100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting college 2 van DE MENS 3 $5.17   Add to cart

Class notes

Samenvatting college 2 van DE MENS 3

 5 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit is college 2 van de mens 3 samengevat, kijk bij de andere documenten voor de rest van de colleges!

Preview 1 out of 3  pages

  • September 2, 2021
  • 3
  • 2019/2020
  • Class notes
  • Barbara haverkamp
  • 2
avatar-seller
De mens 3 hoorcollege 2: vaatstelsel

We hebben verschillende bloedvaten: arteriën  arteriolen  capillairen  venulen  venen.
Ieder bloedvat heeft dezelfde opbouw, van binnen naar buiten:
1. Tunica intima: endotheel en zorgt ervoor dat bloed goed stroomt door gladde vlak.
2. Tunica media: elastisch bindweefsel en glad spierweefsel (afhankelijk waar we zitten is het
meer elastisch of meer spier) , in aorta bijv. meer elastisch.
3. Tunica adventitia: losmazig bindweefsel (collageen), kleine bloedvaatjes. Deze laag bied
bescherming voor bloedvat.
We hebben 2 grote arteriën
- Aorta (vanuit linkerkamer naar lichaam) en truncus pulmonalis (vanuit rechterkamer naar
longen). Bij deze heb je vooral elastische vezels, om de output vanuit het hart op te vangen,
dus het opvangen van slagvolume.
- Bij kleine arteriolen zit er juist meer spierweefsel  belangrijk voor bloeddruk. We kunnen
de spieren aanspannen en bloedvaten kleiner. Zo kan er goed gereguleerd hebben. Met
sporten worden ze juist weer groter. Minder elastisch bindweefsel dus maar meer glad
spierweefsel. Dit gaat allemaal via het automatische, vegetatieve zenuwstelsel 
onwillekeurig: vasoconstrictie  vernauwen en vasodilatatie  verwijden.
- Capillairen: functie uitwisseling van stoffen: hier is echt alleen nog de tunica intima. Dit is een
laag endotheel cellen met een dun bindweefselmembraan en heeft een semipermeabele
wand.
- Venulen en venen: dunnere vaatwand en grotere binnenkant (lumen). vaak zuurstofarm in
de grote systemen en in de longcirculatie is juist zuustofrijk. Bloeddruk is hier lager want hoe
verder van het hart hoe lager de bloeddruk. Er zit meer bloed in het venenstelsel dan het
arterie stelsel. Er gaat wel evenveel bloed naar hart toe dan er vanaf.
Belangrijke namen belangrijkste arteriële vaten:
- Aorta: aorta ascendens (eerste afsplitsing)  weer verder afsplitist in arteriae coronaire
Arcus aorta  hoofd en armen
Aorata descendens  buik, bekken en benen en organen in buikholte
- Truncus pulmonalis  deze splitste in 2, een voor rechter long en een linker
Dus twee arteriae pulmonales
- Venen meer oppervlakkig in het lichaam. Arteriën meer dieper. Ze zijn
vergelijkbaar met arteriën. M.u.v. vene portae, deze mondt uit in de lever.
-vene cava inferior (benen, bekken, buikorganen
-vene cava superior (armen, hoofd, hals, hersenen)
Bloeddruk wordt ook wel tensie genoemd. Bloed en lucht stroomt van hoge naar
lage druk. In aorta is een hoge druk en arteriolen lager dus stroomt die kant op. De
weergave van deze druk gaat in mmHg, soms ook kPa  1kPa = 7,5 mmHg.
Er is ook systolische bloeddruk en diastolische bloeddruk. De systolische is de
hoogste bloeddruk  contractie ventrikels. Je bepaalt dan de bloeddruk hoeveel er
in de ventrikel en hoeveel er al in het bloedvat zat. Ook ligt het aan de stugheid van de wand!. Ook
de snelheid van het slagvolume. Wanneer het in een keer heel snel in de aorta komt is er een hogere
bloeddruk.
De diastolische bloeddruk is de laagste bloeddruk, er is altijd druk in de aorta. Deze is afhankelijk van
de diastole (rust hart). Het bloed in de arterién heeft dan tijd om verder te stromen. Dus hoe langer
de diastole duurt hoe lager de diastolische bloeddruk wordt. Daarnaast is het ook afhankelijk van de
perifere weerstand, en systolische bloeddruk (is deze al heel hoog, dan is het moeilijker om heel laag
te gaan). In de aorta is het standaard van boven / onder druk  120/80.
Het verschil tussen deze twee waarden is de polsdruk  40.
In verdere vaten is deze polsdruk lager slagaders 40, arteriolen 35, capillairen 15, venen 5, holle
aders (v cava inf en sup) 0.
Maar hoe gaat het bloed vanuit tenen weer naar hart? 

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller margotdebruijn. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $5.17. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

76449 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$5.17
  • (0)
  Add to cart