SAMENVATTING Humane Levenscyclus I DT2 (AB_1161); Studie: Gezondheid en Leven
27 views 1 purchase
Course
Humane Levenscyclus I (AB_1161)
Institution
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
In dit document staat de stof die wordt behandeld tijdens het vak Humane levenscyclus 1 voor deeltoets 2 samengevat. Het leerboek dat hierbij hoort is Levenscyclus van de mens(ontwikkeling en gezondheid van conceptie tot ouderdom. Ik heb voor dit tentamen een 7.9 gehaald!
Deze samenvatting bevat de stof van het vak ‘Humane Levenscyclus 1
DT 2’ van de studie Gezondheid en Leven aan de VU. De samenvatting
is geschreven in studiejaar 2020-2021. Het bevat een samenvatting
van het boek Levenscyclus van de mens 5e druk. Hiervan zijn de
hoofdstukken 1 t/m 11 samengevat. Daarnaast bevat het ook
uitgewerkte aantekeningen van de hoorcolleges en afbeeldingen voor
meer uitleg.
Ik raad aan om veel filmpjes te kijken op YouTube die de ontwikkeling
laten zien van belangrijke organen etc. Ook raad ik aan om tijdens het
lezen van de samenvatting afbeeldingen uit het boek erbij te houden
om de informatie beter te kunnen verwerken.
Ik hoop dat deze samenvatting jou wat meer inzicht kan geven over de
onderwerpen die voorbij komen en je helpt bij het leren van het
tentamen.
Succes!
,BIOMEDISCHE NOMENCLATUUR (anatomische termen)
Dorsaal (L) : rug aan de rugkant
Posterior(L) : erna, volgend/ achterkant
Ventraal (L) : buik aan de buikkant
Anterior (L) : voorkant
Craniaal : schedel
Superior : boven
Caudaal : staart
Inferior : onder
Mediaal : midden
Lateraal : naar de zijkant
Proximaal : het dichstbij het centrum van het lichaam
Distaal : ver weg van het centrum van het lichaam
Chepalocaudal : van hoofd naar straat
Dorsomediaal : aan de rugkant bij de middellijn
Ventrolateraal : aan de buikkant weg van de middellijn
vlakken
Frontaal/coronaal : aan of op de voorkant (het
vlak waar je tegenaan kijkt)
Sagittaal/longitudinaal : in de richting van de pijl,
in de lengterichting
Transversaal : dwars door het midden (aan de
andere kant gedraaide vlak)
assen
craniocaudale as: as die loopt van schedel naar
staart kant
dorsoventrale as: as van de rugkant naar de
buikkant
anteriore as: as van buikkant naar rugkant
links-rechts as : van links naar rechts.
Dorsoventraal staat loodrecht op frontaal
Craniocaudaal en anteroposterior staat loodrecht op
transversaal
Links-rechts as staat loodrecht op longitudinaal
,GAMETOGENESE
SPERMATOGENESE
Spermatozoa = de productie van mannelijke voortplantingscellen
Glandula bulbourethrales = klein kliertje die zorgt voor voorvocht waardoor urine buis wordt
schoongemaakt.
Testis:
- Zit vol met zaadbuisjes (met daarin tubulus seminiferus). Daar worden de zaadcellen
gemaakt.
- Daarna worden ze naar de Rete testis gestuurd en die stuurt ze naar epididymis,
waar de maturiteit plaatsvindt van de cellen.
Spermatogonium= voorloper cel
Spermatozoön= de uiteindelijke zaadcel
dwarsdoorsnede van buisje
- Buitenkant van buisje liggen de spermatogonia. Dat zijn
stamcellen die kunnen delen tot nieuwe cellen of differentiëren tot
spermatocyten. (primair of secundair)
- Nadat ze differentiëren tot spermatocyten ondergaan ze meiose
(haploïd).
- Na de meiose heb je ronde spermatiden (haploïd), maar zijn nog
rond en ondergaan daardoor een morfologisch proces waardoor ze de vorm van een
spermacel krijgen.
- Daarna worden ze naar het lumen gebracht(middelste buisje).
3 fasen van spermatogenese
1. Van spermatogonium tot
spermatide(mitose en meiose)
- Tussen de buisjes zit het
interstitium.
- En bloedvaatjes.
- Sertoli cellen in de buisjes zorgen
voor steun.
- Ondergaan vervolgens de stappen die onder ‘dwarsdoorsnede van
buisje’ staan.
