100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Godsdienst 2.2 $7.76   Add to cart

Summary

Samenvatting Godsdienst 2.2

 34 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Een duidelijke samenvatting van Godsdienst 2.2 De Bijbelteksten werden niet letterlijk overgenomen, daar wordt naar verwezen. De beschrijvingen ervan staan wel in de samenvatting.

Preview 3 out of 27  pages

  • May 26, 2021
  • 27
  • 2020/2021
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting Godsdienst 2.2

Hoofdstuk 1: verwachtingen ten aanzien van een leraar optie 1

Verklaar de 4 types van scholen, zoals Prof Ter Horst ze heeft onderscheiden

Monoloogschool Maximale katholieke identiteit Dialoogschool

Minimale Maximale
aandacht voor aandacht voor diversiteit
diversiteit

Kleurloze school Minimale katholieke identiteit Kleurrijke school

Er zijn dus 4 schooltypes:
1. De kleurloze school. Deze school heeft weinig/geen aandacht voor de diversiteit en
ook niet voor haar katholieke identiteit. Godsdienstlessen zijn hier afgeschaft omdat
men ervan uitgaat dat godsdienst een privézaak is waar de school zich niet mee moet
moeien.

2. De monoloogschool. Deze school heeft weinig/geen aandacht voor de diversiteit in
de samenleving, maar wel veel aandacht voor de eigen katholieke identiteit.
Katholieke godsdienst is er dus heel belangrijk, maar men houdt geen rekening met
anders- of niet-gelovigen.

3. De kleurrijke school. Deze school heeft veel aandacht voor diversiteit, maar heeft
haar eigen katholieke identiteit losgelaten. Alle godsdiensten worden op deze school
aangeboden. Dit is vaak van toepassing in het gemeenschapsonderwijs.

4. De dialoogschool. Deze school heeft maximale aandacht voor de diversiteit, maar
blijft bovendien uitgaan van haar eigen katholiek karakter. Men spreekt hier van
identiteit in diversiteit. Deze school wil in dialoog gaan met de diversiteit om zo haar
katholieke identiteit aan te passen aan de nieuwe context van de diversiteit. In deze
scholen blijft men katholieke godsdienstlessen geven, maar men wil ook aan de
noden of verwachtingen van mensen met een andere godsdienst tegemoetkomen.
Dit type geldt als model voor de katholieke scholen.


Bespreek de 3 identiteiten uit de identiteitsdriehoek

Een leraar in een katholieke school moet een goed evenwicht kunnen vinden tussen 3
identiteiten:
- De persoonlijke identiteit = mijn levensbeschouwing (bv katholiek)
- De professionele identiteit = mijn functioneren als leraar met de kinderen in de klas
(bv godsdienst geven aan kleuters)
- De institutionele identiteit = als leraar meewerken aan het katholiek
opvoedingsproject van mijn school.

1

,Geef aan wat de evoluties zijn op vlak van de 3 identiteiten en welke gevolgen dat dit met
zich meebrengt op klas- en schoolniveau

Vroeger waren de meeste leerkrachten katholiek en viel dit dus heel makkelijk samen. Ze
gaven graag godsdienst en werkten mee. Nu is dat niet altijd meer zo. Er is een duidelijke
verschuiving op vlak van identiteit.

De wijziging in de persoonlijke identiteit heeft gevolgen voor de andere 2 identiteiten. Het is
niet consequent om godsdienst te geven als niet-gelovige.

Toch is het zinvol om als anders- of niet-gelovige in het katholiek onderwijs te werken.
Vanuit de dialoogschool is het belangrijk om de eigen katholieke identiteit te bevragen
vanuit de diversiteit bij andere leerkrachten.

Duid aan wat een gelovige houding inhoudt

Er zijn 4 geloofsstijlen:

Letterlijke interpretatie van Bijbelteksten

Externe kritiek denkers Letterlijk gelovigen

Ongelovigen gelovigen

Symbolisch ongelovigen/ Symbolisch gelovigen/
relativisten post-kritisch gelovigen

Symbolische interpretatie van Bijbelteksten

De gelovige houding voor een leraar komt overeen met de stijl van de symbolisch gelovigen.

Symbolisch gelovigen zijn zich bewust van het feit dat geloofsverhalen moeten worden
geïnterpreteerd en dat ze enkel na interpretatie geloofd kunnen worden. Dat geeft
onzekerheid, maar daar kan je mee leven. Ze zijn zich bewust van de kritiek op geloof, maar
ze blijven op zoek gaan naar wat geloven voor hen kan betekenen. Ze staan open voor
andere religieuze visies en gewoonten.

Geloven in God:
- God is onze schepper
- Het doel is een Rijk Gods te krijgen. Een wereld waarin iedereen gelukkig kan zijn. Dit
is de eigenlijke boodschap van het scheppingsverhaal.
- In de wereld is er veel lijden en dood. God is hier niet de oorzaak van en kan het ook
niet zomaar in een handomdraai verhelpen.
- God biedt wel steun in moeilijke momenten vanuit de verwachtingen dat alles ooit
goed wordt.


2

, Geloven in Jezus:
- Jezus is de zoon van God. Gij maakt op een unieke manier Rijk Gods waar.
- Dit biedt inspiratie om ons eigen leven vanuit diezelfde droom uit te bouwen.
- Na zijn dood is hij verrezen: geloof in een leven na de dood.

Geloven in de Geest:
- Biedt ons de kracht om het Rijk Gods in ons eigen leven waar te maken.
- Helpt ons samen kerkgemeenschap te vormen.

! Geloven is niet: ik doe iets en ik krijg iets terug. Dat is bijgeloof. Geloven is wel: het geloof is
mijn inspiratiebron, maar ik moet het zelf waarmaken.

Toon aan de hand van het werkplan aan wat er op het vlak van gelovige houding van een
leraar optie 1 verwacht wordt

Kinderen met het christelijk geloof laten kennismaken. Je neemt hen mee in wat je zelf als
kostbaar en waardevol beleeft. Dat is de bedoeling. Het eigen geloven is daarbij de beste
basis.

Waar de didactische competentie, om godsdienstige activiteiten te verzorgen, samengaat
met authentiek christelijk geloof, beleven heel wat kleuterleidsters hun opdracht als juf als
hun roeping als mens en als christen.

Het lerarenteam is een prima oefenplaats voor gesprekken over levensbeschouwing en
geloven. Je kan er steun en draagkracht vinden.

Hoofdstuk 2: het werkplan godsdienst

Zoek het antwoord op de volgende vragen op in het werkplan:

Leg uit: de specifieke communicatie van Godsdienst: woord-woord-Woord

Naast de ‘gewone’ BC’s kunnen we ook een godsdienstig BC uitwerken. Welke 3 vormen
kunnen we hierin onderscheiden? Geef overal een voorbeeld.

Hoe noemen we de verschillende fasen waarin een godsdienstige activiteit gefaseerd
aangeboden wordt, volgens het schema van de leerprocessen.

Hoe kunnen we bidden met anders- en niet-gelovige kleuters in de klas? Geef 3 kenmerken.

De godsdiensthoek wordt opgebouwd op basis van 2 elementen. Welke? Geef een
voorbeeld.

Hoofdstuk 3 en 4 doornemen: kunnen toepassen!

Hoofdstuk 5: kennismaking met de Bijbel


3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mariedg. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.76. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67866 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.76
  • (0)
  Add to cart