100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Begrippenlijst Psychologie Een Inleiding $5.35   Add to cart

Other

Begrippenlijst Psychologie Een Inleiding

 36 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Begrippenlijst Psychologie Een Inleiding 7e editie, ISBN: 167 Hoofdstukken: 1, 3, 4, 5, 6, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14

Preview 1 out of 21  pages

  • May 17, 2021
  • 21
  • 2020/2021
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
Aandacht  een proces waarbij het bewustzijn zich concentreert op één item of ‘chunk’ in het
werkgeheugen.
Aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD)  een psychische stoornis die wordt
gekenmerkt door gebrekkige impulscontrole, problemen met het concentreren op een taak
gedurende een langere tijdsperiode, snel afgeleid zijn en overmatige activiteit.
Aangeleerde hulpeloosheid  een verschijnsel waarbij iemand geleerd heeft negatieve
gebeurtenissen toe te schrijven aan zijn eigen persoonlijke gebreken of aan externe omstandigheden
waarover hij zelf geen controle denkt te hebben. Van mensen met aangeleerde hulpeloosheid wordt
gedacht dat ze een extreme externe locus of control hebben.
Aangeleerde hulpeloosheid  een verschijnsel waarbij iemand geleerd heeft negatieve
gebeurtenissen toe te schrijven aan zijn eigen persoonlijke gebreken of aan externe omstandigheden
waarover hij zelf geen controle denkt te hebben. Van mensen met aangeleerde hulpeloosheid wordt
gedacht dat ze een extreem externe locus of control hebben.
Absolute drempel  hoeveelheid stimulatie die nodig is voordat de stimulus wordt opgemerkt. In de
praktijk houdt men aan dat de stimulus de helft van het aantal pogingen moet worden opgemerkt.
Actief herhalen door verbanden te leggen (elaboratie)  een proces van het werkgeheugen waarin
informatie actief wordt herzien en verbonden met kennis die al in het langetermijngeheugen is
opgeslagen.
Activatiehypothese  theorie die stelt dat dromen beginnen met willekeurige elektrische activatie
vanuit de hersenstam. Dromen zouden niet meer zijn dan een poging van e hersenen om deze
willekeurige activiteit betekenis te geven (synthetiseren).
Acute stress  een tijdelijk, kortdurend, patroon van arousal als reactie op een stressor, met een
duidelijk begin en een beperkte duur.
Affect  term die verwijst naar een emotie of stemming.
Affectieve stoornis met seizoensgebonden patroon (SAD)  vorm van depressie waarvan men
aanneemt dat ze wordt veroorzaakt door een gebrek aan zonlicht.
Afhankelijke variabele  de variabele die wordt gemeten of geobserveerd. Binnen een experiment
wordt de afhankelijke variabele door het manipuleren van de onafhankelijke variabele beïnvloed. De
eventuele variatie in de waarde van de afhankelijke variabele is het effect waarin de onderzoeker
Afweer  inspanningen verrichten om de symptomen van stress of het bewustzijn van stress te
verminderen.
Agorafobie  angst voor openbare plaatsen en open ruimten; komt vaak voor bij patiënten met een
paniekstoornis.
Akoestisch coderen  de omzetting van informatie in geluidspatronen in het werkgeheugen.
Alarmfase  het eerste stadium van het aanpassingssyndroom, waarin het lichaam zijn hulpbronnen
mobiliseert om de stressor het hoofd te bieden.
Algemeen aanpassingssyndroom  algemeen patroon van lichamelijke responsen waardoor het
lichaam in essentie op elke ernstige chronische stressor op dezelfde manier reageert.
Algemene of g-factor  een algemene vaardigheid, volgens Spearman de hoofdactor die de basis
vormt van alle psychische activiteiten, dus ook van intelligentie.
Algoritme  procedure of formule om een probleem op te lossen die, als hij goed wordt toegepast,
een correcte uitkomst garandeert.
Ambigu figuren  afbeelding die op meer dan één manier geïnterpreteerd kan worden.
Amplitude  de fysische sterkte of intensiteit van een geluidsgolf. Gewoonlijk meet men de afstand
tussen de piek en het dal van de grafiek van de golf.
Analyse van overdracht  Freudiaanse techniek waarbij de relatie tussen patiënt en therapeut
wordt geanalyseerd en geïnterpreteerd. Gebaseerd op het idee dat deze relatie een weerspiegeling
vormt van onopgeloste conflicten uit het verleden van de patiënt.
Anchoring bias  foutieve heuristiek waarbij je een schatting baseert (verankert) op informatie die
niets met het probleem te maken heeft.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller maximeth. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67474 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.35
  • (0)
  Add to cart