economische kringloop
Macro-economische modellen beschrijven de economie als geheel. Zo bestaat de
economie uit vijf sectoren. De interactie tussen deze verschillende sectoren wordt in
de economische kringloop beschreven. In onderstaande kringloop is dit te zien. De
opgetelde waarde van wat in een vakje komt is even groot als wat er uit gaat.
Legenda Formules
Y = nni -Y+M=C+I+O+E
E = export -Y=C+I+O+E-M
M = import -Y=C+B+S
S = besparingen - saldo overheidssector = B - O
I = netto investeringen - uitvoersaldo = E - M
O = overheidsuitgaven - particulier spaarsaldo = S - I
B = belastingen - nationaal spaarsaldo = (S - I) + (B - O)
C = consumptie - (S - I) + (B - O) = (E - M)
§2.2 De nationale rekeningen
De financiële stromen uit de economische kringloop worden ieder jaar in kaart
gebracht. Dit overzicht noemen we de nationale rekeningen: een systematisch
overzicht van de geldstromen tussen de economische sectoren opgesteld door het
CBS.
§2.3 De betalingsbalans
De handel tussen landen heeft ook een eigen overzicht: de betalingsbalans. De
betalingsbalans bestaat uit twee rekeningen: de lopende rekening en de
kapitaalrekening. Het saldo op de lopende rekening is gelijk aan het saldo (E - M).
De lopende rekening bestaat uit vier deelrekeningen:
1. Goederenrekening of handelsbalans; op deze rekening staan de betalingen
van de import en export van goederen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller TaraAileen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for £3.84. You're not tied to anything after your purchase.