Samenvatting READER Beleid En Organisatie In Het Onderwijs (P0L30A)
28 views 4 purchases
Course
Beleid En Organisatie In Het Onderwijs (P0L30A)
Institution
Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
Dit is een samenvatting van de reader Beleid en Organisatie in het Onderwijs (P0L30A). Er is ook een samenvatting van de lessen zelf, deze is ook te vinden op dit account.
Wie is Wie: Beleid en Organisatie in
het secundair onderwijs
Inleiding
Informatie in bundel is:
Descriptief: er worden kort beschrijvingen gemaakt (wie is wie)
Oriënterend: bundel wil globaal inzicht geven in belangrijkste spelers en principes
Hoofdstuk 1. Historisch overzicht en politieke en
economische achtergrond
1. Naar een federale staat
1830: Oprichting van Belgische staat
1831: afkondiging grondwet
Vastlegging gecentraliseerde staat: gebaseerd op principe van eenvormige wetgeving en bestuur
voor hele land
Creatie unitaire staat in 1831
Decentralisatie: land verdeeld in 9 provincies, waarbij elke provincie bestond uit vele lokale
autoriteiten
MAAR: provincies en lokale autoriteiten onder controle van centrale overheid toch
gecentraliseerde staat
België was een unitaire en gecentraliseerde staatsstructuur tot 1970
5 Belangrijke instellingen (voor het onderwijs):
Wetgevende macht: bestaat uit:
o Koning
o Kamer van volksvertegenwoordigers
o Senaat
Uitvoerende macht: bestaat uit:
o Koning
o Regering
Rechterlijke macht Hebben tamelijk veel autonomie, MAAR: macht is ingeperkt
Provincies Beslissingen vallen onder controle van gewestelijke en
Gemeenten nationale wetgevende en uitvoerende macht
1
, Zes staatshervorming en grondwetswijzigingen:
Gevolg van taalstrijd
Gaven vorm aan federaal systeem, waarbij soevereiniteit verdeeld werd over:
o Centrale staat: nationale overheid
o Deelstaten: 3 gewesten en 3 gemeenschappen
Zes staatshervormingen in een notendop:
Eerste staatshervorming (1970)
o Ontstaan van 3 cultuurgemeenschappen: Nederlandse, Franse en Duitse cultuurgemeenschap.
Hebben beperkte bevoegdheid
o Erkenning van 3 economische gewesten: Vlaams, Waals en Brussels-hoofdstedelijk gewest
Tweede staatshervorming (1980)
o Herdefiniëring van cultuurgemeenschappen naar gemeenschappen:
Vlaamse, Franse en Duitstalige gemeenschap
Gemeenschappen naast cultuur ook bevoegd voor persoonlijke aangelegenheden
Gemeenschappen hebben elk eigen raad (parlement) en regering
o Oprichting 2 geesten: Vlaamse en Waalse gewest
Gewesten hebben elk eigen raad en regering
Vlaanderen: raad en regering van Vlaamse regering en Vlaams gewest samengevoegd
Vlaanderen kent 1 raad en 1 regering
Derde staatshervorming (1988-1989) – belangrijke implicaties voor het onderwijs
o Oprichting Brussels Hoofdstedelijk Gewest
o Gemeenschappen en gewesten krijgen meer bevoegdheden
Onderwijs gaat naar gemeenschappen
Openbaar vervoer en openbare werken gaan naar gewesten
o Basisprincipes van schoolpactwet ingeschreven in grondwet
o Communautasering
Vierde staatshervorming (1993)
o Belgische staat wordt volwaardige federale staat: gemeenschappen en gewesten krijgen al hun
bevoegdheden
o Aanpassing grondwet: “België is ingedeeld in provincies” veranderde in: “België is een federale
staat, samengesteld uit de gemeenschappen en de gewesten”.
