Strikt genomen is stem het geluid dat door het stemorgaan in het strottenhoofd wordt
voortgebracht. Stem zegt ook iets over de persoonlijkheid en uitstraling. Meer dan wie ook zal de
beroepsspreker deze persoonlijkheid in zijn stem uitstralen. Het is dan ook niet raar dat in
stemproblemen naast organische ook psychische factoren aanwezig kunnen zijn.
Voor logopedisten is het onverstandig om uitspraken te doen over goed en slecht van de stem. Beter
is het om begrippen te gebruiken zoals normaal/abnormaal, ziek/gezond, geschikt/ongeschikt.
Medisch of fysiologisch zal men een stem als normaal omschrijven bij afwezigheid van problemen als:
een stemplooiafwijking, heesheid, ruwheid, overmatige spanning, instabiliteit. Dit wil nog niet zeggen
dat een stem geschikt is voor alle taken, laat staan dat de meeste luisteraars ze ook aangenaam
zullen vinden.
Een analyse van de stem:
Wat je ervan hoort: akoestisch aspect
De manier waarop zij tot stand komt: het fysiologisch aspect
Het gevoel dat erdoor gecreëerd wordt: de expressieve waarde
De boodschap die ermee gebracht wordt: het inhoudelijke aspect
Het stemgeluid wat we waarnemen is niet alleen het resultaat van de stemplooitrilling in het
strottenhoofd. Het basisgeluid wordt gekleurd door de bovenliggende resonantieruimten (keel-,
mond- en neusholten) en verschaft aan de stem een heel eigen timbre of klankkleur. Samen met de
articulatie of de vorming van de spraakklanken vormen de stemplooitrilling en de resonantie het
spraakgeluid.
De stem kunnen we beoordelen op luidheid, toonhoogte en kwaliteit. Luidheid en toonhoogte
dienen aangepast te zijn aan de persoon (man/vrouw), de leeftijd (kind/volwassene) en aan de
situatie. Luidheid en toonhoogte zijn gemakkelijk meetbaar met een dB-meter of toonhoogtemeter.
Stemkwaliteit is daarentegen een moeilijker te omvatten begrip. Kwaliteitsvereisten zullen
verschillen van persoon tot persoon, omdat een leerkracht bijvoorbeeld meer moet kunnen met zijn
stem dan een boekhouder.
Fysiologisch kan men een goede stemkwaliteit definiëren als een helder klinkend stemgeluid (dit is
het ontbreken van ruis en spanning op het niveau van de stemplooien) met optimale resonatorische
eigenschappen (door een aangepaste instelling en verhouding van de resonantieruimten). Op een
dergelijke stem valt fysiologisch gezien niets aan te merken, maar daarom vinden luisteraars ze niet
per se mooi.
Het bron-filtermodel stelt dat het spectrum van een spraakklank het resultaat is van de optelling van
de intensiteiten (dB) van twee componenten:
Het bronspectrum (spectrum van de stembandpulsen)
1
, De overdrachtsfunctie van de resonantieholte (mond en keelholten)
De overdrachtsfunctie laat zien welke sinussen versterkt worden als gevolg van resonantie van de
mond- en keelholte.
Bron + Filter = spraak
Een component die niet in het bron-filtermodel is opgenomen, is de afstraling van de lippen. Het
effect hiervan is een relatieve versterking van hogere frequenties.
De frequenties die door het filter van de mond-keelholte versterkt worden, en die we van de
overdrachtsfunctie kunnen aflezen, zijn de formanten. Twee eigenschappen van formanten bepalen
in belangrijke mate de klankkleur van klinkers.
2
,College week 2
De larynx is het strottenhoofd. Lucht wordt in trilling gebracht =geluid. Hiervoor is een klankkast
nodig. Alles daarboven (holten) helpt hieraan mee en trilt mee.
De belangrijkste functie van de larynx is het scheiden van voedsel en lucht.
Morfologie (bouw) van de larynx:
Skelet: lateraal (zijkant)
Hyoid (tongbeen en het enige bot van de larynx)
Thyroid (schildkraakbeen)
Cricoid (ringkraakbeen)
Trachea (luchtpijp)
Epiglottis (strottenklepje)
Arytenoide (bekerkraakbeentjes/bekervormige kraakbeentjes die aan de achterkant van de
stembanden hieraan verbonden zijn)
Glottis (stemspleet)
Spieren hebben de naam va 2 aanhechtingsspieren.
Innervatie: welke zenuw zorgt dat de spier zijn werk doet?
Fonatie is stemplooibeweging.
Intrinsieke spieren zorgen dat de stemplooien openen en sluiten
Extrensieke spieren zorgen dat het strottenhoofd omhoog en omlaag gaat.
o Suprahyoidale spieren zorgen dat het strottenhoofd omhoog gaat
o Infrahyoidale spieren zorgen dat het strottenhoofd omlaag gaat
Deze spieren zijn verboden aan het hyoid.
Het bernouillieeffect houdt in dat er een luchtstroom tussen de stemplooien komt waardoor deze
sluiten en waardoor geluidstrillingen ontstaan. (geadduceerde ware stemplooien – mucosa golf –
cyclische interruptie van de luchtstroom (trillende lucht)) = primair stemgeluid.
Het thyroid kantelt en gaat als geheel omhoog bij hoge tonen (ongefoende stem).
Het thyroid kantelt meer en het geheel verplaats minder bij hoge tonen (geoefende stem).
Arythenoiden kantelen en roleren. Deze zijn verbonden met de stemplooien.
, De sluiting van de stemplooien is belangrijk voor een helder stemgeluid. Lucht wordt anders niet in
stilling omgezet, waardoor er heesheid ontstaat en waardoor je met veel extra lucht praat.
Posterior sluitingseffect: achterkant stemplooien sluit niet goed
Anterior sluitingseffect: voorkant stemplooien sluit niet goed
Centraal sluitingseffect: midden stemplooien sluit niet goed
Musculus arythenoides = spier stemplooien
Cricothyroidius =
Laminaproperia =
Epitheel = slijmvlies
o Nucosa = slijmvlieslaag op de stemplooien
Stemplooitrillingen = geluid
Lucht stroomt langs de stemplooien
Door abductie ontstaat geluid
Bernouillieffect
Arythenoiden
o Snel = hoog
o Langzaam = laag
Anatomie = bouw van het lichaam
Fysiologie = werking van het lichaam
Histologie = weefselleer
Morfologie = opbouw van het lichaam
Innervatie = Aansturing vanuit zenuwweefsel
Geluid Stemplooien
Hoog Lang en dun
Laag Kort en dik
Luid Grote amplitude
Zacht Kleine amplitude
De larynx bestaat uit:
Kraakbenig skelet
De larynxmembranen en ligamenten
De intrinsieke en extrensieke spieren
Mucosa
Het geheel wordt aangestuurd door diverse zenuwen en kent een aangepaste bloedvoorziening.
Het larynxskelet:
Thyroidkraakbeen
Het cricoidkraakbeen
De epliglottis
Het hyoid
De cartilagines arytenoideae
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller amypoel. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.