- Statensysteem in West-Europa ontstaan
- Euuropa is christelijk en Romeins één groot rijk
- 16e eeuw: godsdienstoorlogen
o Einde idee van één Europa
o Strijd tussen katholiek en protestants
e
- 17 eeuw: Duitsland verwoest door geloof
o Vorsten wilden allemaal macht en bezit vergaren en Romeinse keizer worden
o Acceptatie dat Europa nooit één zou zijn
Sinds 1684
Statensysteem: Europa bestaat uit gelijkwaardige staten
Non-interventiebeginsel: niet bemoeien met interne aangelegenheden
Ook: soevereiniteitsbeginsel
o Maatschappelijke rationaliteit: Mensen ontwikkelen allerlei organisaties, instellingen
en wetten die worden toegepast in de samenleving.
Geweldsmonopolie: de staat beschermt de burger
Belastingmonopolie: de plicht om belasting te betalen
De paradigma’s over conflict:
Functionalisme-paradigma: de samenleving in één geheel waarin elk deel zijn eigen functie heeft.
Deze functies zorgen voor harmonie, orde en groei. Conflict is hier een uitzondering en ontstaat
omdat relaties tussen actoren niet goed functioneren en moeten voorkomen worden. Na zo’n
conflict zal de samenleving weer in evenwicht moeten komen
Conflict-paradigma: de samenleving is een arena waaring actoren met elkaar strijden om schaarse
goederen. Een samenleving zonder conflict hoort niet en hoort bij een samenleving. Er is dus een
voortdurende strijd om eigenbelangen te maximaliseren en eigen wensen te realiseren.
Sociaalconstructivisme-paradigma: er ontstaat een conflict als mensen bepaalde verwachtingen niet
vervullen of waarmaken. De oorzaak is dus het gedrag van individuele actoren.
Rationele-actor paradigma: hoe gaan actoren om met tegengestelde doelen en/of belangen? Werken
zij samen of kiezen ze voor conflict? Sociale cohesie moet in stand worden gehouden. Er kan ook een
gezamenlijk doel zijn, in plaats van eigenbelang. Door te geven en nemen, is iedereen blij en heir
zitten voor iedereen meer voordelen aan. Alle actoren moeten afwegen of conflict of samenwerking
hen meer voordelen geeft.
Interne soevereiniteit: de staat wordt door de bevolking erkend als het hoogste gezag op het
grondgebied van de staat
Interne soevereine macht is er als die
1) Heerdt over een bevolking
2) Een bepaald grondgebied beheerst
3) Daar een belasting- en geweldsmonopolie heeft
Externe soevereiniteit: of de staat wordt erkend door andere staten
, Fragiele/falende staten: staten waar geen interne soevereiniteit is. De staat kan lastig zijn
grondgebied beheersen, de veiligheid van burgers garanderen. Twee kenmerken waartoe een
fragiele staat niet in staat is:
1) Interne rechtsorde handhaven
- Het wordt een anarchie: een land zonder politiek bestuur
2) Openbare diensten zoals medische zorg, onderwijs en brandweer kunnen niet meer geleverd
worden
Voorbeelden fragiele staten: ontstane staten na dekolonisatie na tweede wereldoorlog. Na koude
oorlog hadden veel staten intrastatelijke conflicten (burgeroorlog) en weinig landen hadden
interstatelijke conflicten (tussen staten).
Globalisering: het proces van uitbreiding en intensivering van contacten en afhankelijkheden over
zeer grote afstanden en over landsgrenzen heen.
- Negatieve gevolgen voor fragiele staten: gewapende conflicten over grenzen heen,
economische tegenslagen en ziekten
- Positieve gevolgen voor opkomende staten: meer macht en belangrijker
o Brazilië, Rusland, India, China en Zuid-Afrika
o Willen meer macht in VN—veiligheidsraad
Verenigde Naties (VN)
- Algemene vergadering (AV)
o Alle lidstaten
o Kan resoluties aannemen door meerderheid en gelden in het internationaal recht
Niet bindend voor lidstaten, dus weinig macht
- VN-veiligheidsraad
o 15 leden
5 permanent: VS, VK, Rusland, Frankrijk en China vetorecht
10 gekozen voor raad elke twee jaar anders
o Wél bindend kan externe soevereiniteit aantasten en houdt zich dus niet aan non-
interventiebeginsel
Bindende sancties zoals boycot
Militaire geweldsmiddelen
- Landen werken samen in internationaal recht, mondiale veiligheid, bevorderen
mensenrechten, ontwikkeling wereldeconomie en onderzoek naar maatschappelijke en
culturele ontwikkelingen
o Verspreiding idealen en ideeën
o Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM)
Vrijheid en gelijkheid zijn waarden waar staten zich aan moeten houden
Niet door iedereen ondertekend, maar wél veel gezag
o Milleniumdoelen tegen armoede
Noord-Atlantische VerdragsOrganisatie (NAVO)
- O.a Nederland, VS, VK, Turkije en Duitsland
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gabrielledrost. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.75. You're not tied to anything after your purchase.