Vijfde staatshervorming (2001)
o Lambermontakkoord: overheveling van bevoegdheden naar gemeenschappen en gewesten
o Lombardakkoord: wijziging van werking van Brusselse instellingen
Zesde staatshervorming (2011)
o Institutioneel akkoord gevormd in 2011, maar zal in verschillende delen gerealiseerd worden
o 2012: splitsing van kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde
o 2014:
overdracht bevoegdheden naar gewesten en gemeenschappen
hervorming van bijzondere financieringswet
hervorming van de senaat
2
versterken van rol van de kamer
,2. Drie niveaus van besluitvorming
3 niveaus van besluitvorming met eigen wetgevende en uitvoerende organen
1) Gemeenschappen
3 culturele gemeenschappen: Vlaamse, Franse en Duitstalige gemeenschap
Elke gemeenschap heeft bevoegdheid over corresponderende eentalige taalgebied
Tweetalige Brussel:
o Beslissingen van gemeenschap gelden enkel voor instellingen die exclusief tot ene of
andere gemeenschap horen op basis van activiteiten of organisatie
Bevoegd voor onder andere:
o Cultuur
o Onderwijs
o Gebruik van talen en persoonsgebonden aangelegenheden (gezondheid + hulp aan
personen)
Vlaams parlement
= wetgevende orgaan voor Vlaanderen
= parlement van de Vlaamse gemeenschap en het Vlaamse gewest
Bestaat uit 124 leden:
o 118 direct verkozen door inwoners van Vlaams Gewest
o 6 verkozen onder Nederlandstalige vertegenwoordigers van Brusselse Gewestraad
Heeft 3 klassieke functies van een parlement:
o Wetgevende functie
o Vorming van regeringen
o Controlefunctie
Oefent wetgevende macht uit door decreten: hebben dezelfde rechtskracht als wetten van
nationale parlement
Vlaamse regering
Heeft uitvoerende macht
11 leden, waarvan minstens 1 uit Brussel-Hoofdstad (tweetalig gebied)
Worden aangesteld door Vlaams parlement
Beslist collegiaal: elke beslissing wordt genomen door volledige regering
o tenzij bevoegdheid expliciet wordt gedelegeerd aan individuele minister
3
, 4. Onderwijs
Onderwijs is vrij volgens Belgische grondwet sinds 1831
GEVOLG: staatsinterventie binnen onderwijs wordt afgewezen (overheid mag wel zelf onderwijs
inrichten)
VROEGER: onderwijs vooral in handen van de geestelijkheid, dan enkele nieuwe wetten:
1836: gemeentewet
o Gemeenten gaan zich nu ook bezighouden met onderwijs
o Nog steeds overwegend katholiek karakter
1842: eerste organieke wet op lager onderwijs
o Verplichtte elke gemeente om school in te richten en kosteloos onderwijs te verstrekken
o Mochten bestaande vrije scholen aannemen als gemeenteschool
1850: eerste organieke wet op middelbaar onderwijs
o Hierdoor werd invloed van geestelijkheid beperkt
tweede wet op lager onderwijs (Wet-Van Humbeeck, 1879) en middelbaar onderwijs (1881)
o gemeenten moeten minstens 1 officiële staatsschool hebben EN mogen hiervoor GEEN vrije
scholen aanvaarden en subsidiëren
o onderwijzers moeten diploma van officiële normaalschool bezitten
o er mag geen godsdienstonderwijs gegeven worden in staatsscholen tijdens klasuren
resulteerde in eerste schoolstrijd die duurde tot 1884
1884: nieuwe wet op lager onderwijs:
gemeenten mogen opnieuw vrije scholen aannemen
gemeenten mogen zelf beslissen of godsdienstonderwijs deel uitmaakt van programma
onderwijzers moeten niet langer officieel diploma hebben
Na WOII: tweede schoolstrijd:
financiering secundair onderwijs centraal
socialistische minister Leo Collard wilde:
o subsidies aan katholieke scholen verminderen
o voorwaarden voor subsidies verscherpen
o meer openbare scholen oprichten
leidde tot protest bij katholieken
eindigde in schoolpact op 6 november 1958
o leidde tot schoolpactwet op 9 mei 1959
schoolpactwet:
erkent bestaan van 2 grote onderwijsnetten in België
o officieel onderwijs
o vrij onderwijs: krijgen financiële steun van staat als ze zich onderwerpen aan regels
waarborgt het bestaan van die netten door donaties of subsidies door overheid
er mag vanaf nu geen inschrijvingsgeld meer gevraagd worden voor secundair onderwijs
basisprincipes met derde staatshervorming ook ingeschreven in de Grondwet in artikel 24 (p 7)
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller elinebunnik. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.49. You're not tied to anything after your purchase.