Algemeen
Literatuur - tekst met originaliteit, lagen, uitgewerkte personages en aandacht voor stijl
Lectuur - tekst met minder originaliteit en lagen, oppervlakkiger personages en veel clichés
Fictie - verzonnen verhaal
Non-fictie - verhaal dat een weergave geeft van werkelijke gebeurtenissen
Realistisch - verhaal dat echt zou kúnnen gebeuren
Verhaallijn
Chronologisch - In de volgorde waarin de gebeurtenissen plaatsvinden
Fabel - alle gebeurtenissen gerangschikt in chronologische volgorde
Sujet - alle gebeurtenissen gerangschikt in de volgorde waarin ze voorkomen in het verhaal
Ab ovo (“uit het ei”) - het verhaal begint bij de eerste gebeurtenis
In medias res (“in het midden van de zaak”) - het verhaal begint midden in de gebeurtenissen
Open plek - plek in een verhaal die vragen oproept bij de lezer
Personages
Round character - belangrijk personage, uitgewerkt karakter, maakt ontwikkeling door
Flat character - minder belangrijk personage, minder diep uitgewerkt, zonder ontwikkeling
Type - personage met slechts één functie of karaktertrek
Protagonist - hoofdpersoon
Antagonist - tegenstander van de protagonist, hindert de protagonist
Helper - helpt de hoofdpersoon zijn/haar doel te bereiken
Held - personage met een duidelijk doel en een sterk karakter
Anti-held - personage dat een held wil zijn, maar met een leven vol mislukkingen
Perspectief
Ikvertelsituatie - verteld door de ogen van een personage (ik-verteller)
Alwetende / auctoriële vertelsituatie - verteld vanuit een verteller die alles weet en ziet
Personale vertelsituatie - "vanaf de schouder" van een personage
Meervoudig perspectief - afwisselend door de ogen van verschillende personages
Betrouwbaarheid - let op: de verteller kan dingen achterhouden, de waarheid zelf niet weten,
de werkelijkheid niet begrijpen
Tijd
Vertelde tijd - het tijdvak dat beschreven wordt in een verhaal
Verteltijd - tijd die het kost om het verhaal te vertellen (uitgedrukt in pagina’s of leestijd)
Ellips - sprong in de tijd (veel vertelde tijd, geen verteltijd)
Tijdverdichting - veel vertelde tijd in weinig verteltijd
Tijdvertraging - weinig vertelde tijd in veel verteltijd
Pauze - de gebeurtenissen staan stil, maar de tekst gaat door (bijv. bij beschrijvingen)
Flashback - sprong in de vertelde tijd naar het verleden
Terugverwijzing - korte opmerking die herinnert aan iets wat al aan de orde is geweest
Vooruitwijzing - korte opmerking die al even laat zien wat er nog aan de orde gaat komen
Thema's en motieven
Thema - korte aanduiding van de belangrijkste grondgedachte (bijv. verloren vriendschap)
Verhaalmotief - kleinere, ondergeschikte thema’s binnen het verhaal
Klassiek motief - verhaalelement dat we kennen uit de wereldliteratuur
Leidmotief - concreet object of specifieke gebeurtenis die steeds weer terugkeert
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dominiquegeerdink. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.