ALLES is uitgebreid samengevat (hoorcolleges + handboek + powerpoints). Het is heel gestructureerd en bijna geen typfouten. Je kan het gemakkelijk leren omdat niks door elkaar staat.
- verbintenissenrecht, 1ste bach rechten
Verbintenissenrecht
Van Napoleon naar Geens
• Burgerlijk Wetboek van 1804: sinds 1 november 2020 het oud BW
• BW: tot nog toe alleen Boek 3 Goederen en Boek 8 Bewijs
• Wetsvoorstel Verbintenissen (boek 5): binnenkort wellicht parlementaire
bespreking (samen met boek 1)
Structuur van oud BW
• Boek I Personen
• Boek II Goederen en verschillende beperkingen van eigendom
• Boek III Op welke wijze eigendom verkregen wordt
• Titel III (contractuele domein)
• Titel IV (buiten-contractuele domein)
• Titel IVbis
• Titel XX
Nieuw BW: 9 hoofdstukken maar er gaat waarschijnlijk een 10 de hoofdstuk komen.
Wat is verbintenis?
Een contract is GEEN verbintenis! Maar een verbintenis kan ontstaan door een
contract
Het is een rechtsband tussen twee of meerdere personen, namelijk een
schuldeiser en schuldenaar. De schuldenaar moet een prestatie richten t.o.v.
SE die afdwingbaar is, in rechte =1steDEFINITIE in wetsvoorstel ONEIGENLIJK
Passief = schuld = 2de DEFINITIE EIGENLIJK
Actief = schuldvordering ( persoonlijk recht )
Bv verhuurder ( SE ) en huurder ( SA )
- De huurder moet betalen, onderhouden etc dus meerdere verbintenissen!
- De verhuurder moet het goed ter beschikking stellen ( TBS )
Rechtshandeling en daar in heb je een contract(1) ( en ook eenzijdige
rechtshandeling(2))
Bv bij huurder en verhuurder heb je eenzijdige rechtshandeling zoals in gebreke
stelling, en rechtsgevolg is dat interesten beginnen te lopen.
*DCFR = Draft Common Frame of Reference - ONEIGENLIJKE BETEKENIS
Bundeling van voorstellen van regels met notities hoe dat het in EU landen in werking zit
Een contract a priori is voor win-win transactie en a posteriori= win-lose of lose-lose transactie
E.Y. 1 Rechten UGent
,Bij de zogenaamde Urgenda-zaak werd de Nederlandse staat bevolen om zijn
verantwoordelijkheid te nemen om de klimaatverandering aan te pakken en zo met
25% tegen eind 2020 de broeikasgassen te verminderen (beschermd door art. 2 en 8
EVRM)
Het vermogensbegrip in BW: “de juridische algemeenheid die het geheel van de
bestaande en toekomstige goederen en verbintenissen omvat’ van een persoon.
Elk persoon heeft één vermogen, maar er zijn uitzondering door de wetgever. Indien
de andere tegen wie een aanspraak is erkend, toch niet aan zijn verplichtingen wil
voldoen en reële executie niet mogelijk is (bv door afgifte van het individuele goed
dat hij moet leveren) vormt zijn eigen vermogen een algemene waarborg om zo toch
genoegdoening aan de houder van de aanspraak te geven.
De goederen van de schuldenaar waarop de schuldeiser zich kan verhalen heten
‘gemeenschappelijke waarborg of het ‘algemeen verhaalsonderpand’
Pondspondsgewijze of evenredige verdeling = Als het vermogen van een
schuldenaar te klein is om aan de aanspraken van alle samenlopende schuldeisers
te voldoen, dan wordt de verkoopopbrengst ervan in principe evenredig verdeeld
onder de schuldeisers, namelijk a rato van het aandeel van ieders schuldvordering in
het totaalbedrag aan schuldvorderingen van de samenlopende schuldeisers.
uitzonderingen zijn mogelijk hierop bv hypotheek hebben op onroerend goed
Schending van algemeen zorgvuldigheidsnorm: niet gedragen als normaal redelijk
persoon (1382-1383)
Ongerechtvaardigde verrijking mag ook niet: een persoon mag zich niet zonder
rechtvaardiging verrijken ten koste van een ander
Contract sui generis kan je toepassen bij het algemeen contractenrecht en niet
inzake huur.