Mitose & meiose
- Spermatogonium is diploïd.
- Primaire spermatocyt is diploïd. Vervolgens ondergaat het meiose I en
dan zijn er twee secundaire spermatocyten van 1n.
- Die ondergaan vervolgens meiose II waardoor 4 spermatiden
ontstaan van 1n.
- Tijdens de meiose I vindt uitwisseling plaats van het ouderlijk
genetisch materiaal (‘crossing-over’), waardoor genetische variatie
ontstaat. Bij meiose II worden de spermatiden gevormd.
2. van spermatide tot spermatozoön(spermiogenese)
- Spermatide is rond(‘normale celvorm’). Het DNA zit heel compact,
waardoor er bijna geen transcriptie plaatsvindt.
- Voor de vorming naar een zaadcel, organiseren de
organellen (bijv. mitochondrium) en is er bijna geen
cytoplasma. De celstructuren moeten worden verstoten
zodat de staart kan bewegen: - de mitochondriën
hergroeperen zich langs de staart van de spermatide. –
op de kop van de spermatide vormt zich het acrosoom(bevat enzymen).
- De spermatozoönen kunnen nog niet zelfstandig bewegen. Door ritmische contracties
van de tubulus seminiferus worden de spermatozoa naar de epididymis(bijbal)
, gestuurd, voor 1 à 2 weken, waar ze een eiwit-coating krijgen. Door vocht in de
epididymis kunnen ze zelf bewegen.
3. Functionele rijping
- De spermatozoönen gaan van de epididymis via vas deference naar buiten.
- Functionele maturatie vindt in de vrouw plaats. Het vermengd zich namelijk met het
vocht uit de uterus, waardoor de eiwit-coating wordt verwijderd en het in staat is de
zona pellucida binnen te dringen.
Hormonale regulatie
- Vanuit de hypothalamus wordt GnRH geproduceerd en die stimuleert de voorkwab
van hypofyse of LH en FSH aan te maken.
- LH stimuleert aanmaak van leydigcellen die testosteron aanmaken(voor secundaire
geslachtskenmerken)
- FSH stimuleert samen met testosteron de sertolicellen tot spermatogenese en
spermiogenese.
Spermatogenese
- Van puberteit tot de dood
- Productie van gameten in de testis
- Hormonen: GnRH, FSH, LH en testosteron
OÖGENESE
1. Anatomie geslachtsorganen: vrouw
- In het ovarium vindt oögenese plaats. Via de ampulla en tuba
uterina komt het in de baarmoeder.
- Groot deel van de oögenese vindt plaats gedurende de
foetale ontwikkeling.
2. Oögenese
- Aan het einde van de derde maand(foetale ontwikkeling)
liggen oögonia in clusters (clonal expension)
- Bij week twaalf start meiose, oögonia differentiëren in primaire
oöcyt(meiose I).
Oöcyt:
- Primair of secundair
- Verwijst naar de fase van meiose
Follikel:
- Primordiaal(3e -7e maand), primair, secundair, of tertiair
- Verwijst naar de ontwikkeling van het follikel
- Follikel is de oöcyt met de omliggende follikelcellen
Primaire follikel
- Tijdens de puberteit verandert de primordiale follikel (onder
invloed van FSH) van vorm waardoor er
granulosacellen(follikelcellen) komen die een meerlagige
structuur vormen rondom de primaire oöcyt. Zona pellucida wordt gevormd: microvilli
van granulosacellen en primaire oöcyt grijpen in elkaar en worden omgeven door
glycoproteïnen/primaire oöcyt. Het stroma van het ovarium dat om de
granulosacellen ligt, differentieert zich tot thecacellen.
Secundaire follikel
- De granulosacellen produceren vervolgens vocht en er ontstaan holtes ertussen(de
Theca interna en Theca externa). De thecacellen differentiëren zich in de theca
interna en externa. Theca interna zorgt ervoor dat oestrogenen geproduceerd
worden. Theca externa is een soort bindweefselkap.
Tertiare (Graafse) follikel
- De holtes tussen de granulosacellen nemen toe in grootte en vormen uiteindelijk een
grote holte(Antrum), waarbij de primaire oöcyt naar de rand van de follikel wordt
geduwd. Ook de grootte van de follikel neemt toe en hierdoor wordt een uitstulping
van de ovariumwand veroorzaakt. Er ontstaat een LH piek waardoor meiose I wordt
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jb3802. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.