Er is een sectorale contractenregulering (de regulering van contracten gebeurt
meer sectoraal, bv energiesector, voedingssector…)
Transnationale contractmodellen
Voorbeelden:
- FIDIC = International Federation of Consulting Engineers
- Orgalim = vertegenwoordigt belangen van technologische sector
- ISDA
- ICC = Internationale Kamer van Koophandel (= vertegenwoordigt rechten en
plichten van de koper en verkoper)
E.Y. 2 Rechten UGent
,Internationalisering
Weens Koopverdrag van 1980 is een belangrijke invloed van het buitenland
(internationalisering), dit is goedgekeurd in België en regelt het totstandkoming ,
maar niet de geldigheid van die contracten en tevens de rechten en plichten van de
koper en de verkoper, alsook de sancties voor de niet nakoming van die plichten.
- UNIDROIT (international Institute fort he Unificationn of the Private law) , niet
bindend of soms afgekort als PICC (Principles of International Commercial
Contracts), dit is soft law
Europeanisering: richtlijnen, verordeningen en primair EU-recht
EU-recht bestaande nationale privaatrechtelijke regels hetzij bevestigt hetzij
doorkruist
De richtlijnen zijn In het verleden vaak via bijzondere wetten in de Belgische
wetgeving omgezet maar zijn later toch grotendeels In het wetboek van economisch
recht geïntegreerd
- De eerste belangrijkste bundeling van Europese (niet bindende) beginselen van
contractenrecht was de PECL of Principles of European Contract Law van de Lando
Commissie
- De tweede belangrijkste was DCFR of Draft Common Frame of Reference (grote
stukken van privaatrecht)
er was een schakeling van CESL (Common European Sales Law) of GEKR
(Gemeenschappelijk Europees Kooprecht) naar de digitale agenda
Nationalisering
eigen Burgerlijk Wetboek
Regionalisering
bij de zesde staatshervorming in 2014 hebben ook de gewesten de bevoegdheid
gekregen om contracten te regelen.
Constitutionalisering van het privaatrecht of horizontalisering van
grondrechten
privaatrechtelijke verhoudingen, inclusief die van contractuele aard, ondervinden
en toenemende impact van grondrechten onder meer opgenomen In de grondwet,
het EVRM of het handvest van de grondrechten van de EU zoals het recht op een
menswaardig bestaan het recht op privéleven, discriminatieverbod, het recht op
eigendom… (vanuit publiekrechtelijke kant = horizontale werking van grondrechten)
, Bronnen van vb zie deel 2 ufora
1) Contract of overeenkomst ( synoniem )
DUS EEN CONTRACT IS RECHTSHANDELING EN GEEN VERBINTENIS
Rechtmatig vertrouwen, ongerechtvaardigde verrijking, vermogensvermeerdering zonder oorzaak
2) II = onrechtmatige daad art 1382/1383 BW
Verschil tussen contractuele/ meerzijdige wilsuitingen en buitencontractuele verbintenissen/
onrechtmatige daad
3) III = onverschuldigde betaling ART 1235 en 1376-1381BW
Er is sprake van een onverschuldigde betaling van zodra een persoon een betaling doet of presteert
ten aanzien van een andere persoon zonder dat dit hem toekwam. De ontvanger is ertoe gehouden
om deze betaling of prestatie terug te geven.
4) IV = zaakwaarneming ART 1371-1375BW
Iemand behartigd spontaan andermans belangen om schade te
voorkomen/beperken of hem een voordeel te verschaffen
5) V = ongerechtvaardigde verrijking ( ook buitencontractueel )
Er is sprake van ongerechtvaardigde verrijking als iemand wordt verrijkt ten koste van een ander en
hiervoor geen grond kan worden gevonden in een overeenkomst of de wet. Er ontstaat dan een
verbintenis uit de wet om de schade te vergoeden.
E.Y. 4 Rechten UGent
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Rechtiscool. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $10.87. You're not tied to anything after your purchase.